Europese verkoop personenauto’s H1 daalt met 3,1 procent
In de Europese Unie zijn in het eerste halfjaar 8,2 miljoen personenauto’s verkocht; dat zijn er 3,1 procent minder dan in het eerste halfjaar van 2018. Dat meldt autofabrikantenorganisatie Acea vandaag. Na een lichte opleving in mei, daalde het aantal registraties in juni (-7,8%). Volgens Acea is de daling vorige maand mede te te wijten aan het negatieve kalendereffect (juni telde dit jaar Europabreed 19 werkdagen, in 2018 waren dat er 21).
Over het eerste halfjaar zag Duitsland een kleine toename in aantal registraties(+0,5%), de andere grote EU-markten Frankrijk, Italië en VK dalingen van respectievelijk 1,8, 3,5 en 3,4 procent. In Zweden werden er over de eerste zes maanden 25 procent minder nieuwe personenauto’s geregistreerd. Nederland kende ook een minder halfjaar, met een daling van 10,5 procent. In Litouwen steeg de verkoop met 47,1 procent, Roemenië kende een toename van 19,2 procent.
Mitsubishi grootste stijger
Op merkniveau liet Mitsubishi de grootste stijging in aantal registraties zien: er werden in de eerste zes maanden ruim 76 duizend van op kenteken gezet, een toename van 13,6 procent. Nissan noteerde de grootste daling, met 24 procent. De FCA Groep liet een daling zien van 9,5 procent, ondanks een verkoopstijging bij Lancia/Chrysler van 27,4 procent.
Lees meer cijfers over de verkopen in de Kennisbank van Automotive.
