Tellerfraude: samenwerking Duitsland dringend nodig
Nederland wil vaak het beste jongetje van de klas zijn in Europa. Ook op het gebied van fraudebestrijding is het raak: waar in ons omringende landen het terugdraaien van de km-tellerstand schering en inslag is, komt dit soort fraude met ‘Nederlandse’ auto’s nauwelijks voor. Het Europese klasje kent slechts één betere leerling: België, waar dankzij de Carpass slechts 0,1 procent van de tellerstanden dubieus is (in Nederland is dit 2 procent). Dat het gesjoemel met de km-stand geld kost is evident: de kilometrage bepaalt voor een belangrijk deel de (rest)waarde van een auto, maar ook de te verwachten onderhouds- en reparatiekosten voor de koper.
In Nederland wordt al langer gepleit voor Europese regelgeving en tellerregistratie, mede vanwege onze omvang im- en export. Bij auto’s die binnen de landsgrenzen worden verhandeld, komen dit soort praktijken dankzij de tellerfraudewet steeds minder voor, maar bij auto’s die over de grens verdwijnen of via Duitsland ons land binnenkomen, is er nauwelijks toezicht. Tussen Nederland en België bestaat er sinds enkele jaren een samenwerking waarbij de tellerstand bij import/export wordt gecontroleerd, maar bij andere landen is dit nog niet het geval. En dat is de Nederlandse handelaren een doorn in het oog. Van de 200 duizend naar Nederland geïmporteerde personenauto’s komt 19 procent uit België en ruim 60 procent van de auto’s uit Duitsland, waar geen tellerafspraak mee is gemaakt. Volgens de cijfers van het Europese onderzoek naar tellerfraude heeft ongeveer een derde van de occasions in Duitsland een onlogische kilometerstand. Let wel: dit is op basis van een onderzoek uit 2011.
Minder gesjoemel
Ook op Europees niveau wordt er, via autobranchevereniging Cecra, al langer gelobbyd voor een Europabrede aanpak van tellerfraude. Tot nu toe zonder al te veel succes, maar er lijkt nu een kentering te komen. Sinds september vorig jaar is de beveiliging van de kilometerteller tegen fraude onderdeel van de typegoedkeuring. Ook werd het European car and driving licence information system (Eucaris) verdrag, een samenwerkingsverband waarmee acht EU-landen transportgerelateerde informatie uitwisselen, uitgebreid met de kilometerstanden.
En eerder deze week kwam daar dus de publicatie van een Europees onderzoek bij, waarin de miljardenstrop voor ondernemers en consumenten wordt aangetoond. In dit onderzoek wordt er indirect gepleit voor een aanpak volgens een Europees systeem op de leest van de Nationale Autopas of Carpass. Bij de Nederlandse Vereniging VAT (Vereniging Aanpak Tellerfraude) ging de vlag uit, zegt bestuurslid Martin Huisman. “Wij pleiten al heel lang voor een Europese aanpak. Sinds de RDW de tellerstandendatabase beheert en er een wettelijk verbod is op het terugdraaien van de teller, zien we in Nederland steeds minder gesjoemel. De samenwerking met België is echter een druppel op een gloeiende plaat, de meeste auto’s worden geïmporteerd vanuit Duitsland en daarmee is geen samenwerkingsverband op dit gebied. Het is dan dus eenvoudig om auto’s in te voeren met een onlogische kilometerstand. Die auto’s hebben soms ook al meerdere Centraal-Europese landen aangedaan”, aldus Huisman.
Tellerfraudewet
Optimisme alom dus, maar het aantal juridische zaken dat sinds de invoering van de tellerfraudewet in 2014 is gevoerd, is nog laag: 5 stuks. Wel daalt het aantal voertuigen met een afwijkende tellerstand van 2 procent in 2015 naar 0,4 procent nu, volgens cijfers van het VAT, op een totaal van 9,5 miljoen auto’s. “En van dat percentage gaat het niet altijd om fraude, er kan ook sprake zijn van een vergissing”, zegt Huisman. De betrouwbaarheid wordt volgens hem steeds groter, omdat er steeds meer kilometerstanden worden geregistreerd: in Nederland telt een voertuig nu gemiddeld 13,21 kilometerstanden, tegenover 9,53 in 2008. Als de Europese Commissie doorzet, wordt dit aanbod niet langer bevuild door jaarlijks zo’n 39 duizend vermoedelijk gemanipuleerde tellers uit Duitsland.