Achtergrond | Nog kansen genoeg voor het familiebedrijf
Een oudere generatie die het bedrijf maar niet kan loslaten en zijn kinderen voor de voeten loopt, een nieuwe generatie die zonder de vuist op tafel van vader en moeder meer ruzie maken dan beslissen: bij een bedrijfsoverdracht binnen de familie komt meer kijken dan bij een overname buiten eigen kring. Daarnaast is een bedrijfsoverdracht van ouder op kind tegenwoordig minder vanzelfsprekend, en worden er steeds meer bedrijven opgeslokt door grotere concurrenten.
In 2016 was 81 procent van de in totaal 13.067 auto- en reparatiebedrijven een familiebedrijf, zo blijkt uit cijfers van het CBS, maar recentere cijfers zijn niet bekend. Volgens Ed van de Vijver, senior manager bij BDO adviesgroep Familiebedrijven, neemt het aantal wel af, maar wordt er nergens precies bijgehouden wat een familiebedrijf precies is. “In de wetenschappelijke definitie is minstens de helft van het bedrijf in bezit van de familie. Daarnaast dient de familie belangrijke invloed te hebben op de strategische besluitvorming.”
Opvolgers
De afname komt vooral door gebrek aan opvolging, zegt Van de Vijver. “De jongere generatie heeft betere alternatieven of geen interesse om in het bedrijf te stappen. Het gevolg is dat ze het bedrijf te koop aanbieden aan grotere familiebedrijven.” Deze tendens biedt kansen voor partijen die inzetten op schaalvergroting, zoals nu bij veel dealers, maar ook in de sector van grossiers en bij schadeherstelbedrijven gebeurt. Zo kocht Van Mossel Automotive Groep onlangs het Ford-dealerschap van familiebedrijf Luijbregts in Valkenswaard, nemen onderdelenleveranciers Fource en Alliance Automotive diverse grossiers over, kocht Tyrenet Nooteboom de grossiersactiviteiten van Van Zijls en kocht schade-ondernemer Joost den Elzen het bedrijf van collega Hoppenbrouwers. Lees in dit artikel hoe dga Jan van Roosmalen zijn dochter Carlijn klaar stoomt voor het dealerleven.
Waar grote bedrijven een overname doen op basis van bedrijfsanalyses, spelen bij overdrachten binnen families ook andere zaken een grote rol, weet Van de Vijver. “Vaak wordt er gekeken naar opleiding en ervaring, maar het is ook van belang of de nieuwe generatie kan omgaan met elkaars verschillen en kan samenwerken. Daar gaat het nog wel eens mis.”
Flexibiliteit
Toch ziet Van de Vijver ook in deze tijden wel degelijk kansen voor kleinere familiebedrijven. “Juist vanwege de flexibiliteit door kleinschaligheid en de snelle besluitvorming kunnen familiebedrijven redelijk snel de bakens verzetten. Een zwakte is echter dat het vaak aan expertise ontbreekt en dat er financieel niet de mogelijkheden zijn om deze kennis in te kopen.” Naast de snelle besluitvorming is er in zijn ogen ruimte voor innovaties. “Er zijn meer mogelijkheden om creatief te zijn. Vaak gekoppeld aan de visie van het bedrijf waar lang over nagedacht wordt.”In de serie Familiezaken leest u meerdere portretten van familiebedrijven.
Het toekomstperspectief komt veelal vanuit de jongere generatie, denkt Van de Vijver. “Zij verdienen daarvoor voldoende ruimte van de eerste generatie. Creëer een businessmodel waarmee je op zoek gaat naar andere mogelijkheden waarbij de kernwaarden van het bedrijf behouden blijven.”
Stoppen of doorgaan
Dat bedrijfsoverdracht een onderwerp is, blijkt ook uit de seminars ‘Stoppen of doorgaan’ die Bovag organiseert in samenwerking met Alfa Consultants. In 2,5 uur worden allerlei zaken behandeld die ter sprake komen bij een bedrijfsoverdracht. “Dan moet je denken aan financiering, de waarde van het bedrijf, het vinden van een koper, de verkoop zelf, wat als het bedrijf niet verkocht wordt en een alternatief voor het onroerend goed”, zegt Christiaan Buis, senior juridisch adviseur van Alfa.
Bij een bedrijfsoverdracht binnen de familie is onderlinge communicatie belangrijk, stelt Buis. “In een familiebedrijf zie je geregeld dat een zoon of dochter in het bedrijf gedrukt wordt. De vraag is dan of zij dit wel willen. En is de zoon of dochter wel geschikt om de zaak over te nemen? Bij een succesvolle overdracht is het noodzakelijk dat dit goed besproken wordt.”
Familiebedrijven zijn innovatiever, omdat ze vasthouden aan een visie.
Daarnaast heeft de eerste generatie nog wel eens moeite met afscheid nemen. “Vader loopt nog rond na de bedrijfsoverdracht en bemoeit zich met allerlei zaken. Dat kan discussies opleveren die voorkomen worden door voor de bedrijfsoverdracht heldere afspraken te maken.”
Ten opzichte van bedrijven zonder familiebanden schakelen familiebedrijven langzamer, is de ervaring van Buis. “Ze zijn behoudender. Anderzijds zijn ze vaak wel innovatiever, omdat ze vasthouden aan hun visie. En omdat ze de tijd nemen voor een beslissing krijgen innovaties ook meer kans.”
Uitdagingen
Voor de toekomstige generaties zijn er volgens Albert Jan Thomassen, directeur vereniging Familiebedrijven Nederland, wel de nodige uitdagingen om een bedrijfsoverdracht succesvol te maken. “De eisen die aan een onderneming gesteld worden, zijn anders dan de eisen waaraan de eerste generatie moest voldoen. Vooral omdat de eerste generatie kritisch kijkt naar de opvolgers en van hen bijvoorbeeld meer kennis en ervaring vraagt. De huidige markt vraagt ook meer van ondernemers. Daarentegen is de tweede generatie vaak hoger opgeleid en hebben daarmee de bagage om in deze markt het bedrijf een succesvolle toekomst te geven. Bijvoorbeeld door aanpassingen binnen de bedrijfsvoering door te voeren. Wel zien we dat er tegenwoordig vaker sprake is van een vrije keuze in plaats van dat het bedrijf aan een volgende generatie wordt opgedrongen.”
Toekomstbestendig
Bij Van den Berg Autoschade uit Zeeland, met vestigingen in Goes en Vlissingen, is het de bedoeling dat zoon Glenn (27) en dochter Tara (29) het bedrijf overnemen, vertelt moeder Heike van den Berg. “Wij zijn een echt familiebedrijf, zéker sinds Glenn en Tara hun intrede in het bedrijf hebben gedaan. Dat is belangrijk voor de continuïteit en het geeft vertrouwen aan onze klanten. Bovendien brengt de nieuwe generatie nieuw elan. Ze hebben frisse ideeën en zien nieuwe kansen.”
Glenn heeft de opleiding Werkplaatsmanager schadeherstel Niveau 4 gedaan en werkt inmiddels tien jaar in het bedrijf. Zes jaar geleden zette hij er drie nieuwe marktsegmenten op: caravan- en camperservice, stralen en poedercoaten en velgenservice. Hij is verantwoordelijk voor de vestiging in Goes, terwijl Tara, met een HBO-opleiding International Hotel & Hospitiality Management als achtergrond, de marketing en audits voor haar rekening neemt. “Door hun komst slaat ons bedrijf nieuwe wegen in”, zegt Heike van den Berg. “Ze bezitten een mooie combinatie van de sterke eigenschappen die Rien en ik hebben. We doen het nu ook echt samen. Ons doel is een mooi en toekomstbestendig bedrijf waar de kinderen mee verder kunnen. Alles staat in de startblokken voor een overname, maar wij gaan voorlopig gewoon door. We zijn met het bedrijf verweven en zien uitdaging genoeg.”
Normen en waarden
In de jaren dat Glenn van den Berg werkzaam is in het familiebedrijf heeft hij veel geleerd van zijn ouders. “Ik ben onderaan begonnen als leerling plaatwerker en heb inmiddels alle facetten van ons bedrijf meegemaakt. Ik ontwikkelde in de loop der jaren ook een eigen mening. Het proces ging niet zonder slag of stoot maar was wel heel leerzaam. Wat ons bedrijf zo mooi en onderscheidend maakt is dat wij ons niet mee laten slepen door de waan van alledag en als schadebedrijf onze eigen koers varen.”
Het gaat niet om winst op korte termijn, maar om duurzame groei.
De toekomst en de overdracht van het bedrijf komt met enige regelmaat ter sprake, zegt Glenn. “Nu hebben wij de luxe dat we het met z’n vieren kunnen doen en iedereen zijn specialisaties heeft. Er komt een moment dat Tara en ik het bedrijf voorzetten als duo, zoals onze ouders ooit begonnen zijn. Inmiddels vullen wij elkaar goed aan. We zijn het niet altijd eens, maar dat is juist goed. Ik vind het fantastisch om met mijn familie te werken, zolang je elkaar accepteert en gebruik maakt van al die verschillende persoonlijkheden.”
Volgens Heike is de kracht van hun familiebedrijf ten opzichte van grote schadeherstelbedrijven de menselijke factor. “Het bedrijf is gebouwd op onze normen en waarden en daarmee ontstaat – naast een financiële betrokkenheid – ook een emotionele verbondenheid. Dit leidt uiteindelijk tot loyaliteit en betrokkenheid bij werknemers en tot langdurige klantrelaties. Het gaat ons niet om winst op korte termijn, maar om duurzame groei. Juist in deze roerige tijd, waar wij nu inzitten, staat voor ons de continuïteit van het bedrijf voorop.”