Benelux heeft pilotstatus in online strategie

Op bezoek | Onderdelenreus LKQ richt vizier op consumentenmarkt

Op bezoek • Een van de grootste onderdelenleveranciers ter wereld, LKQ Europe, zet in op een vergaande digitalisering van zijn producten en processen. En passant gaat het ook de consumentenmarkt betreden. “We maken ons klaar voor de aftermarket van de toekomst.”
Jeroen Vos Jeroen Vos
Yanik Cantieni (links), cfo, en Arnd Franz (rechts), ceo, van LKQ Europe openen het Innovation and Service Centre van de onderdelendistribiteur in het Poolse Katowice. (Foto: LKQ Europe)

Onderdelendistribiteur LKQ Europe – moederbedrijf van Fource – gaat tegen 2025 de consumentenmarkt op, met een mobiliteitsplatform (inclusief app) waarmee particulieren hun mobiliteitszaken kunnen regelen: van het maken van een onderhoudsafspraak tot het reserveren van een deelauto. Dat maakte Arnd Franz, ceo van LKQ Europe, maandag bekend bij de opening van het Innovation and Service Centre van het concern in het Poolse Katowice. Het initiatief maakt deel uit van de digitale transformatie van één van de grootste onderdelendistribiteurs ter wereld, die nu nog hoofdzakelijk actief is in de distributie van onderdelen en equipment aan autobedrijven.

Miljardenbedrijf

LKQ Corporation is een Amerikaans miljardenbedrijf: over het tweede kwartaal van dit jaar bedroeg de omzet 3,4 miljard euro (30 procent meer dan in Q2-2020) en de winst 441 miljoen. Van de omzet komt 1,3 miljard euro voor rekening van de Europese tak. Geheel in lijn met het 1LKQ Europe-programma, dat in 2019 is ingezet om de marktpositie van het bedrijf op dit continent te verstevigen.

Om te blijven groeien is een digitale transformatie essentieel, vindt het bedrijf. Het investeert daarom de komende jaren in een digitaal platform voor zijn zakelijke afnemers, dat in 2025 gereed moet zijn. Daarnaast wordt er een ‘omnichannelkanaal’ gelanceerd voor de consumentenmarkt: een alles-in-een-oplossing voor mobiliteit via een app. Hiermee wil het bedrijf onder andere verzekeringen aanbieden, het inplannen van onderhouds- en reparatieafspraken mogelijk maken, inzicht geven in voertuighistorie en deelautogebruik faciliteren. Omdat het bedrijf niet al deze diensten zelf in huis heeft, moeten hiervoor ook partners worden aangesloten.

Nederland is een goede plek om nieuwe diensten uit te proberen

Arnd Franz, ceo LKQ Europe

De plannen zijn groots en uitdagend, zegt Franz, en bestaan nu nog vooral op papier. Om ze concreet te maken, is ook een rol weggelegd voor de Nederlandse dochteronderneming LKQ Fource. “De Benelux, en dan vooral Nederland, loopt voorop in de digitalisering, het is een first moving market“, aldus Franz. “Dat betekent dat het een goede plek is om nieuwe digitale diensten uit te proberen (zie ook kader ‘Koploper’, red).”

Groeimarkt

Toch koos LKQ voor de lancering van zijn nieuwe strategie het Innovation and Service Centre in het Poolse Katowice als setting. En dat is niet voor niets: Oost- en Midden-Europa vormen voor de onderdelendistribiteur de snelst groeiende regio’s, waarbij Polen als één van de belangrijkste markten wordt gezien. De stad Katowice, voorheen het centrum van mijnbouw en staalindustrie, legt tegenwoordig de focus op IT en computer engineering. “Wij hadden ons Innovation and Service Center kunnen vestigen in Krakau. Een stad met een grote historie maar ook geliefd bij grote ondernemingen die allen in dezelfde vijver vissen naar talenten. Katowice is een stad in transitie. Dat vind ik spannender, omdat wij als onderneming dezelfde weg afleggen”, aldus Franz tijdens de persconferentie. Burgemeester Marcin Krupa van Katowice stipte in zijn welkomstwoord ook aan dat er in de metropoolregio Katowice 2 miljoen inwoners wonen, wat de zoektocht naar personeel wellicht vergemakkelijkt. Momenteel werken er 30 mensen in het innovatiecentrum van LKQ; tegen 2024 moeten dat er 250 zijn.

Koploper

Voor de lancering van zijn digitale platform voor consumenten en voor de b2b-markt ziet LKQ een belangrijke rol weggelegd voor Nederland. “Bij de ontwikkeling van een platform met mobiliteitsoplossingen voor onze klanten speelt Nederland een belangrijke rol. Om te weten of iets werkt moet je het tenslotte uitproberen in een land dat in digitalisering al heel ver is, en dat is Holland”, stelt Franz. Johan van der Hoeven, directeur van LKQ Fource, bevestigt de woorden van Franz. “Van de bestellingen die bij ons worden gedaan gaat tegenwoordig al 65 procent online. Daarmee nemen wij een koppositie in Europa in. In bijvoorbeeld Engeland gaat het merendeel van de orders nog telefonisch”, aldus Van der Hoeven. Vanwege de pilotstatus van de digitale transformatie kan hij nog geen nadere toelichting op de digitale producten en diensten geven.

Stroomlijnen

De digitalisering moet niet alleen nieuwe diensten opleveren, maar ook zorgen voor een efficiencyslag bij het bedrijf zelf. “Wij digitaliseren, stroomlijnen en standaardiseren onze interne en administratieve processen in één Europees centrum”, zo vertelde Franz op de bijeenkomst. “Zo maken we ons klaar voor de aftermarket van de toekomst.”

En in die toekomst wordt niet alleen de consument vooral digitaal bediend, ook de zakelijke afnemer. De distribiteur werkt aan een technologieplatform waar klanten, zoals de Full Fource Partners, toegang toe krijgen. Hierin worden garage- en bestelsystemen opgenomen, e-learning platforms en wordt de toegang tot voertuigdata en -informatie geregeld. Ook communicatie en service op afstand met de connected car moeten worden verzorgd, voor diagnose op afstandsoftware updates en onderhoud-over-the-air.

Voertuigdata

Voor de werking van zo’n b2b communicatieplatform is de toegang tot voertuigdata dus essentieel, en daar wringt hem nu nog de schoen, beaamt Franz. “Autofabrikanten moeten gaan samenwerken met onder andere distributeurs zoals wij, om data toegankelijk te maken voor reparatie en onderhoud van auto’s. Dat delen van de data door autofabrikanten gaat niet snel, maar we voelen ons gesteund door de Europese Commissie, die zich sterk maakt voor het openbaar maken van voertuigdata.” LKQ heeft via zijn aandeelhouderschap in autotelematicaplatform Caruso al toegang tot een groot deel van de benodigde data. Daarnaast werkt het bedrijf nu een eigen platform uit.

De elektrificatie raakt de aftermarket pas het volgende decennium

Arnd Franz, ceo LKQ Europe

De elektrificatie van het wagenpark, die naar verwachting leidt tot een structurele daling in aftersalesomzet, heeft vooralsnog geen impact op de strategie van het bedrijf, zegt Franz. “Het zijn nu vooral nieuwe auto’s, het overgrote deel van de autovloot heeft nog altijd een brandstofmotor. Tot 2028 gaan de EV-ontwikkelingen in het universele kanaal nog langzaam. Wij verwachten dat de elektrificatie de aftermarket pas gaat raken in het volgende decennium. In de vorm van een reductie van het aantal werkplaatsen en schaalvergroting. Er moet worden geïnvesteerd in geavanceerd equipment en apparatuur, en die investering kan alleen bij voldoende doorgangen worden terugverdiend”, zegt de topman. “Het is ook interessant om te zien wat er met de batterijpakketten gebeurt. De garantie op die batterij is meestal 8 jaar. En dan? Reparatie, onderhoud en remanufacturing van batterijpakketten moeten worden opgepakt door de aftermarket.”

Op bezoek

De redactie van Automotive bezoekt tal van evenementen. In de online rubriek ‘Op bezoek’ leest u wat ons zoal opviel. Wat: Opening LKQ Innovation and Service Center / Waar: 6 september, LKQ Katowice (Polen) / Aantal bezoekers: 25 / Doelgroep: Journalisten

Geplaatst in rubriek:
Jeroen Vos
Jeroen Vos

Jeroen Vos (’82) is redacteur bij Automotive. In 2006 afgestudeerd aan de School voor Journalistiek in Utrecht en liefhebber van goed voetbal, films en muziek uit de jaren ’80.

Op bezoek | Onderdelenreus LKQ richt vizier op consumentenmarkt | Automotive Online
Benelux heeft pilotstatus in online strategie

Op bezoek | Onderdelenreus LKQ richt vizier op consumentenmarkt

Op bezoek • Een van de grootste onderdelenleveranciers ter wereld, LKQ Europe, zet in op een vergaande digitalisering van zijn producten en processen. En passant gaat het ook de consumentenmarkt betreden. “We maken ons klaar voor de aftermarket van de toekomst.”
Jeroen Vos Jeroen Vos
Yanik Cantieni (links), cfo, en Arnd Franz (rechts), ceo, van LKQ Europe openen het Innovation and Service Centre van de onderdelendistribiteur in het Poolse Katowice. (Foto: LKQ Europe)

Onderdelendistribiteur LKQ Europe – moederbedrijf van Fource – gaat tegen 2025 de consumentenmarkt op, met een mobiliteitsplatform (inclusief app) waarmee particulieren hun mobiliteitszaken kunnen regelen: van het maken van een onderhoudsafspraak tot het reserveren van een deelauto. Dat maakte Arnd Franz, ceo van LKQ Europe, maandag bekend bij de opening van het Innovation and Service Centre van het concern in het Poolse Katowice. Het initiatief maakt deel uit van de digitale transformatie van één van de grootste onderdelendistribiteurs ter wereld, die nu nog hoofdzakelijk actief is in de distributie van onderdelen en equipment aan autobedrijven.

Miljardenbedrijf

LKQ Corporation is een Amerikaans miljardenbedrijf: over het tweede kwartaal van dit jaar bedroeg de omzet 3,4 miljard euro (30 procent meer dan in Q2-2020) en de winst 441 miljoen. Van de omzet komt 1,3 miljard euro voor rekening van de Europese tak. Geheel in lijn met het 1LKQ Europe-programma, dat in 2019 is ingezet om de marktpositie van het bedrijf op dit continent te verstevigen.

Om te blijven groeien is een digitale transformatie essentieel, vindt het bedrijf. Het investeert daarom de komende jaren in een digitaal platform voor zijn zakelijke afnemers, dat in 2025 gereed moet zijn. Daarnaast wordt er een ‘omnichannelkanaal’ gelanceerd voor de consumentenmarkt: een alles-in-een-oplossing voor mobiliteit via een app. Hiermee wil het bedrijf onder andere verzekeringen aanbieden, het inplannen van onderhouds- en reparatieafspraken mogelijk maken, inzicht geven in voertuighistorie en deelautogebruik faciliteren. Omdat het bedrijf niet al deze diensten zelf in huis heeft, moeten hiervoor ook partners worden aangesloten.

Nederland is een goede plek om nieuwe diensten uit te proberen

Arnd Franz, ceo LKQ Europe

De plannen zijn groots en uitdagend, zegt Franz, en bestaan nu nog vooral op papier. Om ze concreet te maken, is ook een rol weggelegd voor de Nederlandse dochteronderneming LKQ Fource. “De Benelux, en dan vooral Nederland, loopt voorop in de digitalisering, het is een first moving market“, aldus Franz. “Dat betekent dat het een goede plek is om nieuwe digitale diensten uit te proberen (zie ook kader ‘Koploper’, red).”

Groeimarkt

Toch koos LKQ voor de lancering van zijn nieuwe strategie het Innovation and Service Centre in het Poolse Katowice als setting. En dat is niet voor niets: Oost- en Midden-Europa vormen voor de onderdelendistribiteur de snelst groeiende regio’s, waarbij Polen als één van de belangrijkste markten wordt gezien. De stad Katowice, voorheen het centrum van mijnbouw en staalindustrie, legt tegenwoordig de focus op IT en computer engineering. “Wij hadden ons Innovation and Service Center kunnen vestigen in Krakau. Een stad met een grote historie maar ook geliefd bij grote ondernemingen die allen in dezelfde vijver vissen naar talenten. Katowice is een stad in transitie. Dat vind ik spannender, omdat wij als onderneming dezelfde weg afleggen”, aldus Franz tijdens de persconferentie. Burgemeester Marcin Krupa van Katowice stipte in zijn welkomstwoord ook aan dat er in de metropoolregio Katowice 2 miljoen inwoners wonen, wat de zoektocht naar personeel wellicht vergemakkelijkt. Momenteel werken er 30 mensen in het innovatiecentrum van LKQ; tegen 2024 moeten dat er 250 zijn.

Koploper

Voor de lancering van zijn digitale platform voor consumenten en voor de b2b-markt ziet LKQ een belangrijke rol weggelegd voor Nederland. “Bij de ontwikkeling van een platform met mobiliteitsoplossingen voor onze klanten speelt Nederland een belangrijke rol. Om te weten of iets werkt moet je het tenslotte uitproberen in een land dat in digitalisering al heel ver is, en dat is Holland”, stelt Franz. Johan van der Hoeven, directeur van LKQ Fource, bevestigt de woorden van Franz. “Van de bestellingen die bij ons worden gedaan gaat tegenwoordig al 65 procent online. Daarmee nemen wij een koppositie in Europa in. In bijvoorbeeld Engeland gaat het merendeel van de orders nog telefonisch”, aldus Van der Hoeven. Vanwege de pilotstatus van de digitale transformatie kan hij nog geen nadere toelichting op de digitale producten en diensten geven.

Stroomlijnen

De digitalisering moet niet alleen nieuwe diensten opleveren, maar ook zorgen voor een efficiencyslag bij het bedrijf zelf. “Wij digitaliseren, stroomlijnen en standaardiseren onze interne en administratieve processen in één Europees centrum”, zo vertelde Franz op de bijeenkomst. “Zo maken we ons klaar voor de aftermarket van de toekomst.”

En in die toekomst wordt niet alleen de consument vooral digitaal bediend, ook de zakelijke afnemer. De distribiteur werkt aan een technologieplatform waar klanten, zoals de Full Fource Partners, toegang toe krijgen. Hierin worden garage- en bestelsystemen opgenomen, e-learning platforms en wordt de toegang tot voertuigdata en -informatie geregeld. Ook communicatie en service op afstand met de connected car moeten worden verzorgd, voor diagnose op afstandsoftware updates en onderhoud-over-the-air.

Voertuigdata

Voor de werking van zo’n b2b communicatieplatform is de toegang tot voertuigdata dus essentieel, en daar wringt hem nu nog de schoen, beaamt Franz. “Autofabrikanten moeten gaan samenwerken met onder andere distributeurs zoals wij, om data toegankelijk te maken voor reparatie en onderhoud van auto’s. Dat delen van de data door autofabrikanten gaat niet snel, maar we voelen ons gesteund door de Europese Commissie, die zich sterk maakt voor het openbaar maken van voertuigdata.” LKQ heeft via zijn aandeelhouderschap in autotelematicaplatform Caruso al toegang tot een groot deel van de benodigde data. Daarnaast werkt het bedrijf nu een eigen platform uit.

De elektrificatie raakt de aftermarket pas het volgende decennium

Arnd Franz, ceo LKQ Europe

De elektrificatie van het wagenpark, die naar verwachting leidt tot een structurele daling in aftersalesomzet, heeft vooralsnog geen impact op de strategie van het bedrijf, zegt Franz. “Het zijn nu vooral nieuwe auto’s, het overgrote deel van de autovloot heeft nog altijd een brandstofmotor. Tot 2028 gaan de EV-ontwikkelingen in het universele kanaal nog langzaam. Wij verwachten dat de elektrificatie de aftermarket pas gaat raken in het volgende decennium. In de vorm van een reductie van het aantal werkplaatsen en schaalvergroting. Er moet worden geïnvesteerd in geavanceerd equipment en apparatuur, en die investering kan alleen bij voldoende doorgangen worden terugverdiend”, zegt de topman. “Het is ook interessant om te zien wat er met de batterijpakketten gebeurt. De garantie op die batterij is meestal 8 jaar. En dan? Reparatie, onderhoud en remanufacturing van batterijpakketten moeten worden opgepakt door de aftermarket.”

Op bezoek

De redactie van Automotive bezoekt tal van evenementen. In de online rubriek ‘Op bezoek’ leest u wat ons zoal opviel. Wat: Opening LKQ Innovation and Service Center / Waar: 6 september, LKQ Katowice (Polen) / Aantal bezoekers: 25 / Doelgroep: Journalisten

Geplaatst in rubriek:
Jeroen Vos
Jeroen Vos

Jeroen Vos (’82) is redacteur bij Automotive. In 2006 afgestudeerd aan de School voor Journalistiek in Utrecht en liefhebber van goed voetbal, films en muziek uit de jaren ’80.