Onder strikte voorwaarden mag er vanaf vandaag op de openbare weg worden getest met zelfrijdende auto’s. Dat laat het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat weten in een persbericht. De tests worden mogelijk door de nieuwe Experimenteerwet, die per 1 juli van kracht is. De minister geeft toestemming voor zulke tests nadat de RDW, de politie, de wegbeheerder en verkeersinstituut SWOV de aanvraag hebben beoordeeld. De tests moeten altijd plaatsvinden op een specifieke weg of wegdeel en binnen een afgebakende tijd.

Het is in ons land sinds 2015 mogelijk om zelfrijdende auto’s te testen op de openbare weg, maar tot nu toe moest er dan een bestuurder in het voertuig aanwezig zijn. Vanaf vandaag mogen dus ook zelfrijdende voertuigen met een bestuurder op afstand op de openbare weg worden getest. Dan gaat het bijvoorbeeld om zelfrijdende OV-busjes met een operator op afstand, maar ook om rijdende wegafzettingen met een bestuurder op afstand. “Zelfrijdend vervoer biedt kansen om de verkeersveiligheid te verbeteren en het aantal files door ongevallen terug te dringen”, aldus minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat. “Het is belangrijk dat we onze wegen en wetgeving daar op voorbereiden.” 

De bevindingen van deze experimenten worden gebruikt om te kijken of de (inter)nationale wetgeving verder moet worden aangepast. De uitkomsten van de tests moeten onder andere teruggekoppeld worden aan de RDW. Nederland zit volgens KPMG in de kopgroep van landen die bezig zijn met de voorbereiding op zelfrijdende vervoer. 

Verkeersveiligheid en het verminderen van verkeersongevallen staat hoog op de agenda van de overheid. Dat is ook één van de redenen dat onlangs het ADAS Convenant werd afgesloten, waarbij overheid en bedrijfsleven afspraken maken over het stimuleren van rijhulpsystemen.

Onder strikte voorwaarden mag er vanaf vandaag op de openbare weg worden getest met zelfrijdende auto’s. Dat laat het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat weten in een persbericht. De tests worden mogelijk door de nieuwe Experimenteerwet, die per 1 juli van kracht is. De minister geeft toestemming voor zulke tests nadat de RDW, de politie, de wegbeheerder en verkeersinstituut SWOV de aanvraag hebben beoordeeld. De tests moeten altijd plaatsvinden op een specifieke weg of wegdeel en binnen een afgebakende tijd.

Het is in ons land sinds 2015 mogelijk om zelfrijdende auto’s te testen op de openbare weg, maar tot nu toe moest er dan een bestuurder in het voertuig aanwezig zijn. Vanaf vandaag mogen dus ook zelfrijdende voertuigen met een bestuurder op afstand op de openbare weg worden getest. Dan gaat het bijvoorbeeld om zelfrijdende OV-busjes met een operator op afstand, maar ook om rijdende wegafzettingen met een bestuurder op afstand. “Zelfrijdend vervoer biedt kansen om de verkeersveiligheid te verbeteren en het aantal files door ongevallen terug te dringen”, aldus minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat. “Het is belangrijk dat we onze wegen en wetgeving daar op voorbereiden.” 

De bevindingen van deze experimenten worden gebruikt om te kijken of de (inter)nationale wetgeving verder moet worden aangepast. De uitkomsten van de tests moeten onder andere teruggekoppeld worden aan de RDW. Nederland zit volgens KPMG in de kopgroep van landen die bezig zijn met de voorbereiding op zelfrijdende vervoer. 

Verkeersveiligheid en het verminderen van verkeersongevallen staat hoog op de agenda van de overheid. Dat is ook één van de redenen dat onlangs het ADAS Convenant werd afgesloten, waarbij overheid en bedrijfsleven afspraken maken over het stimuleren van rijhulpsystemen.