Tussenpersoon moet 40 duizend euro betalen na ondeugdelijk advies aan wagenparkbeheerder

Ivonne Vermeulen Ivonne Vermeulen
• Laatste update:
De rechter oordeelt dat tussenpersoon verschil in premie aan wagenparkbeheerder moet betalen. (Foto: Shutterstock)

Een tussenpersoon moet aan een wagenparkbeheerder ruim 43 duizend euro vergoeden. Dit is het verschil tussen het premiebedrag van de verzekering die de tussenpersoon aanbood en het alternatief dat de fleetmanager zelf vond. Dat oordeelt de Rechtbank Midden-Nederland. De wagenparkbeheerder had zelf een goedkopere verzekeringsaanbieder gevonden dan de tussenpersoon en stelde de tussenpersoon aansprakelijk voor het verschil van de premie en de gebrekkige advisering.

Beroepsfout

Volgens de rechter was de vraag of de tussenpersoon een ‘beroepsfout’ heeft gemaakt. De tussenpersoon stelde namelijk dat het niet de vraag was van de wagenparkbeheerder om naar de goedkoopste verzekering te zoeken. Volgens de assuradeur zou er daarom geen sprake zijn van zorgplichtschending. De wagenparkbeheerder stelde echter dat de tussenpersoon tekortschoot en ‘ontoereikend’ heeft geadviseerd. Volgens hen had zij als verzekeringsnemer een vanzelfsprekend belang bij een passende verzekering tegen een zo voordelig mogelijke premie. Het ging om een WA en WA Casco verzekering.

Dubbele last

De auto’s waren in 2017 ondergebracht bij HDI, tegen een premie van bijna 46 duizend euro. HDI beëindigde de verzekering, waarna de tussenpersoon aan de wagenparkbeheerder liet weten dat Amlin het beste voorstel deed, met een jaarpremie van ruim 93 duizend euro. Bij een inventarisatie voor 2019 werd vervolgens Avéro Achmea geadviseerd, dat een premie aanbood van 88 duizend euro. Toen de wagenparkbeheerder in deze ronde zelf ook de markt op ging, kwam ze uit bij TVM, dat een aanbod deed van 48.500 euro over 2019. De wagenparkbeheerder besloot met deze verzekeraar in zee te gaan en stelde dat de hoge premies in voorgaande jaren te maken had met het feit dat de offerte van Amlin in 2018 niet marktconform was. Ze vroeg TVM een inschatting te maken van wat ze bij deze verzekeraar zou hebben betaald in 2018 en eiste het verschil – ruim 42 duizend euro – vervolgens terug van de tussenpersoon.

De rechtbank oordeelt dat in principe niet van een assuradeur kan worden verwacht dat het andere verzekeraars dan waarmee het afspraken heeft vraagt om een voorstel, maar dat deze situatie anders was omdat er sprake was van een verdubbeling van de premie. 

De wagenparkbeheerder is vlootbeheerder van zo’n 22 bestelbusjes en stelde deze ter beschikking aan een dochterbedrijf, een transportonderneming.

Geplaatst in rubriek:
Ivonne Vermeulen
Ivonne Vermeulen

Ivonne Vermeulen is redacteur bij Automotive, waar ze onder andere de portefeuilles Schade en Universele markt beheert.

Reacties

  • B.M. Hijkoop

    Raar verhaal

Tussenpersoon moet 40 duizend euro betalen na ondeugdelijk advies aan wagenparkbeheerder | Automotive Online

Tussenpersoon moet 40 duizend euro betalen na ondeugdelijk advies aan wagenparkbeheerder

Ivonne Vermeulen Ivonne Vermeulen
• Laatste update:
De rechter oordeelt dat tussenpersoon verschil in premie aan wagenparkbeheerder moet betalen. (Foto: Shutterstock)

Een tussenpersoon moet aan een wagenparkbeheerder ruim 43 duizend euro vergoeden. Dit is het verschil tussen het premiebedrag van de verzekering die de tussenpersoon aanbood en het alternatief dat de fleetmanager zelf vond. Dat oordeelt de Rechtbank Midden-Nederland. De wagenparkbeheerder had zelf een goedkopere verzekeringsaanbieder gevonden dan de tussenpersoon en stelde de tussenpersoon aansprakelijk voor het verschil van de premie en de gebrekkige advisering.

Beroepsfout

Volgens de rechter was de vraag of de tussenpersoon een ‘beroepsfout’ heeft gemaakt. De tussenpersoon stelde namelijk dat het niet de vraag was van de wagenparkbeheerder om naar de goedkoopste verzekering te zoeken. Volgens de assuradeur zou er daarom geen sprake zijn van zorgplichtschending. De wagenparkbeheerder stelde echter dat de tussenpersoon tekortschoot en ‘ontoereikend’ heeft geadviseerd. Volgens hen had zij als verzekeringsnemer een vanzelfsprekend belang bij een passende verzekering tegen een zo voordelig mogelijke premie. Het ging om een WA en WA Casco verzekering.

Dubbele last

De auto’s waren in 2017 ondergebracht bij HDI, tegen een premie van bijna 46 duizend euro. HDI beëindigde de verzekering, waarna de tussenpersoon aan de wagenparkbeheerder liet weten dat Amlin het beste voorstel deed, met een jaarpremie van ruim 93 duizend euro. Bij een inventarisatie voor 2019 werd vervolgens Avéro Achmea geadviseerd, dat een premie aanbood van 88 duizend euro. Toen de wagenparkbeheerder in deze ronde zelf ook de markt op ging, kwam ze uit bij TVM, dat een aanbod deed van 48.500 euro over 2019. De wagenparkbeheerder besloot met deze verzekeraar in zee te gaan en stelde dat de hoge premies in voorgaande jaren te maken had met het feit dat de offerte van Amlin in 2018 niet marktconform was. Ze vroeg TVM een inschatting te maken van wat ze bij deze verzekeraar zou hebben betaald in 2018 en eiste het verschil – ruim 42 duizend euro – vervolgens terug van de tussenpersoon.

De rechtbank oordeelt dat in principe niet van een assuradeur kan worden verwacht dat het andere verzekeraars dan waarmee het afspraken heeft vraagt om een voorstel, maar dat deze situatie anders was omdat er sprake was van een verdubbeling van de premie. 

De wagenparkbeheerder is vlootbeheerder van zo’n 22 bestelbusjes en stelde deze ter beschikking aan een dochterbedrijf, een transportonderneming.

Geplaatst in rubriek:
Ivonne Vermeulen
Ivonne Vermeulen

Ivonne Vermeulen is redacteur bij Automotive, waar ze onder andere de portefeuilles Schade en Universele markt beheert.

Reacties

  • B.M. Hijkoop

    Raar verhaal