Brexit bedreigt ook Britse fabriek Opel bestelwagens

Brexit • Per 1 januari staat er veel te veranderen rondom de Britse tarieven.
Redactie Redactie
(Foto: Vauxhall Luton)

De dreigende invoertarieven bij de wederzijdse handel in auto’s tussen de EU en Groot-Brittannië vormt ook een bedreiging voor de Britse fabriek voor bestelauto’s van Opel (Vauxhall) in Luton bij Londen.

‘’70 procent van de hier gebouwde bestelauto’s gaan naar het Europese vasteland. Als daar een heffing opkomt dan ondermijnt dat onze concurrentiekracht. De toekomst op lange termijn van deze fabriek en haar 1.500 werknemers is daarmee in gevaar’’, zegt Stellantis fabrieksdirecteur Mark Noble tegenover de BBC.

De autofabriek in Luton bestaat al sinds 1905 en bouwt tegenwoordig vooral – elektrische – bestelauto’s als de Opel Vivaro en soortgelijke modellen van andere merken binnen Stellantis. Voor de duizenden voertuigen die naar EU-landen gaan, dreigt – net als voor personenauto’s – vanwege Brexit vanaf 1 januari 2024 een importheffing van 10 procent als niet minstens 45 procent van de onderdelen (in waarde) uit Groot-Brittannië zelf komt (en vice-versa voor auto’s uit de EU). Bij elektrische modellen is dat een groot probleem omdat de batterijen voorlopig nog van elders moeten komen. Het percentage ‘lokale herkomst’ wordt in 2027 verder opgevoerd naar 65 procent.

Overgangstermijn

De Britse regering en de Europese Commissie proberen naarstig een oplossing te vinden. In Brussel is men echter huiverig om de per 1 januari aflopende overgangstermijn zonder tarieven te verlengen omdat de Britten dan niet de gevolgen van Brexit zouden ondervinden. Noble: ‘’Wij werken nauw met de Britse regering samen om een oplossing te vinden en de regels te verlichten. Als we een tarief van 10 procent krijgen dan maakt dat onze bestelwagens duurder in Europa. Als we dan niet nog scherper op de kosten letten, dan brengen we onze toekomst en daarmee werkgelegenheid in gevaar.’’

Brexit bedreigt ook Britse fabriek Opel bestelwagens | Automotive Online

Brexit bedreigt ook Britse fabriek Opel bestelwagens

Brexit • Per 1 januari staat er veel te veranderen rondom de Britse tarieven.
Redactie Redactie
(Foto: Vauxhall Luton)

De dreigende invoertarieven bij de wederzijdse handel in auto’s tussen de EU en Groot-Brittannië vormt ook een bedreiging voor de Britse fabriek voor bestelauto’s van Opel (Vauxhall) in Luton bij Londen.

‘’70 procent van de hier gebouwde bestelauto’s gaan naar het Europese vasteland. Als daar een heffing opkomt dan ondermijnt dat onze concurrentiekracht. De toekomst op lange termijn van deze fabriek en haar 1.500 werknemers is daarmee in gevaar’’, zegt Stellantis fabrieksdirecteur Mark Noble tegenover de BBC.

De autofabriek in Luton bestaat al sinds 1905 en bouwt tegenwoordig vooral – elektrische – bestelauto’s als de Opel Vivaro en soortgelijke modellen van andere merken binnen Stellantis. Voor de duizenden voertuigen die naar EU-landen gaan, dreigt – net als voor personenauto’s – vanwege Brexit vanaf 1 januari 2024 een importheffing van 10 procent als niet minstens 45 procent van de onderdelen (in waarde) uit Groot-Brittannië zelf komt (en vice-versa voor auto’s uit de EU). Bij elektrische modellen is dat een groot probleem omdat de batterijen voorlopig nog van elders moeten komen. Het percentage ‘lokale herkomst’ wordt in 2027 verder opgevoerd naar 65 procent.

Overgangstermijn

De Britse regering en de Europese Commissie proberen naarstig een oplossing te vinden. In Brussel is men echter huiverig om de per 1 januari aflopende overgangstermijn zonder tarieven te verlengen omdat de Britten dan niet de gevolgen van Brexit zouden ondervinden. Noble: ‘’Wij werken nauw met de Britse regering samen om een oplossing te vinden en de regels te verlichten. Als we een tarief van 10 procent krijgen dan maakt dat onze bestelwagens duurder in Europa. Als we dan niet nog scherper op de kosten letten, dan brengen we onze toekomst en daarmee werkgelegenheid in gevaar.’’