Mark Kamp is de derde generatie aan het roer van Auto Kamp, een gemoedelijk en nuchter Twents familiebedrijf. De 38-jarige ondernemer groeide op in de firma die zijn opa zestig jaar eerder begon: eerst als rijschool, later als garagebedrijf dat eerst Honda voerde, en sinds 1982 exclusief Opel. Niets wees erop dat Mark het bedrijf van zijn vader zou overnemen, tot hij na de havo en zijn studie commerciële economie toch ook maar IVA-A volgde. Toen sprong de vonk alsnog over: Mark koos voor de automotive, werkte twee jaar elders en stapte in 2001 in bij zijn vader en opa.

Eindelijk een stap zetten

Vijftien jaar lang draaide het bedrijf zonder grote veranderingen. “We hebben vrij lang hetzelfde gedaan”, erkent Mark. “Dat ging goed, altijd zwarte cijfers én drie keer de eerste prijs in de Opel-klanttevredenheidsonderzoeken. Maar de tijd begon ons in te halen. Het werd tijd om een nieuwe stap te zetten.” Die kans kwam een half jaar geleden: Kamp en Opel Nederland raakten in gesprek over het rayon Hengelo/Enschede/Oldenzaal, toen nog in handen van Bleeker. Overleg over een overname leidde tot niets. Totdat Opel eind 2015 met Bleeker stopte en Kamp de kans gaf. Toen was het gas geven: “We hebben een tijdelijk pand ingericht en zijn inmiddels aan het tekenen voor nieuwbouw.” Fikse investeringen, die Kamp betaalt uit eigen reserves. “We zijn altijd voorzichtig geweest. Dat heeft zo zijn voordelen”, aldus Mark. Schaalvergroting betekent een andere werkwijze. Mark: “Mijn vaders stijl is om overal kort op te zitten. Jarenlang was het regel dat er áltijd een Kamp aanwezig moest zijn. Zelf geloof ik meer in het aanstellen van de juiste mensen en die je vertrouwen geven. Dat is een leuk spanningsveld – ja, we zitten elkaar wel eens in de haren. (lacht) Maar inmiddels kunnen we ook wel eens tegelijk op vakantie. En ook dán gaat het meestal goed!”

Bijtelling weer normal

Zo ontspannen als Kamp klinkt, zo ambitieus is hij. “We zijn nu van een 1 procent-dealer opeens een 2 procent-dealer geworden. Dat schept verplichtingen. Maar nu de bijtelling weer normaal wordt, zie ik dat zeker lukken. Opel heeft daar als fabrikant nooit echt aan meegedaan en daar hebben we best last van gehad. Inmiddels zit het merk echter weer goed in de lift: van de Astra Sports Tourer heb ik er al twaalf ongezien verkocht. En de werkplaats staat vol; in Hengelo moeten we binnenkort van zeven naar twaalf mensen. De kunst wordt om heel ‘Kamp’ te blijven: toegankelijk, nuchter en vriendelijk, ook op de nieuwe vestiging.”

Mark Kamp is de derde generatie aan het roer van Auto Kamp, een gemoedelijk en nuchter Twents familiebedrijf. De 38-jarige ondernemer groeide op in de firma die zijn opa zestig jaar eerder begon: eerst als rijschool, later als garagebedrijf dat eerst Honda voerde, en sinds 1982 exclusief Opel. Niets wees erop dat Mark het bedrijf van zijn vader zou overnemen, tot hij na de havo en zijn studie commerciële economie toch ook maar IVA-A volgde. Toen sprong de vonk alsnog over: Mark koos voor de automotive, werkte twee jaar elders en stapte in 2001 in bij zijn vader en opa.

Eindelijk een stap zetten

Vijftien jaar lang draaide het bedrijf zonder grote veranderingen. “We hebben vrij lang hetzelfde gedaan”, erkent Mark. “Dat ging goed, altijd zwarte cijfers én drie keer de eerste prijs in de Opel-klanttevredenheidsonderzoeken. Maar de tijd begon ons in te halen. Het werd tijd om een nieuwe stap te zetten.” Die kans kwam een half jaar geleden: Kamp en Opel Nederland raakten in gesprek over het rayon Hengelo/Enschede/Oldenzaal, toen nog in handen van Bleeker. Overleg over een overname leidde tot niets. Totdat Opel eind 2015 met Bleeker stopte en Kamp de kans gaf. Toen was het gas geven: “We hebben een tijdelijk pand ingericht en zijn inmiddels aan het tekenen voor nieuwbouw.” Fikse investeringen, die Kamp betaalt uit eigen reserves. “We zijn altijd voorzichtig geweest. Dat heeft zo zijn voordelen”, aldus Mark. Schaalvergroting betekent een andere werkwijze. Mark: “Mijn vaders stijl is om overal kort op te zitten. Jarenlang was het regel dat er áltijd een Kamp aanwezig moest zijn. Zelf geloof ik meer in het aanstellen van de juiste mensen en die je vertrouwen geven. Dat is een leuk spanningsveld – ja, we zitten elkaar wel eens in de haren. (lacht) Maar inmiddels kunnen we ook wel eens tegelijk op vakantie. En ook dán gaat het meestal goed!”

Bijtelling weer normal

Zo ontspannen als Kamp klinkt, zo ambitieus is hij. “We zijn nu van een 1 procent-dealer opeens een 2 procent-dealer geworden. Dat schept verplichtingen. Maar nu de bijtelling weer normaal wordt, zie ik dat zeker lukken. Opel heeft daar als fabrikant nooit echt aan meegedaan en daar hebben we best last van gehad. Inmiddels zit het merk echter weer goed in de lift: van de Astra Sports Tourer heb ik er al twaalf ongezien verkocht. En de werkplaats staat vol; in Hengelo moeten we binnenkort van zeven naar twaalf mensen. De kunst wordt om heel ‘Kamp’ te blijven: toegankelijk, nuchter en vriendelijk, ook op de nieuwe vestiging.”