De uitdagingen van olieleverancier Kroon-Oil

Olie als zwarte Piet

Redactie Redactie
• Laatste update:

Waar autofabrikanten vroeger een motor ontwikkelden en de meest geschikte olie er bij zochten, zijn oliemaatschappijen tegenwoordig nauw betrokken bij het ontwerpproces en maken zij de olie op maat. Dat maakt de uitdaging steeds groter om het juiste product te kunnen leveren voor aftermarket smeermiddelenleveranciers. Tom Bruggeman, verantwoordelijk voor Technical Marketing Services bij Kroon-Oil, weet waar hij het over heeft. “Audi schrijft voor de nieuwe Q7 een 0W-20 motorolie voor. Deze volgt de 5W-30 olie op die Audi nu breed toepast. De nieuwe olie is waterdun. Dat is mooi om de wrijving en de weerstand in de motor terug te brengen en zorgt dus voor een lager brandstofverbruik. Maar in de toekomst moet nog blijken wat het betekent voor de levensduur van de motor.” Op dit moment krijgen zwaarbelaste gedownsizede turbomotoren veel aandacht van olie-leveranciers. “Juist bij deze motoren, met hun waterdunne motorolie, is het van belang de voorschriften van de autofabrikant exact op te volgen. Zowel bij de keuze van de olie als de verversingsintervallen. Al is het maar om sterk te staan in een garantiediscussie. Er zijn genoeg voorbeelden waarbij het olieverbruik bij relatief lage kilometerstanden oploopt. Het is meestal de olie die het eerst verdacht wordt.”

Alles uit de bulk

Naast het feit dat de voorgeschreven olie in de praktijk toch niet blijkt te voldoen, worden er ook regelmatig fouten gemaakt bij het verversen van de motorolie. “Er zijn universele garagisten die uit gemak of onwetendheid de motorolie kiezen die ze voorhanden hebben in de bulk. Vroeger kon je met één specificatie ook een veelvoud aan voertuigen bedienen. Maar met de modellen die nu op de markt zijn kun je nog maar één of hooguit twee verschillende specificaties toepassen op een auto. Op dit Naast het feit dat de voorgeschreven olie in de praktijk toch niet blijkt te voldoen, worden er ook regelmatig fouten gemaakt bij het verversen van de motorolie. “Er zijn universele garagisten die uit gemak of onwetendheid de motorolie kiezen die ze voorhanden hebben in de bulk. Vroeger kon je met één specificatie ook een veelvoud aan voertuigen bedienen. Maar met de modellen die nu op de markt zijn kun je nog maar één of hooguit twee verschillende specificaties toepassen op een auto. Op dit moment is onze Specialsynth MSP 5W-40 het breedst inzetbare product. Daarvoor hebben we approvals van onder meer Volkswagen, BMW en Renault. Garagebedrijven die alles afvullen met dezelfde olie, komen vroeg of laat in de problemen. Bij motorschades hoef je niet op coulance te rekenen als er verkeerde olie in zit.” Veel olieleveranciers, ook Kroon-Oil, hebben te maken met garantiediscussies over motoren met een hoog olieverbruik. In veel gevallen blijken deze  motoren toch last te hebben van een ontwikkelingsfout in plaats van de verkeerde olie. Zo zijn er zoals bekend veel problemen met bepaalde Audi-motoren zoals de TFSI waarvan de zuigerveren te smal en weinig veerkrachtig zijn. Het olieverbruik kan hierdoor oplopen tot 1 liter per 500 kilometer, terwijl dat vrijwel nul zou moeten zijn. “Men vertrouwt op Audi en geeft de olie de schuld.” In andere gevallen zoeken autofabrikanten in samenwerking met olieproducenten naar een oplossing voor een technisch probleem. “In het verleden waren er problemen met Volkswagen diesels met pompverstuivers. Op zich zijn dat hele goede motoren, maar in het begin sleten de nokkenassen erg snel omdat deze ook moesten zorgen voor de aandrijving van de unitinjectoren. Aanvankelijk kreeg de motorolie de schuld, maar later is er in samenwerking met de olie-industrie een specifieke motorolie ontwikkeld voor deze motoren, die de VW-specificatie 505.01 kreeg.” Leken, dat kunnen consumenten maar ook garagehouders zijn, maken volgens Tom Bruggeman vaak de fout om alle oliën met dezelfde viscositeit op één hoop te gooien. Het zijn juist de additieven die de olieproducenten er aan toevoegen. Die maken het verschil en iedere autofabrikant stelt andere eisen aan het additievenpakket. De term additieven moet daarbij niet verward worden met de flesjes van bedrijven als Wynns of Liqui Moly die autobedrijven of consumenten zelf aan de olie toe kunnen voegen. “Welke additieven in een voorgeschreven motorolie zitten, heeft vooral te maken met de gewenste levensduur van de olie en de specifieke motoronderdelen die extra bescherming of smering nodig hebben. Zoals het soort turbo dat gebruikt wordt of de coatings die worden toegepast op drijfstangen, cilinders of zuigers. Voor de ene motor zijn bepaalde toevoegingen belangrijker dan voor de andere. De product-approvals van autofabrikanten hebben betrekking op die additieven en het is dus essentieel dat de juiste additieven in de olie zitten, zowel voor de verversingsintervallen als voor de levensduur van de motor en bepaalde motoronderdelen.”

p18 kroon oil

Pushen

Door de keuze voor steeds dunnere olie en zeer uiteenlopende additieven is motorolie ook minder vaak backward compatible dan voorheen. Dat wil zeggen dat olie die voor nieuwe automodellen ontwikkeld is, met terugwerkende kracht ook kan worden toegepast op oudere modellen waar oorspronkelijk een andere olie-specificatie voor was voorgeschreven. Er komen dus alleen maar meer smaken bij die de garagist in huis moet hebben. Terwijl er onderaan weinig specificaties afvallen. “We pushen er als olie-industrie wel enorm op om een one size fits all-olie te ontwikkelen, maar ik vrees dat het een utopie blijft. Tot die tijd spelen we in op de ontwikkelingen en bieden we vrijwel alle oliën in een grote variatie aan verpakkingen met bijbehorende voorzieningen om ze efficiënt op te slaan en te verwerken.”

Welke olie moet er in?

Volg bij nieuwe of jonge auto’s met weinig kilometers exact de
fabrieksspecificaties. De officiële fabrieksvoorschriften zijn te vinden in garagesoftware, de website van de olieproducent, de databases van Haynespro, Autodata of TecRMI (Mivar). Bij oudere auto’s met meer kilometers op de teller, moeten monteurs volgens Tom Bruggeman naast de voorschriften ook vertrouwen op hun gezonde verstand. “Een BMW 525 TDS met drie ton op de teller kun je beter afvullen met een wat dikkere olie dan de 5W-30 die de fabrikant voorschrijft, 5W-40 bijvoorbeeld. Met zo’n kilometerstand zijn de toleranties door slijtage wat groter geworden.” Anderzijds kun je een Golf II uit de jaren tachtig die helemaal gereviseerd is en eventueel wat getuned is, ondanks zijn leeftijd beter wel een 5W-30 geven, terwijl je normaal voor 10W-40 zou
kiezen bij zo’n auto. 

Lees meer over oliesoorten in het artikel over: