De Belastingdienst maakt het leven van autobedrijven steeds zwaarder

Branche ergert zich blauw

Redactie Redactie
• Laatste update:

Staatssecretaris van Financiën Eric Wiebes maakte in Autobrief 2 duidelijk dat hij het liefst van de bpm af wil. “Het kabinet streeft naar een verdere afbouw van de bpm. Naar verwachting zal dat leiden tot een einde van de bpm-fraude en ook aan de administratieve lasten van im- en export”, aldus de staatssecretaris. Politiek gezien kan Wiebes de bpm-afbouw slechts stapje-voor-stapje aanpakken, maar via de Belastingdienst draait Wiebes de duimschroeven inmiddels wel aan. Automotive sprak met een groot aantal betrokkenen en met de Belastingdienst over vier verschillende dossiers. De meeste van de gesproken autobedrijven wilden alleen op basis van anonimiteit praten, want de angst zit diep. “De Belastingdienst voert een ontmoedigingsbeleid waarbij het autobedrijven moeilijk gemaakt wordt om bijvoorbeeld auto's die in aanmerking komen voor bpm- en btw-teruggave te exporteren. Ze ziet deze teruggave niet als een verplichting maar als een geste. En daarbij schroomt ze niet om daar waar mogelijk ook druk uit te oefenen op het bedrijf, bijvoorbeeld als je bpm hebt teruggekregen op tijdelijke kentekens of onderdeel bent geworden van een btw-carrousel. Je bent verdacht tot je het tegendeel bewijst”, aldus een groothandelaar. “En het probleem is dat de Belastingdienst tegelijkertijd niet zegt aan welke set van eisen je moet voldoen om niet als verdachte te boek te staan.”

De teruggave van bpm bij export ziet de Belastingdienst als een noodzakelijk kwaad. Dit jaar scherpte de Belastingdienst de regels voor teruggave aan. Zo worden tijdelijke kentekens niet langer toegestaan, omdat hiermee bpm teruggevraagd kon worden op auto's die naar buiten de EU zouden worden geëxporteerd (en dan is bpm-teruggaaf niet verplicht). Ook moet het verzoek om teruggaaf binnen dertien weken gedaan worden. Volgens brancheorganisatie Bovag schiet de Belastingdienst hiermee enigszins door. “De veronderstelling is dat een tijdelijk kenteken wordt gebruikt om voertuigen naar een land buiten de EU/EER te brengen, maar dit is lang niet altijd het geval. Het tijdelijk kenteken is een manier om binnen de termijn te blijven en zeker te zijn van de bpm-teruggave. Als je voertuigen verkoopt aan een Duitse handelaar zet deze de voertuigen pas op naam na verkoop aan een particulier. Dit kan veel langer duren dan dertien weken. Het tijdelijk kenteken is dan een middel om de bpm-teruggaaf veilig te stellen, niet om het voertuig te exporteren naar een land buiten de EU/EER”, aldus de Bovag in een reactie.

Bovag voert samen met andere brancheorganisaties, waaronder de VNA en RAI Vereniging, en mensen uit de praktijk gesprekken met de Belastingdienst en het ministerie van Financiën. “Hierin is onze zorg geuit over het bemoeilijken van de export: zo wordt de handel op kosten gejaagd. De export van voertuigen met schade lijkt zelfs nagenoeg onmogelijk geworden. Voor een duurzame registratie in het buitenland is in veel gevallen namelijk een apk vereist en de auto moet dan eerst gerepareerd worden. Reparatie en inschrijving binnen dertien weken is niet altijd mogelijk.” Alleen als je overmacht kunt aantonen, wil de Belastingdienst een uitzondering maken. Maar dat is vaak niet mogelijk. De Belastingdienst ontkent dit echter: “Wij hebben geen signalen ontvangen waaruit blijkt dat dertien weken te kort is om de procedure te voltooien.” De Belastingdienst kijkt ook goed naar het gebruik van toelatingen. “We houden nauwlettend in de gaten of tijdelijke toelatingen (daarop kan geen bpm worden teruggevraagd, red) als permanent worden aangemerkt.”

Er lopen duizenden rechtszaken tussen autobedrijven, exporteurs en taxateurs en de Belastingdienst met betrekking tot auto's met vermeende schade. Bij import wil de Belastingdienst zoveel mogelijk bpm ontvangen en heeft het belang bij een hoge waarde van de auto (en dus strenge belastingregels). Bij export is het precies andersom: dan heeft de Belastingdienst er juist belang bij dat er wel veel schades op de auto zitten, want dan hoeft ze minder bpm terug te geven. De Belastingdienst heeft een groot aantal exporteurs enorme naheffingen opgelegd. Dit omdat ze auto's die eigenlijk een WOK-status (auto's met essentiële gebreken) hadden moeten hebben volgens de dienst, toch exporteerden met bpm-teruggave (wat niet kan bij een WOK-status). Juridische dienstverleners vechten deze naheffingen op grote schaal aan. De Belastingdienst zou volgens de dienstverleners al bij kleine deukjes en krasjes over grote schades spreken, terwijl hij dit bij import in voorkomende gevallen gebruikssporen noemt. In een reactie stelt de Belastingdienst dat dit niet waar is. “Het betreft voertuigen die een WOK-status hadden moeten hebben. Het is dan ook niet erg waarschijnlijk dat een voertuig met enkel een deukje of kras zal worden aangemerkt als schadevoertuig.” Een van de bekendste juridische dienstverleners is Joost Verhoeven van Netcar. Hij is het volstrekt oneens met deze zienswijze. Verhoeven voert meerdere processen (tot aan de Hoge Raad) en hij denkt dat hij de reeks van processen die volgt bijna allemaal gaat winnen. “De Belastingdienst heeft hoog spel gespeeld. Maar van de auto's die wij extern hebben laten beoordelen was zonder meer duidelijk dat er niets aan de hand was en ze terecht geen WOK-status hadden. De Belastingdienst kan nu niet meer terug, terwijl het veel beter zou zijn om de zaak te seponeren.” Wat hem stoort is dat de Belastingdienst de bedrijven ook op andere manieren onder druk zet. “De bedrijven worden bezocht, ze krijgen naheffingen. Het kost ze allemaal handenvol tijd en geld.” De Belastingdienst wil niet ingaan op specifieke gevallen.

Een derde pijnpunt is de taxatie van een te importeren auto. Bovag heeft in het verleden de Belastingdienst aangespoord om frauderende importeurs de pas af te snijden. Ook de gesproken autobedrijven erkennen dat er veel gerommeld is. Dit gebeurde dan bijvoorbeeld door schades aan te brengen of accessoires uit de auto te halen, dan aangifte te doen en vervolgens de auto weer te herstellen. Hier jaagt de Belastingdienst al jaren op en de dienst accepteert weinig meer. Het leidt er mede toe dat er al jaren een enorme strijd is tussen taxateurs en belastinginspecteurs. Volgens Wiebes vechten taxateurs (en juridisch dienstverleners) aanslagen aan om op termijn een proceskostenvergoeding (pkv) te kunnen verdienen. De claim van Wiebes dat er een pkv-industrie is ontstaan kan hij niet hard maken met cijfers. Dat bleek uit een WOB-verzoek van importdienstverlener Frank Bolsenbroek (Bolsenbroek & Partners) met daarin het verzoek om een overzicht van deze uitkeringen. De Belastingdienst stelt dat in het eigen systeem niet is terug te vinden hoeveel pkv's er zijn uitgekeerd. De taxateurs stellen verder dat ze bijna iedere zaak winnen omdat de Belastingdienst zich simpelweg niet aan de wet houdt. Autobedrijven klagen op hun beurt dat de Belastingdienst onaangekondigd op bezoek komt en dat levert veel ‘onprettige gesprekken’ op. Bovag stelt graag een gelijk speelveld te willen. “Oneerlijke concurrentie door handelaren die schade fingeren moet worden tegengegaan. Ondernemers die conform de regels een voertuig met schade importeren, moeten gebruik kunnen blijven maken van een bpm-berekening met behulp van een taxatierapport, zonder dat dit in de ogen van de Belastingdienst direct verdacht is”, stelt de Bovag. “Het moet bovendien duidelijk worden wie een door de Belastingdienst erkend onafhankelijk taxateur is. Zeker nu enkele jaren geleden (ondanks protest van Bovag, red) het fiscaal akkoord is gewijzigd en de Belastingdienst tot vijf jaar na de import een naheffing van bpm met boete kan opleggen.”

De Belastingdienst in een reactie: “Gezien het aantal geïmporteerde auto's is het aantal naheffingen en boetes relatief gering. De meeste bezwaren, 70 tot 80 procent zijn tegen de originele (eigen, red) aangifte.” Volgens de taxateurs is dat misschien wel waar. “Echter: het aantal naheffingen en boetes bij taxatierapporten is nog steeds aanzienlijk. De Belastingdienst doet er alles aan om het gebruik van taxatierapporten te ontmoedigen. Of ze worden aangevochten, ook al gaat het soms om naheffingen van een paar honderd euro waarbij het geschil zich toespitst op een btw/marge-discussie.” Er zouden daarom nog duizenden bezwaren lopen. “En die worden bijna nooit door de Belastingdienst gewonnen”, aldus Bolsenbroek, die ook de boetetermijn van vijf jaar onredelijk vindt. “Nog los van de vraag of het EU-rechtelijk wel mag.”

De branche wordt al jaren misselijk van carrouselfraude (waarbij ergens in de keten in een ander land geen btw wordt afgedragen). In de afgelopen jaren zijn er meerdere grote strafzaken geweest. De Belastingdienst investeert veel tijd en geld in de aanpak van carrouselfraude. “Wij werken intensief samen met onder andere banken, notarissen en belastingadviseurs om voorlichting te geven over dit fenomeen”, stelt de dienst. Het grote probleem voor de branche is echter dat een bedrijf dat ter goeder trouw handelt ongewild toch onderdeel van een carrousel kan worden. De Belastingdienst wil echter geen set van regels geven waaraan een bedrijf moet voldoen om zeker te weten dat het veilig opereert. De Belastingdienst is bang dat ze dan fraude in de hand werkt, terwijl het frauderende bedrijf een vrijbrief heeft. Dat betekent dat ieder bedrijf enorm goed op zijn hoede moet zijn en geen enkele afnemer, zelfs niet als er een jarenlange relatie is, kan en mag vertrouwen. “Je bent verdacht. En zo word je ook behandeld. Dat is buitengewoon onprettig”, zegt de occasiondirecteur van een dealerholding. Bovag kent de zorgen van zowel branche als Belastingdienst. “Wij waarschuwen onze leden ook. Maar als je volledig te goeder trouw tòch betrokken raakt in een carrousel, dan valt er met de Belastingdienst te praten, is ons destijds verzekerd.”

‘Er lopen duizenden zaken en de Belastingdienst wint er zelden één.’





Geplaatst in rubriek:
Redactie
Redactie

De redactie van Automotive is dagelijks op zoek naar het laatste nieuws uit de autobranche. Heeft u een tip voor ons? Stuur dan een mail naar redactie@automotive-online.nl, of bel 010 - 280 1000.

Branche ergert zich blauw | Automotive Online
De Belastingdienst maakt het leven van autobedrijven steeds zwaarder

Branche ergert zich blauw

Redactie Redactie
• Laatste update:

Staatssecretaris van Financiën Eric Wiebes maakte in Autobrief 2 duidelijk dat hij het liefst van de bpm af wil. “Het kabinet streeft naar een verdere afbouw van de bpm. Naar verwachting zal dat leiden tot een einde van de bpm-fraude en ook aan de administratieve lasten van im- en export”, aldus de staatssecretaris. Politiek gezien kan Wiebes de bpm-afbouw slechts stapje-voor-stapje aanpakken, maar via de Belastingdienst draait Wiebes de duimschroeven inmiddels wel aan. Automotive sprak met een groot aantal betrokkenen en met de Belastingdienst over vier verschillende dossiers. De meeste van de gesproken autobedrijven wilden alleen op basis van anonimiteit praten, want de angst zit diep. “De Belastingdienst voert een ontmoedigingsbeleid waarbij het autobedrijven moeilijk gemaakt wordt om bijvoorbeeld auto's die in aanmerking komen voor bpm- en btw-teruggave te exporteren. Ze ziet deze teruggave niet als een verplichting maar als een geste. En daarbij schroomt ze niet om daar waar mogelijk ook druk uit te oefenen op het bedrijf, bijvoorbeeld als je bpm hebt teruggekregen op tijdelijke kentekens of onderdeel bent geworden van een btw-carrousel. Je bent verdacht tot je het tegendeel bewijst”, aldus een groothandelaar. “En het probleem is dat de Belastingdienst tegelijkertijd niet zegt aan welke set van eisen je moet voldoen om niet als verdachte te boek te staan.”

De teruggave van bpm bij export ziet de Belastingdienst als een noodzakelijk kwaad. Dit jaar scherpte de Belastingdienst de regels voor teruggave aan. Zo worden tijdelijke kentekens niet langer toegestaan, omdat hiermee bpm teruggevraagd kon worden op auto's die naar buiten de EU zouden worden geëxporteerd (en dan is bpm-teruggaaf niet verplicht). Ook moet het verzoek om teruggaaf binnen dertien weken gedaan worden. Volgens brancheorganisatie Bovag schiet de Belastingdienst hiermee enigszins door. “De veronderstelling is dat een tijdelijk kenteken wordt gebruikt om voertuigen naar een land buiten de EU/EER te brengen, maar dit is lang niet altijd het geval. Het tijdelijk kenteken is een manier om binnen de termijn te blijven en zeker te zijn van de bpm-teruggave. Als je voertuigen verkoopt aan een Duitse handelaar zet deze de voertuigen pas op naam na verkoop aan een particulier. Dit kan veel langer duren dan dertien weken. Het tijdelijk kenteken is dan een middel om de bpm-teruggaaf veilig te stellen, niet om het voertuig te exporteren naar een land buiten de EU/EER”, aldus de Bovag in een reactie.

Bovag voert samen met andere brancheorganisaties, waaronder de VNA en RAI Vereniging, en mensen uit de praktijk gesprekken met de Belastingdienst en het ministerie van Financiën. “Hierin is onze zorg geuit over het bemoeilijken van de export: zo wordt de handel op kosten gejaagd. De export van voertuigen met schade lijkt zelfs nagenoeg onmogelijk geworden. Voor een duurzame registratie in het buitenland is in veel gevallen namelijk een apk vereist en de auto moet dan eerst gerepareerd worden. Reparatie en inschrijving binnen dertien weken is niet altijd mogelijk.” Alleen als je overmacht kunt aantonen, wil de Belastingdienst een uitzondering maken. Maar dat is vaak niet mogelijk. De Belastingdienst ontkent dit echter: “Wij hebben geen signalen ontvangen waaruit blijkt dat dertien weken te kort is om de procedure te voltooien.” De Belastingdienst kijkt ook goed naar het gebruik van toelatingen. “We houden nauwlettend in de gaten of tijdelijke toelatingen (daarop kan geen bpm worden teruggevraagd, red) als permanent worden aangemerkt.”

Er lopen duizenden rechtszaken tussen autobedrijven, exporteurs en taxateurs en de Belastingdienst met betrekking tot auto's met vermeende schade. Bij import wil de Belastingdienst zoveel mogelijk bpm ontvangen en heeft het belang bij een hoge waarde van de auto (en dus strenge belastingregels). Bij export is het precies andersom: dan heeft de Belastingdienst er juist belang bij dat er wel veel schades op de auto zitten, want dan hoeft ze minder bpm terug te geven. De Belastingdienst heeft een groot aantal exporteurs enorme naheffingen opgelegd. Dit omdat ze auto's die eigenlijk een WOK-status (auto's met essentiële gebreken) hadden moeten hebben volgens de dienst, toch exporteerden met bpm-teruggave (wat niet kan bij een WOK-status). Juridische dienstverleners vechten deze naheffingen op grote schaal aan. De Belastingdienst zou volgens de dienstverleners al bij kleine deukjes en krasjes over grote schades spreken, terwijl hij dit bij import in voorkomende gevallen gebruikssporen noemt. In een reactie stelt de Belastingdienst dat dit niet waar is. “Het betreft voertuigen die een WOK-status hadden moeten hebben. Het is dan ook niet erg waarschijnlijk dat een voertuig met enkel een deukje of kras zal worden aangemerkt als schadevoertuig.” Een van de bekendste juridische dienstverleners is Joost Verhoeven van Netcar. Hij is het volstrekt oneens met deze zienswijze. Verhoeven voert meerdere processen (tot aan de Hoge Raad) en hij denkt dat hij de reeks van processen die volgt bijna allemaal gaat winnen. “De Belastingdienst heeft hoog spel gespeeld. Maar van de auto's die wij extern hebben laten beoordelen was zonder meer duidelijk dat er niets aan de hand was en ze terecht geen WOK-status hadden. De Belastingdienst kan nu niet meer terug, terwijl het veel beter zou zijn om de zaak te seponeren.” Wat hem stoort is dat de Belastingdienst de bedrijven ook op andere manieren onder druk zet. “De bedrijven worden bezocht, ze krijgen naheffingen. Het kost ze allemaal handenvol tijd en geld.” De Belastingdienst wil niet ingaan op specifieke gevallen.

Een derde pijnpunt is de taxatie van een te importeren auto. Bovag heeft in het verleden de Belastingdienst aangespoord om frauderende importeurs de pas af te snijden. Ook de gesproken autobedrijven erkennen dat er veel gerommeld is. Dit gebeurde dan bijvoorbeeld door schades aan te brengen of accessoires uit de auto te halen, dan aangifte te doen en vervolgens de auto weer te herstellen. Hier jaagt de Belastingdienst al jaren op en de dienst accepteert weinig meer. Het leidt er mede toe dat er al jaren een enorme strijd is tussen taxateurs en belastinginspecteurs. Volgens Wiebes vechten taxateurs (en juridisch dienstverleners) aanslagen aan om op termijn een proceskostenvergoeding (pkv) te kunnen verdienen. De claim van Wiebes dat er een pkv-industrie is ontstaan kan hij niet hard maken met cijfers. Dat bleek uit een WOB-verzoek van importdienstverlener Frank Bolsenbroek (Bolsenbroek & Partners) met daarin het verzoek om een overzicht van deze uitkeringen. De Belastingdienst stelt dat in het eigen systeem niet is terug te vinden hoeveel pkv's er zijn uitgekeerd. De taxateurs stellen verder dat ze bijna iedere zaak winnen omdat de Belastingdienst zich simpelweg niet aan de wet houdt. Autobedrijven klagen op hun beurt dat de Belastingdienst onaangekondigd op bezoek komt en dat levert veel ‘onprettige gesprekken’ op. Bovag stelt graag een gelijk speelveld te willen. “Oneerlijke concurrentie door handelaren die schade fingeren moet worden tegengegaan. Ondernemers die conform de regels een voertuig met schade importeren, moeten gebruik kunnen blijven maken van een bpm-berekening met behulp van een taxatierapport, zonder dat dit in de ogen van de Belastingdienst direct verdacht is”, stelt de Bovag. “Het moet bovendien duidelijk worden wie een door de Belastingdienst erkend onafhankelijk taxateur is. Zeker nu enkele jaren geleden (ondanks protest van Bovag, red) het fiscaal akkoord is gewijzigd en de Belastingdienst tot vijf jaar na de import een naheffing van bpm met boete kan opleggen.”

De Belastingdienst in een reactie: “Gezien het aantal geïmporteerde auto's is het aantal naheffingen en boetes relatief gering. De meeste bezwaren, 70 tot 80 procent zijn tegen de originele (eigen, red) aangifte.” Volgens de taxateurs is dat misschien wel waar. “Echter: het aantal naheffingen en boetes bij taxatierapporten is nog steeds aanzienlijk. De Belastingdienst doet er alles aan om het gebruik van taxatierapporten te ontmoedigen. Of ze worden aangevochten, ook al gaat het soms om naheffingen van een paar honderd euro waarbij het geschil zich toespitst op een btw/marge-discussie.” Er zouden daarom nog duizenden bezwaren lopen. “En die worden bijna nooit door de Belastingdienst gewonnen”, aldus Bolsenbroek, die ook de boetetermijn van vijf jaar onredelijk vindt. “Nog los van de vraag of het EU-rechtelijk wel mag.”

De branche wordt al jaren misselijk van carrouselfraude (waarbij ergens in de keten in een ander land geen btw wordt afgedragen). In de afgelopen jaren zijn er meerdere grote strafzaken geweest. De Belastingdienst investeert veel tijd en geld in de aanpak van carrouselfraude. “Wij werken intensief samen met onder andere banken, notarissen en belastingadviseurs om voorlichting te geven over dit fenomeen”, stelt de dienst. Het grote probleem voor de branche is echter dat een bedrijf dat ter goeder trouw handelt ongewild toch onderdeel van een carrousel kan worden. De Belastingdienst wil echter geen set van regels geven waaraan een bedrijf moet voldoen om zeker te weten dat het veilig opereert. De Belastingdienst is bang dat ze dan fraude in de hand werkt, terwijl het frauderende bedrijf een vrijbrief heeft. Dat betekent dat ieder bedrijf enorm goed op zijn hoede moet zijn en geen enkele afnemer, zelfs niet als er een jarenlange relatie is, kan en mag vertrouwen. “Je bent verdacht. En zo word je ook behandeld. Dat is buitengewoon onprettig”, zegt de occasiondirecteur van een dealerholding. Bovag kent de zorgen van zowel branche als Belastingdienst. “Wij waarschuwen onze leden ook. Maar als je volledig te goeder trouw tòch betrokken raakt in een carrousel, dan valt er met de Belastingdienst te praten, is ons destijds verzekerd.”

‘Er lopen duizenden zaken en de Belastingdienst wint er zelden één.’





Geplaatst in rubriek:
Redactie
Redactie

De redactie van Automotive is dagelijks op zoek naar het laatste nieuws uit de autobranche. Heeft u een tip voor ons? Stuur dan een mail naar redactie@automotive-online.nl, of bel 010 - 280 1000.