Grote dealerholdings als Stern kopen bedrijven op, om vervolgens het netwerk te herverdelen en vestigingen te sluiten zodat er uiteindelijk een gezonde verkoop per vestiging moet ontstaan. Ook bij Automotions werkt het zo, vertellen Jeroen Gelok en Lennard van Oeveren in deze editie van Automotive. Ook de aftermarket doet inmiddels aan schaalvergroting, vooral dankzij leveranciers Sator en Partspoint die veel concurrenten en grossiers hebben overgenomen. Maar de integratie hiervan moet nog plaatsvinden. In de schadebranche zijn niet zo heel veel grote spelers actief. Care was absoluut de grootste, met 51 eigen vestigingen. Schadenet neemt de boedel van het failliete bedrijf nu over, en verdeelt een deel van de vestigingen onder de leden. De andere helft wordt ontmanteld, om te zorgen voor de zo nodige sanering in de schadebranche, die uitpuilt van de capaciteit terwijl het aantal schades blijft slinken. De vraag is of het sluiten van vestigingen in de praktijk inderdaad tot een lagere capaciteit leidt. Want er zijn ook andere grote spelers die graag willen uitbreiden en wel de middelen hebben om de leeggehaalde vestigingen weer in te richten. Het grootste probleem in de schadebranche zit niet bij de particuliere schades en de kleinere bedrijven die in hun lokale verzorgingsgebied een prima boterham verdienen, maar bij het relatief kleine aantal bedrijven dat zich mengt in de strijd om de gestuurde schade. Waar de marges ook nog eens lager liggen. Het is de vraag of het schaalvoordeel van de grote spelers opweegt tegen de marge die ze weggeven om groot te worden. Care is eraan kapot gegaan.

Grote dealerholdings als Stern kopen bedrijven op, om vervolgens het netwerk te herverdelen en vestigingen te sluiten zodat er uiteindelijk een gezonde verkoop per vestiging moet ontstaan. Ook bij Automotions werkt het zo, vertellen Jeroen Gelok en Lennard van Oeveren in deze editie van Automotive. Ook de aftermarket doet inmiddels aan schaalvergroting, vooral dankzij leveranciers Sator en Partspoint die veel concurrenten en grossiers hebben overgenomen. Maar de integratie hiervan moet nog plaatsvinden. In de schadebranche zijn niet zo heel veel grote spelers actief. Care was absoluut de grootste, met 51 eigen vestigingen. Schadenet neemt de boedel van het failliete bedrijf nu over, en verdeelt een deel van de vestigingen onder de leden. De andere helft wordt ontmanteld, om te zorgen voor de zo nodige sanering in de schadebranche, die uitpuilt van de capaciteit terwijl het aantal schades blijft slinken. De vraag is of het sluiten van vestigingen in de praktijk inderdaad tot een lagere capaciteit leidt. Want er zijn ook andere grote spelers die graag willen uitbreiden en wel de middelen hebben om de leeggehaalde vestigingen weer in te richten. Het grootste probleem in de schadebranche zit niet bij de particuliere schades en de kleinere bedrijven die in hun lokale verzorgingsgebied een prima boterham verdienen, maar bij het relatief kleine aantal bedrijven dat zich mengt in de strijd om de gestuurde schade. Waar de marges ook nog eens lager liggen. Het is de vraag of het schaalvoordeel van de grote spelers opweegt tegen de marge die ze weggeven om groot te worden. Care is eraan kapot gegaan.