Raad van State stelt BCA in gelijk en vernietigt besluit RDW
Dat blijkt uit het vonnis. Hangende de uitspraak is BCA steeds operationeel geweest.
De twee organisatie waren in een juridische strijd verwikkeld over de eigendomsvraag. De RDW trok de licentie in omdat het bestrijdt dat BCA de auto’s die het veilt in eigendom krijgt. BCA verweerde zich hiertegen en stelde dat ze wel eigenaar is van een geveilde auto omdat aan alle wettelijke regels is voldaan (titel, verkoopbevoegde partij en levering).
De Raad van State oordeelt nu dat BCA inderdaad gerechtigd is de auto’s in de bedrijfsvoorraad op te nemen. In het vonnis stelt de Raad van State: “Dat het eigendom slechts van korte duur zal zijn omdat BCA het voertuig via de veiling heeft doorverkocht, brengt, anders dan de RDW betoogt, niet mee dat geen eigendomsoverdracht heeft plaatsgevonden. Ook de omstandigheid dat de verkopende partij ten tijde van de verzending van de inkoopbevestiging nog niet op de hoogte is van de op de veiling geboden prijs laat onverlet dat de eigendomsoverdracht heeft plaatsgevonden. Er is geen beroep mogelijk tegen de uitspraak van de Raad van State.
Opgelucht
BCA-directeur Iede Aukema is opgelucht. “Er was een verschil van interpretatie tussen ons en de RDW. Voor mijn gevoel waren de verschillen in opvatting miniem.” Aukema neemt de RDW niets kwalijk. “Het is prima dat de RDW strak toezicht houdt. Dat voorkomt dat partijen onterecht een concurrentievoordeel zouden kunnen genieten.”
Wel is het zo dat als de RDW in het gelijk was gesteld de gevolgen voor de branche groot hadden kunnen zijn. “Het is denkbaar dat alle veilinghuizen, en wellicht ook handelaren, voor iedere individuele transactie een overdracht hadden moeten regelen in plaats van dit via de bedrijfsvoorraad te doen. Dat zou een enorme administratieve lastenverzwaring betekenen.”
De RDW beraadt zich op een reactie.
Lees het vonnis hier.