Renault-ceo De Meo: Europese auto-industrie is niet meer toonaangevend

Industrie • Volgens De Meo ligt de oplossing niet meer in schaalgrootte en efficiency.
Michael van Wijngaarden Michael van Wijngaarden
• Laatste update:
(Foto: Renault Groep)

De auto-industrie staat volgens Renault-ceo Luca de Meo voor de grootste transitie in de afgelopen 150 jaar. Het terugdringen van de milieu-impact, het uitfaseren van de brandstofmotor in 2035 en steeds veranderende wetgeving behoren tot de grootste uitdagingen, aldus De Meo op de website van het Britse Autocar.

“De gemiddelde Europese auto is 60 procent zwaarder dan 20 jaar geleden en hij is 50 procent duurder.” Het gevolg is volgens De Meo dat de gemiddelde leeftijd van het wagenpark in Europa is opgelopen van 7 naar 12 jaar. In Nederland waren auto’s in 2022 volgens brancheorganisatie ACEA 11,7 jaar oud.

Andere uitdagingen die De Meo noemt zijn de ontwikkeling van elektrische auto’s, software, mobiliteitsdiensten en de circulaire economie. Er is volgens hem een hele nieuwe wereld ontstaan die bovendien enorm volatiel is. “Een miljardeninvestering in een gigafactory kan zo weer in twijfel worden getrokken als er een nieuwe technologie opkomt. Daarnaast is de afgelopen drie jaar de prijs van lithium eerst vertwaalfvoudigd en daarna gehalveerd.” De discussie over de Euro7-norm is volgens hem een goed voorbeeld van een onvoorspelbare politiek.

Volgens De Meo is de Europese auto-industrie niet meer leidend en ligt de oplossing niet meer, zoals vroeger, in schaalgrootte en efficiency maar in innovatie en strategische flexibiliteit. “Dat moeten autofabrikanten in de kern centraal stellen bij alles wat ze doen. Met de brandstofmotor waren we 100 jaar toonaangevend. Nu moeten we investeren in nieuwe technologieën en producten voor betaalbare en duurzame mobiliteit. ”

One-stop shop

De Meo denkt dat een groot deel van de oplossing bij de Europese politiek ligt. “Laten we een one-stop shop opzetten voor onze regelgeving. Een kader van stabiele regels en normen in heel Europa, naar het voorbeeld van wat de Chinezen met succes hebben bereikt. Dat hebben we in het verleden ook gedaan, met Airbus.”

Ook roept De Meo op tot meer samenwerking tussen verschillende industrieën die te maken hebben met de transitie van de autosector naar schone mobiliteit. “Denk aan mijnbouw, chemie, energie, productie en infrastructuur.”

De Meo ziet tot slot een sleutelrol voor lokale overheden en de 200 grootste steden in Europa om hun beleid meer op elkaar af te stemmen richting zero-emissie. Dit leidt volgens hem tot de ontwikkeling van een markt voor compacte en betaalbare elektrische auto’s die weinig tot geen invloed hebben op hun omgeving. “De auto moet meer terug in het centrum van het publieke debat,” concludeert de Renault-ceo.

Geplaatst in rubriek:
Michael van Wijngaarden
Michael van Wijngaarden

Sinds 2019 in dienst bij ProMedia, schrijft voor de titels Automotive en Fleet & Mobility. Tevens juryvoorzitter voor de verkiezingen van Occasion, Zakenauto en Bestelauto van het Jaar. Trekt er graag op uit in zijn als camper omgebouwde Ford Transit.  

Renault-ceo De Meo: Europese auto-industrie is niet meer toonaangevend | Automotive Online

Renault-ceo De Meo: Europese auto-industrie is niet meer toonaangevend

Industrie • Volgens De Meo ligt de oplossing niet meer in schaalgrootte en efficiency.
Michael van Wijngaarden Michael van Wijngaarden
• Laatste update:
(Foto: Renault Groep)

De auto-industrie staat volgens Renault-ceo Luca de Meo voor de grootste transitie in de afgelopen 150 jaar. Het terugdringen van de milieu-impact, het uitfaseren van de brandstofmotor in 2035 en steeds veranderende wetgeving behoren tot de grootste uitdagingen, aldus De Meo op de website van het Britse Autocar.

“De gemiddelde Europese auto is 60 procent zwaarder dan 20 jaar geleden en hij is 50 procent duurder.” Het gevolg is volgens De Meo dat de gemiddelde leeftijd van het wagenpark in Europa is opgelopen van 7 naar 12 jaar. In Nederland waren auto’s in 2022 volgens brancheorganisatie ACEA 11,7 jaar oud.

Andere uitdagingen die De Meo noemt zijn de ontwikkeling van elektrische auto’s, software, mobiliteitsdiensten en de circulaire economie. Er is volgens hem een hele nieuwe wereld ontstaan die bovendien enorm volatiel is. “Een miljardeninvestering in een gigafactory kan zo weer in twijfel worden getrokken als er een nieuwe technologie opkomt. Daarnaast is de afgelopen drie jaar de prijs van lithium eerst vertwaalfvoudigd en daarna gehalveerd.” De discussie over de Euro7-norm is volgens hem een goed voorbeeld van een onvoorspelbare politiek.

Volgens De Meo is de Europese auto-industrie niet meer leidend en ligt de oplossing niet meer, zoals vroeger, in schaalgrootte en efficiency maar in innovatie en strategische flexibiliteit. “Dat moeten autofabrikanten in de kern centraal stellen bij alles wat ze doen. Met de brandstofmotor waren we 100 jaar toonaangevend. Nu moeten we investeren in nieuwe technologieën en producten voor betaalbare en duurzame mobiliteit. ”

One-stop shop

De Meo denkt dat een groot deel van de oplossing bij de Europese politiek ligt. “Laten we een one-stop shop opzetten voor onze regelgeving. Een kader van stabiele regels en normen in heel Europa, naar het voorbeeld van wat de Chinezen met succes hebben bereikt. Dat hebben we in het verleden ook gedaan, met Airbus.”

Ook roept De Meo op tot meer samenwerking tussen verschillende industrieën die te maken hebben met de transitie van de autosector naar schone mobiliteit. “Denk aan mijnbouw, chemie, energie, productie en infrastructuur.”

De Meo ziet tot slot een sleutelrol voor lokale overheden en de 200 grootste steden in Europa om hun beleid meer op elkaar af te stemmen richting zero-emissie. Dit leidt volgens hem tot de ontwikkeling van een markt voor compacte en betaalbare elektrische auto’s die weinig tot geen invloed hebben op hun omgeving. “De auto moet meer terug in het centrum van het publieke debat,” concludeert de Renault-ceo.

Geplaatst in rubriek:
Michael van Wijngaarden
Michael van Wijngaarden

Sinds 2019 in dienst bij ProMedia, schrijft voor de titels Automotive en Fleet & Mobility. Tevens juryvoorzitter voor de verkiezingen van Occasion, Zakenauto en Bestelauto van het Jaar. Trekt er graag op uit in zijn als camper omgebouwde Ford Transit.