Uit dit verslag blijkt dat dealers werden aangemoedigd om meer auto’s te kopen dan dat ze aan bestellingen binnen kregen. Als deze auto’s na zes maanden nog niet verkocht waren, zou de importeur ze terugnemen. Ook de rente over deze zes maanden kwam voor rekening van KIE. Op deze manier werden voorraden op papier omgezet in verkopen.

De verkoop bedroeg slechts 2.506 in plaats van 9.105 auto`s.

Kroymans Import Europe haalde zo de door fabrikant General Motors gestelde targets en ontving op basis daarvan financiële ondersteuning. GM betaalde in 2007 een bedrag van 24,5 miljoen euro uit op basis van 9.105 units. In werkelijkheid waren er echter slechts 2.506 auto’s verkocht.

De curatoren concluderen dat de administratie bij KIE op ondeugdelijke wijze is gevoerd en dat er onrechtmatig is gehandeld. Het bestuur van de holding heeft op basis van deze verkeerde cijfers beleid ontwikkeld. Daarbij is het de vraag, in hoeverre het bestuur van de holding op de hoogte was van de fraude door het bestuur van KIE.

In het verslag melden de curatoren zich te beraden over een nadere aanpak en voor de keuze te staan om nogmaals met een aantal betrokkenen overleg te voeren, dan wel over te gaan tot rechtsmaatregelen. 

Omstreden groeiplannen
Uit het curatorenverslag blijkt verder dat bij de beleidsvoornemens van Kroymans Corporation de nadruk vrijwel geheel lag op verdere groei van het bedrijf. Dit was echter niet onomstreden. Zo zei Rudi de Becker (destijds lid supervisory board) in een van de vergaderingen dat er alleen werd gesproken over investeringsplannen, maar dat daar geen geld voor beschikbaar was omdat alles vast lag in voorraden en hoge debiteurenposities. 

De besluitvorming werd volgens de curatoren echter wel zorgvuldig genoeg gedaan. Zo was er bij het bestuur voldoende gespecialiseerde kennis aanwezig en werden relevante beslissingen in bestuursvergaderingen genomen. 

Saillant detail is dat het bestuur met enige regelmaat werd geconfronteerd met door Frits Kroymans zelfstandig ingezette activiteiten en daarover pas achteraf informatie verkreeg. Ook lijkt volgens de curatoren de emotionele binding van Frits Kroymans met retailactiviteiten en importeurschappen van bepaalde merken zwaar te hebben gewogen bij besluiten over (des)investeringen en reorganisaties.  

Lees in de rubriek feiten & cijfers het zevende curatorenverslag.  

Uit dit verslag blijkt dat dealers werden aangemoedigd om meer auto’s te kopen dan dat ze aan bestellingen binnen kregen. Als deze auto’s na zes maanden nog niet verkocht waren, zou de importeur ze terugnemen. Ook de rente over deze zes maanden kwam voor rekening van KIE. Op deze manier werden voorraden op papier omgezet in verkopen.

De verkoop bedroeg slechts 2.506 in plaats van 9.105 auto`s.

Kroymans Import Europe haalde zo de door fabrikant General Motors gestelde targets en ontving op basis daarvan financiële ondersteuning. GM betaalde in 2007 een bedrag van 24,5 miljoen euro uit op basis van 9.105 units. In werkelijkheid waren er echter slechts 2.506 auto’s verkocht.

De curatoren concluderen dat de administratie bij KIE op ondeugdelijke wijze is gevoerd en dat er onrechtmatig is gehandeld. Het bestuur van de holding heeft op basis van deze verkeerde cijfers beleid ontwikkeld. Daarbij is het de vraag, in hoeverre het bestuur van de holding op de hoogte was van de fraude door het bestuur van KIE.

In het verslag melden de curatoren zich te beraden over een nadere aanpak en voor de keuze te staan om nogmaals met een aantal betrokkenen overleg te voeren, dan wel over te gaan tot rechtsmaatregelen. 

Omstreden groeiplannen
Uit het curatorenverslag blijkt verder dat bij de beleidsvoornemens van Kroymans Corporation de nadruk vrijwel geheel lag op verdere groei van het bedrijf. Dit was echter niet onomstreden. Zo zei Rudi de Becker (destijds lid supervisory board) in een van de vergaderingen dat er alleen werd gesproken over investeringsplannen, maar dat daar geen geld voor beschikbaar was omdat alles vast lag in voorraden en hoge debiteurenposities. 

De besluitvorming werd volgens de curatoren echter wel zorgvuldig genoeg gedaan. Zo was er bij het bestuur voldoende gespecialiseerde kennis aanwezig en werden relevante beslissingen in bestuursvergaderingen genomen. 

Saillant detail is dat het bestuur met enige regelmaat werd geconfronteerd met door Frits Kroymans zelfstandig ingezette activiteiten en daarover pas achteraf informatie verkreeg. Ook lijkt volgens de curatoren de emotionele binding van Frits Kroymans met retailactiviteiten en importeurschappen van bepaalde merken zwaar te hebben gewogen bij besluiten over (des)investeringen en reorganisaties.  

Lees in de rubriek feiten & cijfers het zevende curatorenverslag.