Beter inzicht afkoopsom leaseauto

Steven Don Steven Don
'Steeds meer klachten over autoverhuurders'

Wilt u dit artikel lezen?

Word nu Automotive Premium abonnee en krijg toegang tot vakinformatie over de automotive sector.

Abonneren

Bent u al abonnee?

Inloggen

Heeft u een abonnement en u kunt niet inloggen? Of heeft u een abonnement en kunt u wel inloggen maar niet dit artikel lezen? Neem dan contact met ons op via klantenservice@promedia.nl of telefonisch via 010 280 1000. Vermeld hierbij uw abonneenummer.

 
 

Reacties

  • Theodoor van Es

    Opmerkelijk en veelvuldig foutief gebruik van het woord leaseauto in dit artikel dat handelt over de auto van de zaak.

  • Roel Hindriks

    In tegenstelling tot hetgeen dhr. Van Es meldt gaat het bij dit onderwerp wel degelijk over de geleaste auto van de zaak en dus is “leaseauto” wel een juiste aanduiding. De voortijdige lesecontractbeëindiging zorgt voor een schadeclaim van de lasemij en die belast dat vaak zonder interesse voor de juistheid van het geclaimde bedrag door aan de vertrekkende medewerker.
    Wanneer de kosten niet doorbelast kunnen worden aan de medewerker is de werkgever veel assertiever en dat zorgt dan ook voor een zorgvuldiger aanpak van de leasemij.
    Wat VZR terecht meldt aan haar leden omrent dit onderwerp is dat de werkgever wettelijk verplicht is de hoogte van de gevorderde schade te verklaren als terecht en redelijk.
    Wat de leasemij claimt is alleen van belang als er een goede verklaring voor het bedrag gegeven wordt.

  • Willem de Wit

    Een leasemaatschappij regelt de zaken met de lessee niet met de berijder/ster. De Leaseovereenkomst is ook tussen lessor en lessee en niet met de berijder/ster. Mogelijk dat werkgevers hogere kosten berekenen aan de medewerkers/sters maar daar is lessor geen partij in. Vreemd verhaal geen juiste uiteenzetting, onduidelijk en niet kloppend.

  • Rutger Sark

    @Theodoor van Es
    Volgens mij mist u de pointe. Het gaat hier juist ook over door werkgevers aan werknemers ter beschikking gestelde, geleasede auto’s en niet over auto’s van de zaak zoals bestelwagens.

    De VZR komt – terecht – op tegen het (te gemakkelijk) verschuilen door werkgevers achter onduidelijke afkoopregelingen in leasecontracten, waarbij die werkgevers vinden dat zij zo’n afkoopsom zonder meer kunnen doorschuiven naar de vertrokken medewerker, onder het mom: het afkopen komt niet voor rekening en risico van de werkgever maar van de werknemer die zijn contract heeft opgezegd. En het is juist die opvatting die is gelogenstraft in de zaak die heeft geleid tot het zogeheten VZR-arrest.

    Ook dat laatste is volkomen terecht, want het is toch van de zotte, zoals uit dit onderzoek naar voren komt, dat werkgevers het laten gebeuren dat hun ex-werknemers (gemiddeld genomen) meer dan het dubbele betalen voor het afkopen van een leasecontract dan wat het daadwerkelijk kost c.q. zou moeten kosten? Daar komt nog eens bij dat werknemers geen enkele invloed hebben in de leasevoorwaarden en vaak vooraf daarover ook niet althans niet volledig worden geïnformeerd, met name niet over de inhoud van dit soort afkoopregelingen. De werkgevers snappen zelf vaak niet eens hoe die regelingen in elkaar steken, laat staan dat een normale werknemer begrijpt waarvoor hij tekent c.q. heeft getekend! Het is goed dat belangbehartigers als de VZR er zijn die hieraan paal en perk stellen.

  • Roel Hindriks

    Het is terecht wat de heer De Wit meldt: het leasecontract speelt tussen werkgever (lessee) en de leasemij. In het geval van een vertrekkende werknemer die akkoord is gegaan met betalen (aan de werkgever) van de kosten voor een overcomplete auto cq. het afkopen van het leasecontract bepaalt de lessor de kosten van een voortijdige contractbeëindiging, Dat bedrag wordt dan één op één door de werkgever doorbelast aan de vertrekkende werknemer, als zijnde de ontstane schade.
    Wettelijk is dat een correcte gang van zaken, maar degene die moet betalen, heeft er recht op dat bewezen wordt dat het een redelijke en billijke vergoeding betreft.
    En precies daar gaat het meestal fout; de lessor verklaart zijn afkoopvergoeding niet en de werkgever heeft weinig interesse om dat aan te vechten en vindt dat de vertrekkende werknemer niet moet zeuren, hij/zij is “er immers mee akkoord gegaan”. De VZR is vasthoudend geweest in de begeleiding van een van haar leden en heeft daarmee bereikt dat lessors en werkgevers zonodig gemakkelijker tot een redelijke afwikkeling kunnen worden aangespoord. Goede controle en verklaring was nodig en blijft nodig.

  • Theodoor van Es

    Het begint al met de definitie die in de tekst is opgenomen: “Een leaseauto is: “een auto die ter beschikking is gesteld aan de werknemer voor een bepaalde periode””. Dat is niet de definitie van een leaseauto maar van een auto van de zaak. Ik ben het er overigens mee eens dat de afkoop van een leasecontract (in het geval de auto van de zaak door de werkgever wordt geleased) de kern van het probleem waar dit artikel over gaat is. Dat laat overigens onverlet dat werkgevers die auto’s kopen ipv leasen ook afkoopsommen kunnen opleggen. Zij leiden dan immers ook economische schade door de noodzaak tot vroegtijdige verkoop van het voertuig. En ook hier zouden misstanden in kunnen voorkomen, waarbij het nog veel lastiger wordt om de billijkheid van het vastgestelde bedrag te beoordelen.