Autodealer verliest beroepszaak tegen vaststelling WOZ-waarde

Maarten Bokslag Maarten Bokslag
• Laatste update:
4 miljoen euro is niet te hoog als WOZ-waarde voor een autobedrijf, oordeelt de rechter (foto: Shutterstock)

Een autodealer die in beroep ging tegen de in zijn ogen te hoge WOZ-waarde van zijn bedrijf, is door de Rechtbank Oost-Brabant in het ongelijk gesteld. De taxerend ambtenaar had de waarde van het autobedrijf vastgesteld op basis van huurwaardekapitalisatie, de vergelijkingsmethode en het historische verkoopcijfer uit 2016. De rechter vindt die beoordeling voldoende onderbouwd, zo valt te lezen in het rechtbankverslag.

Showroom, werkplaats, opslag en parkeerruimte

Het gaat om de vaststelling van de WOZ-waarde van een autobedrijf met showroom, werkplaats en opslag. Het bruto vloeroppervlak van de bebouwing is 7.200 m2, het gehele perceel, inclusief 160 parkeerplaatsen, meet ruim 12.000 m2. De WOZ-waarde per 1 januari 2019 werd op 3 mei 2021 door een taxateur vastgesteld op op € 3.982.000. De eigenaar van het autobedrijf is het daar niet mee eens en gaat in beroep. Hij bepleit een waarde van 3,5 miljoen euro. Als verweer geeft hij onder meer aan dat de vergelijkingsobjecten niet goed passen bij het eigen pand uit 1975. Drie Nederlandse bedrijven hebben zich gespecialiseerd in beroepszaken tegen WOZ-waarde en BPM. Lees hier over hun werkwijze.

Andere vergelijkingspanden

De ambtenaar die de waarde heeft bepaald, heeft als voorbereiding van de beroepszaak besloten om drie andere vergelijkingsobjecten te kiezen. De rechter vindt daarom het verweer tegen de eerdere vergelijkingspanden niet meer ter zake. De rechter vindt ook dat de toegepaste methode van huurwaardekapitalisatie een aannemelijk beeld geeft van de WOZ-waarde. Deze methode wordt uitgebreid toegelicht in het rechtbankverslag. Tenslotte wordt aangevoerd dat het bewuste bedrijfspand in 2016 van eigenaar wisselde voor 4 miljoen euro. Ook dat maakt de nu door de gemeente vastgestelde WOZ-waarde aannemelijk. 

‘Voldoende aannemelijk’

De rechtbank is van oordeel dat verweerder voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de vastgestelde waarde van het bedrijfsobject van € 3.982.000 niet te hoog is. Dit betekent dat de rechtbank zich niet meer hoeft te verdiepen in de waarde berekening, zoals die door het autobedrijf is beargumenteerd. 

Geplaatst in rubriek:
Maarten Bokslag
Maarten Bokslag

Maarten is een ervaren freelancer op het gebied van de automotive en mobiliteit. Hij heeft een zwak voor klassieke auto's.

Autodealer verliest beroepszaak tegen vaststelling WOZ-waarde | Automotive Online

Autodealer verliest beroepszaak tegen vaststelling WOZ-waarde

Maarten Bokslag Maarten Bokslag
• Laatste update:
4 miljoen euro is niet te hoog als WOZ-waarde voor een autobedrijf, oordeelt de rechter (foto: Shutterstock)

Een autodealer die in beroep ging tegen de in zijn ogen te hoge WOZ-waarde van zijn bedrijf, is door de Rechtbank Oost-Brabant in het ongelijk gesteld. De taxerend ambtenaar had de waarde van het autobedrijf vastgesteld op basis van huurwaardekapitalisatie, de vergelijkingsmethode en het historische verkoopcijfer uit 2016. De rechter vindt die beoordeling voldoende onderbouwd, zo valt te lezen in het rechtbankverslag.

Showroom, werkplaats, opslag en parkeerruimte

Het gaat om de vaststelling van de WOZ-waarde van een autobedrijf met showroom, werkplaats en opslag. Het bruto vloeroppervlak van de bebouwing is 7.200 m2, het gehele perceel, inclusief 160 parkeerplaatsen, meet ruim 12.000 m2. De WOZ-waarde per 1 januari 2019 werd op 3 mei 2021 door een taxateur vastgesteld op op € 3.982.000. De eigenaar van het autobedrijf is het daar niet mee eens en gaat in beroep. Hij bepleit een waarde van 3,5 miljoen euro. Als verweer geeft hij onder meer aan dat de vergelijkingsobjecten niet goed passen bij het eigen pand uit 1975. Drie Nederlandse bedrijven hebben zich gespecialiseerd in beroepszaken tegen WOZ-waarde en BPM. Lees hier over hun werkwijze.

Andere vergelijkingspanden

De ambtenaar die de waarde heeft bepaald, heeft als voorbereiding van de beroepszaak besloten om drie andere vergelijkingsobjecten te kiezen. De rechter vindt daarom het verweer tegen de eerdere vergelijkingspanden niet meer ter zake. De rechter vindt ook dat de toegepaste methode van huurwaardekapitalisatie een aannemelijk beeld geeft van de WOZ-waarde. Deze methode wordt uitgebreid toegelicht in het rechtbankverslag. Tenslotte wordt aangevoerd dat het bewuste bedrijfspand in 2016 van eigenaar wisselde voor 4 miljoen euro. Ook dat maakt de nu door de gemeente vastgestelde WOZ-waarde aannemelijk. 

‘Voldoende aannemelijk’

De rechtbank is van oordeel dat verweerder voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de vastgestelde waarde van het bedrijfsobject van € 3.982.000 niet te hoog is. Dit betekent dat de rechtbank zich niet meer hoeft te verdiepen in de waarde berekening, zoals die door het autobedrijf is beargumenteerd. 

Geplaatst in rubriek:
Maarten Bokslag
Maarten Bokslag

Maarten is een ervaren freelancer op het gebied van de automotive en mobiliteit. Hij heeft een zwak voor klassieke auto's.