Carlos Ghosn over rechtszaak: ‘Ik ben niet op zoek naar wraak’

Oud ceo van Nissan, Carlos Ghosn, laat weten met zijn rechtszaak niet uit te zijn op wraak. Hij wil de mensen ter verantwoording roepen die volgens hem tegen hem samenspanden. Hij stelt dat het huidige tramalant rondom het vertrek van voormalig coo Ahswani Gupta bewijs is dat spionage heerst in het Nissan management. Dat zegt de Automotive voortvluchtige in een online persmoment.
Vorige maand eiste Ghosn meer dan 1 miljard dollar van Nissan en aanverwante personen voor ‘diepe’ schade aan zijn financiën en reputatie. “Waar ik naar op zoek ben, is geen wraak”, zegt Ghosn in het persmoment. “Ik wil er gewoon voor zorgen dat alle criminelen en samenzweerders niet rustig in hun bed kunnen slapen na wat ze hebben gedaan.”
Rechtszaak
De 69-jarige Ghosn gelooft dat de ‘diepe’ schade aan zijn adres niet hersteld kan worden. Hij wordt zelf nog steeds strafrechtelijk en civielrechtelijk vervolgd in Japan. “Het enige wat ik kan krijgen is een kleine vergoeding.” De oud-topman diende vorige maand schadeclaims in in bij de openbare aanklager van het Hof van Cassatie in Libanon. Een hoorzitting staat gepland voor september.
Ghosn werd in 2018 afgezet als topman bij Nissan. Hij werd verdacht van het verduisteren van Nissan’s geld. Het geld zou hij gebruikt hebben voor privédoeleinden, wat hij nog altijd ontkent. Omdat hij geloofde dat hij geen eerlijk proces in Japan zou krijgen, ontsnapte hij het land op spectaculaire wijze. Hij vluchtte via Turkije naar Libanon, waar hij een paspoort voor heeft. Dit zou hij hebben gedaan verstopt in een kist voor geluidsapparatuur.
Kritiek op ‘mini-alliantie’
Ghosn benoemde ook de pogingen van Nissan en Renault om hun moeizame samenwerking weer onder controle te krijgen. Hij noemt het een “mini-alliantie”. Ook gelooft hij dat er nog altijd “veel wantrouwen” is tussen de twee autofabrikanten. “Wat je uiteindelijk gaat zien is slechts een zeer kleine en beperkte samenwerking tussen de twee bedrijven.”
Het plotselinge vertrek van Gupta van vorige maand noemt hij een ‘soap opera’. “Gupta heeft geluk gehad dat hij niet in de gevangenis is beland”, aldus Ghosn.
Ghosn werd in 1999 door Renault naar Japan gestuurd om Nissan te redden. Het Japanse bedrijf was noodlijdend, en kreeg een forse geldinjectie van het Franse bedrijf waarmee het bedrijf een alliantie heeft. Van deze alliantie werd Ghosn later topman. In Libanon uit Ghosn nog geregeld kritiek op de huidige koers van Renault en Nissan.