Achtergrond | Brexit creëert kansen voor RDW
Auto’s mogen alleen worden verkocht in de EU als ze een typegoedkeuring hebben behaald bij een nationale autoriteit. In Nederland vervult de RDW die rol. Om die typegoedkeuring te krijgen, moet een auto testen doorstaan die bepalen of het voertuig aan de Europese veiligheids- en milieunormen voldoet. Een cruciaal principe in het systeem is dat van de wederzijdse erkenning: als een auto in Nederland is goedgekeurd, mag deze ook rondrijden in bijvoorbeeld Duitsland, Slowakije, of Finland – en vice versa. Eenmaal goedgekeurd, kan een type niet nog eens worden gecertificeerd.
Maar wat als een EU-land eruit stapt? Daar was in de wetgeving geen rekening mee gehouden. Daarom heeft de Europese Commissie een wijziging voorgesteld waardoor straks auto’s die in het Verenigd Koninkrijk zijn goedgekeurd, wél nog een keer gekeurd kunnen worden. Sterker, autofabrikanten die voorheen aanklopten bij de Vehicle Certification Agency – zeg maar de Britse RDW – zullen verplicht zijn om een vervangende typegoedkeuringsinstantie te vinden in een van de 27 overige EU-landen.
De vervangende autoriteit kan een stempeltje zetten, maar mag ook vereisen dat specifieke tests worden herhaald. De autofabrikanten zullen akkoord moeten gaan met “een passende vergoeding voor de kosten”.
Kansen
Brexit zal daarmee een aderlating zijn voor de begroting van de Vehicle Certification Agency (VCA), dat een van de populairste typegoedkeuringsinstanties van Europa was en nu vaste klanten vaarwel moet zeggen. De ‘verweesde’ fabrikanten zijn vooral Aziatische merken zoals Honda, Hyundai, Nissan en Toyota, maar ook het van oorsprong Tsjechische Skoda – inmiddels onderdeel van de Volkswagen Groep. Begin dit jaar maakte Skoda al bekend dat het op zoek ging naar een andere goedkeuringsinstantie.
Dat biedt kansen voor de autoriteiten in de 27 achterblijvende EU-landen, zoals de RDW in Nederland. Maar het is niet alleen maar gratis geld. De conceptwetstekst schrijft duidelijk voor dat wie de klanten van de VCA wil overnemen, ook de daarbij behorende verantwoordelijkheden zal krijgen. Dat betekent “alle verplichtingen van de typegoedkeuringsinstantie van het VK op het gebied van terugroepacties, reparatie- en onderhoudsinformatie en controles van de conformiteit tijdens het gebruik”. Overigens kan de nieuwe instantie niet aansprakelijk worden gehouden voor “handelingen of nalatigheden die aan de typegoedkeuringsinstantie van het VK toe te schrijven zijn”.
Snelheid
De wetswijziging gaat met bijzondere snelheid door de EU-molen. De Commissie publiceerde het voorstel op 4 juni. De Raad van de EU had zijn wensenlijst voor wijzigingen klaar op 24 oktober. Deze week ging het Europees Parlement akkoord met de wijzigingen die door zijn commissie interne markt was voorgesteld. Nu gaan de drie EU-instellingen met elkaar om de tafel zitten om de verschillende wensen glad te strijken.
“Gezien het huidige politieke scenario voor het uittreden van het VK uit de EU, hebben fabrikanten en consumenten zekerheid nodig over de typegoedkeuringen van voertuigen,” aldus de centrumlinkse Maltese Europarlementariër Marlene Mizzi, die het dossier voor het parlement beheert.
Autolobbyclub Acea is blij met het voorstel en roept de EU-instellingen op om het wetgevende proces voor het einde van het jaar af te ronden. Dat gaat waarschijnlijk wel lukken, want de voorgestelde veranderingen zijn niet wezenlijk. Het wetgevende proces moet ruim vóór de uittredingsdatum van het Verenigd Koninkrijk van 29 maart 2019 zijn afgerond.
RDW is om een reactie gevraagd.
