Nederlander betaalt komend jaar 147 miljoen meer wegenbelasting
Autobezitters in Nederland betalen komend jaar 147 miljoen euro meer aan wegenbelasting dan in 2019, heeft het CBS berekend op basis van de begrotingen van Rijk en provincies. In totaal verwacht de overheid bijna 6,1 miljard euro te innen, 2,4 procent meer dan dit jaar.
Het Rijk rekent op 131 miljoen euro meer inkomsten uit wegenbelasting, 49 miljoen hiervan is afkomstig van de fijnstoftoeslag op oudere diesels, die per 1 januari in gaat. Daarnaast is het tarief verhoogd met een inflatiecorrectie en groeit het wagenpark.
Opcenten
De provinciale opcenten lopen flink uiteen. Noord-Holland is de goedkoopste provincie, Drenthe de duurste. Als voorbeeld: voor een diesel van 1.200 kilo betaalt de eigenaar in Drenthe jaarlijks 162 euro meer. In 2020 verwachten de provincies gezamenlijk ongeveer 16 miljoen euro meer te ontvangen, door stijging van tarieven en groei van het wagenpark.
Uitschieters bij de provincies zijn Friesland, waar zowel het tarief als de opbrengst meer dan 20 procent toeneemt. Daarmee komt een eind aan een tijdelijke lastenverlichting voor Friese automobilisten.
In Flevoland is een daling van inkomsten van circa 20 procent. Dit komt volgens het CBS door de administratieve verhuizing van leasemaatschappij Athlon, dat zijn hoofdkantoor 1 mei dit jaar verplaatste van Almere naar Schiphol (Noord-Holland). De 72.500 leaseauto’s verhuisden administratief mee naar de goedkopere provincie.
Nederland telde begin 2019 ruim 8,5 miljoen personenauto’s en 1,1 miljoen bedrijfsvoertuigen, een stijging van bijna 200 duizend voertuigen ten opzichte van een jaar eerder. In totaal wordt er voor ruim 20 miljard euro aan autogerelateerde belastingen opgehaald.
