Column Adriani | Carrière

Hans Adriani Hans Adriani
• Laatste update:

En als ze de auto toch al wilde kopen, leek de vraag me geen probleem. “We gaan carrière maken en we beginnen met een nieuwe auto!” meldde ze vrolijk. Ik werd er ook vrolijk van. We gingen zitten. Geen inruil, heel klein beetje korting – ik miste helaas de potentiële winst op een inruiler – maar komaan, wat korting  was zo de gewoonte in de branche en we deden een zaak zoals dat heet. Het was niet aan mij om de volgorde in het maken van carrière ter discussie te stellen. Een mooie nieuwe witte Corolla. We leverden hem af  en hebben het koppel nooit meer teruggezien.

Ik heb mezelf nooit carrièrejager gevonden.

Zelfs niet voor de eerste beurt. Opvolgen hielp niet. Wellicht begrijpelijk dat zodra het woord carrière langs komt, ik aan Ivonne en Eduard moet denken. Aan het begin van mijn carrière; net begonnen bij Kamsteeg Volkswagen in Oegstgeest als receptionist. Nog in de tijd dat iedereen een Kever reed en wij met drie receptionisten ‘s morgens een file aan klanten die hun auto kwamen brengen te woord mochten staan. Een rij auto’s tot buiten op straat. Geweldige, lekkere drukte. Maar toen iedereen geholpen was en de werkorders uitschreven waren, dacht Hansje “Zo. Even de tijd om de krant te lezen”. Nou was Meneer Andela een wat nerveuze Fries. Kon de drukte als bedrijfsleider nog maar net bijhouden. De oude baas had het al bijna 25 jaar zo volgehouden. Verder dus een mooie carrière. Maar van de aanblik van dat jochie dat net van die rijkeluisschool IVA af kwam en dacht daar onder werktijd even de krant te kunnen gaan zitten lezen raakte hem buiten zinnen. Wat kreeg ik op m’n flikker! Ik ben er zo van geschrokken dat ik me tot op de dag van vandaag rot ben blijven werken. Ik heb mezelf nooit een carrièrejager gevonden. Soms in tegenstelling tot zakelijke mensen om me heen. Volgens mij moet je je gewoon rotwerken en dan wel graag met iets dat je leuk vindt. Dan komt de carrière vanzelf. Of een burnout.

Geplaatst in rubriek:
Hans Adriani
Hans Adriani

Adriani is Toyota-dealer buiten bedrijf en zit tegenwoordig in de IT. Deze langstzittende columnist van Automotive geeft elk nummer van Automotive Management zijn bijzondere kijk op de branche.

Reacties

  • F.G.L. Van Putten

    Heel zeker Hans,Ik heb ook nooit ergens om gevraagd,hard gewerkt en mijn kansen gegrepen.
    Tegenwoordig wordt ik misselijk van de carrière jagers/slijmers beeeeh! Meer,meer en vooral jalouzie.

  • Roel Hindriks

    Ook ik ben van de oude stempel, in de zestiger jaren begonnen. Na een stage bij British Motor Corporation, waar ik leerde hoe een autoconcern effectief aan zijn eigen ondergang kan werken. In 1969 begonnen bij Ford Motor Comp. Zes jaar lang genoten van hard werken, soms twee of drie functies tegelijk om daarna “out of the blue”dealer te worden; kansen komen en dan moet je ze (durven) pakken. Ups en ook downs helpen om steeds wat zinvols toe te voegen aan de ervaring. Als ik tegenwoordig eens een paar uur in een dealerbedrijf ben, zie ik van alles waar ik eigenlijk wat van zou willen zeggen, maar ik hou me in en doe het alleen als ik de eindverantwoordelijke echt heel goed ken, dat worden er steeds minder helaas.

Column Adriani | Carrière | Automotive Online

Column Adriani | Carrière

Hans Adriani Hans Adriani
• Laatste update:

En als ze de auto toch al wilde kopen, leek de vraag me geen probleem. “We gaan carrière maken en we beginnen met een nieuwe auto!” meldde ze vrolijk. Ik werd er ook vrolijk van. We gingen zitten. Geen inruil, heel klein beetje korting – ik miste helaas de potentiële winst op een inruiler – maar komaan, wat korting  was zo de gewoonte in de branche en we deden een zaak zoals dat heet. Het was niet aan mij om de volgorde in het maken van carrière ter discussie te stellen. Een mooie nieuwe witte Corolla. We leverden hem af  en hebben het koppel nooit meer teruggezien.

Ik heb mezelf nooit carrièrejager gevonden.

Zelfs niet voor de eerste beurt. Opvolgen hielp niet. Wellicht begrijpelijk dat zodra het woord carrière langs komt, ik aan Ivonne en Eduard moet denken. Aan het begin van mijn carrière; net begonnen bij Kamsteeg Volkswagen in Oegstgeest als receptionist. Nog in de tijd dat iedereen een Kever reed en wij met drie receptionisten ‘s morgens een file aan klanten die hun auto kwamen brengen te woord mochten staan. Een rij auto’s tot buiten op straat. Geweldige, lekkere drukte. Maar toen iedereen geholpen was en de werkorders uitschreven waren, dacht Hansje “Zo. Even de tijd om de krant te lezen”. Nou was Meneer Andela een wat nerveuze Fries. Kon de drukte als bedrijfsleider nog maar net bijhouden. De oude baas had het al bijna 25 jaar zo volgehouden. Verder dus een mooie carrière. Maar van de aanblik van dat jochie dat net van die rijkeluisschool IVA af kwam en dacht daar onder werktijd even de krant te kunnen gaan zitten lezen raakte hem buiten zinnen. Wat kreeg ik op m’n flikker! Ik ben er zo van geschrokken dat ik me tot op de dag van vandaag rot ben blijven werken. Ik heb mezelf nooit een carrièrejager gevonden. Soms in tegenstelling tot zakelijke mensen om me heen. Volgens mij moet je je gewoon rotwerken en dan wel graag met iets dat je leuk vindt. Dan komt de carrière vanzelf. Of een burnout.

Geplaatst in rubriek:
Hans Adriani
Hans Adriani

Adriani is Toyota-dealer buiten bedrijf en zit tegenwoordig in de IT. Deze langstzittende columnist van Automotive geeft elk nummer van Automotive Management zijn bijzondere kijk op de branche.

Reacties

  • F.G.L. Van Putten

    Heel zeker Hans,Ik heb ook nooit ergens om gevraagd,hard gewerkt en mijn kansen gegrepen.
    Tegenwoordig wordt ik misselijk van de carrière jagers/slijmers beeeeh! Meer,meer en vooral jalouzie.

  • Roel Hindriks

    Ook ik ben van de oude stempel, in de zestiger jaren begonnen. Na een stage bij British Motor Corporation, waar ik leerde hoe een autoconcern effectief aan zijn eigen ondergang kan werken. In 1969 begonnen bij Ford Motor Comp. Zes jaar lang genoten van hard werken, soms twee of drie functies tegelijk om daarna “out of the blue”dealer te worden; kansen komen en dan moet je ze (durven) pakken. Ups en ook downs helpen om steeds wat zinvols toe te voegen aan de ervaring. Als ik tegenwoordig eens een paar uur in een dealerbedrijf ben, zie ik van alles waar ik eigenlijk wat van zou willen zeggen, maar ik hou me in en doe het alleen als ik de eindverantwoordelijke echt heel goed ken, dat worden er steeds minder helaas.