Evenement | Parijse beurs in de ban van emissienorm
Met 1,1 miljoen bezoekers in 2016 tegen 810 duizend voor de IAA in Frankfurt vorig jaar of de 660 duizend tijdens de Salon van Genève afgelopen maart, had de Parijse salon een stevig argument om de autofabrikanten naar het Parc des Exposition te lokken. Maar ook de Fransen ontkwamen niet aan de malaise in het mondiale beurzencircuit. Nissan, Ford, Volvo, het merk Volkswagen, Opel, Mazda en Mitsubishi schitterden door afwezigheid. Wat de organisatoren noopte een hal helemaal af te sluiten. Het is een schrale troost voor de Fransen dat het een wereldwijde trend is. Aanstaande januari ontbreken op de Detroit Auto Show alle (!) Duitse merken, plus Jaguar-Land Rover, Volvo en Mazda. Ford heeft als eerste grote merk afgezegd voor de salon van Genève in 2019. En volgens ingewijden reduceert BMW voor de IAA in Frankfurt zijn mega budget van 25 miljoen euro voor een traditioneel prestigieuze stand (inclusief een inpandig testbaantje) tot 6 miljoen. Lex Kerssemakers, bij Volvo verantwoordelijk voor de Europese markt, lichtte die ontwikkeling enkele maanden geleden tijdens de introductie van het internetmerk Lynk & Co als volgt toe: “Voor de uitgespaarde bedragen kun je beter gerichte media evenementen organiseren, met groter effect.”
Nieuwe norm
De producenten die wel in Parijs waren, lieten duidelijk van zich zien en horen. Op de tweede persdag werd door het Europees Parlement een nieuwe uitstootnorm vastgesteld van 40 procent CO2-reductie in 2030. Hiermee werd het advies van de milieucommissie, een reductie van 45 procent, teruggebracht, maar nog altijd niet op het door fabrikanten gewenste niveau. BMW-topman Harald Krüger verwoordde die wens als volgt: “Een vermindering van 30 procent is het maximaal haalbare, met name omdat anders de elektrische energievoorziening in het gedrang komt.”
Het aantal elektrische modellen breidt echter wel snel uit. In het kader van de vanaf 2021 binnen de EU geldende strengere 95 gr/km CO2 grens stond elektrificatie bij alle merken in Parijs centraal. Renault beet aan de vooravond van de salon het spits af met de door Renault-Nissan-Mitsubishi-ceo Carlos Ghosn aangekondigde drive the future strategie, die naast nieuwe producten ook diverse mobiliteitsdiensten omvat. De K-ZE, een kleine, volledig elektrische vierdeur suv naast de al zes jaar bestaande Zoe, speelt daarin een hoofdrol. Deze auto komt voorlopig eerst in China op de markt. Want daar zijn dit jaar al meer dan 450 duizend EV’s en stekker-hybriden verkocht. En de vraag blijft er spectaculair groeien, een trend waar ook Renault van wil profiteren. Van de Clio en Megane/Captur komen respectievelijk hybride en stekkerhybride versies. Levering in Nederland: vanaf medio 2020. Tegelijkertijd meldde Ghosn en passant dat Renault zijn aanbod dieselmodellen gaat halveren.
Auto-industrie moet belofte nakomen met aanbod elektrische auto’s
Groupe PSA presenteerde een soortgelijke strategie: elektrificatie van alle modellen tussen nu en 2025, op verschillende niveaus en op basis van een nieuw groepsplatform voor alle segment B en C modellen: CMP (Compact Modular Platform). De elektrische variant van de DS3 (het eerste EV model van PSA) is vanaf eind 2019 te bestellen. De nieuwe Peugeot 208 en de in 2019 te lanceren Opel Corsa, zijn de eerstvolgende PSA modellen met volledig elektrische optie. Tesla koos Parijs uit voor een Europese première van de betaalbare model 3. De productie is op gang gekomen maar of de ’35 duizend dollar’ belofte in Europa kan worden ingelost, is nog de vraag. Aan de andere kant van het e-spectrum presenteerden Audi en Mercedes-Benz hun plannen om de strijd met de grote en duurdere Tesla S en X aan te gaan. De Audi e-Tron is eind dit jaar leverbaar; de EQC van Mercedes’ e-submerk EQ komt in 2019. Beide merken hebben nog meer EV’s in voorbereiding. Net als BMW trouwens, maar dat merk gaf er de voorkeur aan om de nieuwe 3-serie bij verrassing in Parijs te lanceren en het futuristische showmodel i-Next – elektrisch met verregaand autonome rijfuncties – nog even achter de schermen te houden.
Duitse diesels
Maar duidelijk is wel dat de industrie de komende maanden haar beloften om na 2020 grote aantallen elektrische auto’s aan te bieden, nu moet waarmaken. Pioniers zoals Renault, Nissan en Tesla zijn voorlopig in het voordeel. En de Duitse industrie met zijn grote en meer energievretende premiummodellen, moet alles uit de kast halen om aan de zware emissie-eis te voldoen. Want met zuinige diesels alleen redden ze het niet. Zelfs Volkswagen zal zich daarom als EV-laatkomer sterk gaan presenteren. Want Europa zou de 95 gram CO2-limiet al na 2025 verder willen aanscherpen.
