Rabobank verhonderdvoudigt tarief afstorten grote bankbiljetten
Rabobank gooit per oktober de tarieven voor het afstorten van biljetten van 200 en 500 euro omhoog. Zakelijke klanten betalen nu nog per biljet 5 cent (sealbagautomaat) of 6 cent (stortautomaat van Geldmaat). Vanaf oktober rekent de bank vijf euro per biljet van 200 en 500 euro euro. Het tarief voor kleine coupures blijft ongewijzigd.
De bank stelt dat aan het gebruik van grote sommen contant geld en met name grote coupures “risico’s zijn verbonden zoals witwassen en andere criminele activiteiten”. De bank wil met de maatregel ondernemers stimuleren om zoveel mogelijk over te stappen naar girale betalingen. Eerder al meldde de bank dat nieuwe klanten – die het alleen accepteert bij een omzet van boven de 50 miljoen euro – een cashlimiet van 3.000 euro per maand krijgen.
Dit is een monopolietarief; ondernemers kunnen feitelijk nergens anders heen
“Als klanten toch grote coupures bij ons afstorten zijn wij vaak wettelijk verplicht onderzoek te doen naar het gebruik en de herkomst van de biljetten. Aangezien dit hoge kosten met zich meebrengt, verhogen we de tarieven van het afstorten van grote coupures”, zegt woordvoerder Eric Lagerwey. Volgens de bank zijn er voldoende alternatieven voor cash-stortingen, zoals pinnen, betaalverzoeken of Rabo Business Banking.
Door de nieuwe maatregel neemt het verschil in kosten tussen cashbetalingen en instant payments af.
Niet serieus
Bovag snap dat cashbetalingen lastig zijn vanuit het perspectief van het opsporen van witwassen en fraude. De organisatie pleit al jaren voor het terugdringen van contante betalingen. “Maar het is wel een wettig betalingsverkeer en de overgang naar minder cash vereist afspraken met elkaar. Hoewel onze leden zich hiervoor inspannen, kunnen wij het ook niet alleen. Daarvoor zijn afspraken nodig”, zegt woordvoerder Paul de Waal.
Hij wijst op het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer waarin onder andere banken, MKB NL en brancheorganisaties bezig zijn tot een convenant over contante betalingen te komen. “Dan verwachten we niet tussentijds nieuwe maatregelen die dit betaalverkeer weer extra bemoeilijken. Deze maatregel van de Rabobank is jammer en wekt de indruk dat ze het proces niet serieus nemen. We roepen op dit besluit in te trekken in afwachting van de afspraken.”
Monopolietarief
De Waal stelt dat uit de tariefsverhoging blijkt dat banken “alles kunnen maken”. “Dit is een monopolietarief, ondernemers kunnen feitelijk nergens anders heen. De markt is te geconcentreerd. Het tarief is schadelijk voor onze leden/ondernemers, terwijl de DNB stelt dat maatregelen niet schadelijk mogen zijn.”
Tot slot stelt De Waal dat het goed is dat cash geld langzaam verdwijnt. “Maar er moeten wel duidelijker regels en minder kosten voor ondernemers komen in dat proces. Nu het gebruik van contant geld afneemt, stijgen de kosten voor ondernemers die er nog wél gebruik van maken. Die kosten moeten eerlijker verdeeld worden tussen banken, ondernemers en consumenten. Ook moet de regelgeving duidelijker. Zo willen banken contant geld terugdringen met het oog op het risico van witwassen, terwijl biljetten nog steeds een wettig betaalmiddel zijn.” Recentelijk draaide de bank de opzegging van een bedrijf dat teveel cash zou afstorten terug.