Mobiliteit na corona: Flexibeler, slimmer en duurzamer
Het is noodzakelijk dat de vraag naar mobiliteit gecontroleerd opstart en het aanbod zoveel mogelijk wordt uitgebreid. Dat stelt de Mobiliteitsalliantie, dat zich baseert op onderzoek dat is uitgevoerd door Roland Berger.
“De mobiliteit van mensen en goederen stond vóór de coronacrisis al ernstig onder druk. Nu allerlei sectoren weer opstarten in de anderhalve meter-economie dreigt dit opnieuw te gebeuren. De verkeersintensiteit ligt bijna weer op het niveau van voor de crisis. Voor een gecontroleerde opstart is het daarom nodig om de piekbelasting van de mobiliteitsvraag af te vlakken en alle mogelijke vormen van vervoer – dus ook het openbaar vervoer – zo goed mogelijk te benutten. Om dit te bereiken moeten reizigers zo flexibel mogelijk voor slimme combinaties van vervoermiddelen kunnen kiezen”, stelt de alliantie.
De verwachting is dat trends die tijdens de coronacrisis zijn ontstaan, zoals thuiswerken en een toename van het individueel vervoer, de komende periode zullen doorzetten. Ook zet de verstedelijking, klimaatproblematiek en bevolkingsgroei door. Dit vraagt volgens de Mobiliteitsalliantie om een heroriëntatie van het mobiliteitsbeleid in Nederland.
Gedragsvraagstuk
Uit een ander onderzoek, dat ook vandaag is gepresenteerd: ‘Visie op mobiliteit: op weg naar 2050’ van Business Innovation Partner INFO, blijkt dat mobiliteit niet zozeer een infrastructureel vraagstuk is, maar vooral een gedragsvraagstuk. Voor het rapport zijn elf experts benaderd, zoals ANWB, Kennis Instituut voor Mobiliteit, Hely, 9292, ministerie van IenW, Gemeente Utrecht, De Verkeersonderneming, TU Delft, Lightyear en de NS. Belangrijkste conclusie is dat mobiliteit niet zozeer een infrastructureel vraagstuk, maar vooral ook een gedragsvraagstuk is. Daarbij zou de overheid een actievere rol moeten vervullen zodat er een betere balans ontstaat tussen de overheid en de diverse aanbieders. Lees meer in dit artikel op Fleet&Mobility.
