Aanpassing bpm-regels in Belastingplan 2021, Bovag gematigd tevreden

Bart Kuijpers Bart Kuijpers
Prinsjesdag bevatte verder geen belangrijk nieuws voor de autobranche. (Foto: Shutterstock)

In het Belastingplan 2021 is de eind 2019 voorgestelde aanpassing van de bpm-regels opgenomen. Die wijziging houdt in dat het moment waarop de hoogte van de bpm wordt bepaald en betaald moet worden, samenhangt met het moment van eerste registratie. Dat voorkomt dat taxateurs hun eigen taxatie kunnen aanvechten, omdat de auto bij de tenaamstelling (die na de inschrijving plaatsvindt) verouderd is waardoor een afschrijving heeft plaatsgevonden. Op dit moment wordt de hoogte van de bpm (voorlopig) vastgesteld bij kentekenregistratie (1a) en wordt de bpm definitief vastgesteld, en afgedragen op het moment van tenaamstellen (1b). 

Het wetsvoorstel komt nadat er een uitvoeringstoets heeft plaatsgevonden. De RDW neemt bij de parallelimport naast de identificatie, ook de fiscale controle op zich. Het Ministerie van Financiën heeft een uitvoeringstoets gedaan waaruit blijkt dat de RDW deze, grotere, rol aankan.

Begrijpelijk

Bovag kan zich vinden in dit deel van de aanpassing. “Op zich een begrijpelijke ingreep, die ook voorsorteert op de door Bovag vurig bepleite ‘Green Lane’ bij import van occasions voor bedrijven die een strakke, eenduidige aangifte voor de bpm doen.”

Maar de ingreep heeft enkele vervelende consequenties voor de branche, stelt Bovag. “Ten eerste zorgt het naar voren halen van het bpm-afdrachtmoment voor een extra liquiditeitsbeslag bij importeurs. In de keten voor verkoop nieuw is de kans groot dat dat nadeel (deels) op de dealer wordt afgewenteld. Om de verslechtering van de liquiditeitspositie van de importeur op te vangen zou de betaaltermijn van importeurs met een Artikel 8 Verklaring kunnen worden verlengd naar drie maanden. Echter, met de toename van de termijn tussen betalingsverplichting van en betaalmoment door de importeur neemt het faillissementsrisico van de importeur voor de dealer toe.”

Dat dit een reëel risico is, blijkt volgens Bovag uit onder meer het bankroet van de Rover-importeur. “Om die reden is het zaak het moment van bpm-bepaling (en met deze wetswijziging: -betaling) en het moment van tenaamstellen zo dicht mogelijk bij elkaar te brengen. Tenaamstellen kan nu afhankelijk van de wachttijden bij de RDW en de procedure bij de Belastingdienst enkele dagen tot enkele weken duren. Dat moet echt sneller om de schade van de nieuwe regeling enigszins te beperken.”

Bovag wil dat de borgstelling door importeurs bij de Belastingdienst wordt verhoogd, zodat het risico dat dealers moeten opdraaien voor de bpm in geval van faillissement van een importeur wordt beperkt. Bovag gaat daarover in overleg met het ministerie van Financiën.

BTW over bpm

Ten tweede heeft het er alle schijn van dat door deze ingreep – namelijk al afdragen op moment 1a – ook btw moet worden betaald over de afgedragen bpm. “Nu is het bij nieuwe auto’s nog zo dat de bpm-afdracht heel dicht bij aflevering aan de klant ligt en de Belastingdienst de redenatie volgt dat je namens de klant bpm afdraagt (doorlopende post), waardoor er geen btw over die bpm betaald hoeft te worden. Als de aanpassing daadwerkelijk zo uitgevoerd gaat worden, is er geen sprake meer van een doorlopende post en betaal je dus ook btw over de bpm, belasting over belasting dus, en dan gaat een nieuwe benzineauto gemiddeld zo’n 1.000 euro extra kosten en een diesel zelfs het dubbele. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Bovag zal Belastingdienst, Financiën en de politiek wijzen op dit ongewenste effect.”

Aanpassing van het BPM-moment gaat volgens het Belastingplan in per 1 juli 2021 of 1 januari 2022.

Geplaatst in rubriek:
Bart Kuijpers
Bart Kuijpers

Bart Kuijpers (’80) werkt sinds 2008 bij Automotive. Hij is als redacteur verantwoordelijk voor de portefeuilles Merkkanaal en Occasions. Bart houdt van voetbal en van Radiohead. Hij rijdt sinds februari '23 een Tesla en is daar erg tevreden (relatief betaalbaar en fantastische software) mee, maar hij is verder geen fan van het merk.

Aanpassing bpm-regels in Belastingplan 2021, Bovag gematigd tevreden | Automotive Online

Aanpassing bpm-regels in Belastingplan 2021, Bovag gematigd tevreden

Bart Kuijpers Bart Kuijpers
Prinsjesdag bevatte verder geen belangrijk nieuws voor de autobranche. (Foto: Shutterstock)

In het Belastingplan 2021 is de eind 2019 voorgestelde aanpassing van de bpm-regels opgenomen. Die wijziging houdt in dat het moment waarop de hoogte van de bpm wordt bepaald en betaald moet worden, samenhangt met het moment van eerste registratie. Dat voorkomt dat taxateurs hun eigen taxatie kunnen aanvechten, omdat de auto bij de tenaamstelling (die na de inschrijving plaatsvindt) verouderd is waardoor een afschrijving heeft plaatsgevonden. Op dit moment wordt de hoogte van de bpm (voorlopig) vastgesteld bij kentekenregistratie (1a) en wordt de bpm definitief vastgesteld, en afgedragen op het moment van tenaamstellen (1b). 

Het wetsvoorstel komt nadat er een uitvoeringstoets heeft plaatsgevonden. De RDW neemt bij de parallelimport naast de identificatie, ook de fiscale controle op zich. Het Ministerie van Financiën heeft een uitvoeringstoets gedaan waaruit blijkt dat de RDW deze, grotere, rol aankan.

Begrijpelijk

Bovag kan zich vinden in dit deel van de aanpassing. “Op zich een begrijpelijke ingreep, die ook voorsorteert op de door Bovag vurig bepleite ‘Green Lane’ bij import van occasions voor bedrijven die een strakke, eenduidige aangifte voor de bpm doen.”

Maar de ingreep heeft enkele vervelende consequenties voor de branche, stelt Bovag. “Ten eerste zorgt het naar voren halen van het bpm-afdrachtmoment voor een extra liquiditeitsbeslag bij importeurs. In de keten voor verkoop nieuw is de kans groot dat dat nadeel (deels) op de dealer wordt afgewenteld. Om de verslechtering van de liquiditeitspositie van de importeur op te vangen zou de betaaltermijn van importeurs met een Artikel 8 Verklaring kunnen worden verlengd naar drie maanden. Echter, met de toename van de termijn tussen betalingsverplichting van en betaalmoment door de importeur neemt het faillissementsrisico van de importeur voor de dealer toe.”

Dat dit een reëel risico is, blijkt volgens Bovag uit onder meer het bankroet van de Rover-importeur. “Om die reden is het zaak het moment van bpm-bepaling (en met deze wetswijziging: -betaling) en het moment van tenaamstellen zo dicht mogelijk bij elkaar te brengen. Tenaamstellen kan nu afhankelijk van de wachttijden bij de RDW en de procedure bij de Belastingdienst enkele dagen tot enkele weken duren. Dat moet echt sneller om de schade van de nieuwe regeling enigszins te beperken.”

Bovag wil dat de borgstelling door importeurs bij de Belastingdienst wordt verhoogd, zodat het risico dat dealers moeten opdraaien voor de bpm in geval van faillissement van een importeur wordt beperkt. Bovag gaat daarover in overleg met het ministerie van Financiën.

BTW over bpm

Ten tweede heeft het er alle schijn van dat door deze ingreep – namelijk al afdragen op moment 1a – ook btw moet worden betaald over de afgedragen bpm. “Nu is het bij nieuwe auto’s nog zo dat de bpm-afdracht heel dicht bij aflevering aan de klant ligt en de Belastingdienst de redenatie volgt dat je namens de klant bpm afdraagt (doorlopende post), waardoor er geen btw over die bpm betaald hoeft te worden. Als de aanpassing daadwerkelijk zo uitgevoerd gaat worden, is er geen sprake meer van een doorlopende post en betaal je dus ook btw over de bpm, belasting over belasting dus, en dan gaat een nieuwe benzineauto gemiddeld zo’n 1.000 euro extra kosten en een diesel zelfs het dubbele. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Bovag zal Belastingdienst, Financiën en de politiek wijzen op dit ongewenste effect.”

Aanpassing van het BPM-moment gaat volgens het Belastingplan in per 1 juli 2021 of 1 januari 2022.

Geplaatst in rubriek:
Bart Kuijpers
Bart Kuijpers

Bart Kuijpers (’80) werkt sinds 2008 bij Automotive. Hij is als redacteur verantwoordelijk voor de portefeuilles Merkkanaal en Occasions. Bart houdt van voetbal en van Radiohead. Hij rijdt sinds februari '23 een Tesla en is daar erg tevreden (relatief betaalbaar en fantastische software) mee, maar hij is verder geen fan van het merk.