Acea waarschuwt voor schrijnend tekort aan snelladers
De koepelorganisatie van autofabrikanten, Acea, slaat alarm omdat het aantal snelladers achterblijft bij het aantal reguliere opladers. Zo meldt de organisatie, die herhaaldelijk aandacht vraagt voor dit onderwerp.
“Opladen moet net zo makkelijk zijn als het tanken nu is”, zegt Erik-Mark Huitema, directeur-generaal van Acea. “Om meer mensen over te halen elektrisch te gaan rijden, moeten we alle rompslomp rondom opladen wegnemen. Mensen moeten voldoende opladers in hun directe omgeving hebben. En, deze oplaadpunten moeten snel en gemakkelijk te gebruiken zijn, zonder lange wachtrijen.” Acea dringt er bij de EU-beleidsmakers dan ook op aan dat er tegen 2030 een dicht netwerk aan oplaadinfrastructuur moet komen met voldoende snelladers in elke lidstaat.
Koploper
In Nederland zijn er volgens Acea, 2.429 snelle oplaadpunten van 22kW of meer, tegenover ruim 64 duizend reguliere oplaadpunten. Ons land is daarmee EU-koploper wat betreft reguliere oplaadpunten, maar niet als het om snelladers gaat. Frankrijk telt ruim 42 duizend opladers en 3.751 snelladers en Duitsland heeft 37 duizend opladers en ruim 7 duizend snelladers. In totaal zijn er in de EU 199.250 opladers en ruim 24 duizend snelladers. Daarmee maken snelladers 11 procent uit van de totale laadinfrastructuur in Europa. Volgens Acea is de laadinfrastructuur binnen de EU-landen niet in balans.
Het opladen van een EV via een regulier oplaadpunt kan wel een hele nacht duren, terwijl dat met een snellader binnen een uur is gebeurd.
