Aanscherping regelgeving en controles zetten markt onder druk

Thema Remarketing | Branche worstelt met export

Bart Kuijpers Bart Kuijpers
• Laatste update:
Beeld: Shutterstock

In het coronajaar 2020 werden er ruim 270 duizend auto’s geëxporteerd, ongeveer tien procent minder dan in 2019. Die achterstand werd opgelopen tijdens de eerste grote lockdown. Het stilvallen van de export raakte een groot deel van de Nederlandse autobranche in het hart. Als de export stopt, dan nemen de voorraden toe, dalen de prijzen en maken autobedrijven pas op de plaats. Gelukkig werd de export na anderhalve maand hervat en bleek ook de vraag naar occasions overweldigend, waardoor de rust snel terugkeerde.Schrijf u nu in voor het Online Remarketing Event, dat op 18 maart plaatsvindt.

Op dit moment zijn de grenzen weliswaar open, maar desondanks is de animo om te exporteren bij veel bedrijven laag. In januari lag het aantal geëxporteerde auto’s twintig procent onder het niveau van vorig jaar. Een rondvraag in de markt leert dat de terughoudendheid niet zozeer coronagerelateerd is, maar meer te maken heeft met onzekerheid rond de rest-bpm regelgeving, hogere kosten, de kans op btw-fraude en de toenemende druk vanuit de banken.

Het terugdringen van het aantal contante betalingen leidt in de meeste gevallen niet tot omzetverlies

Joris Hoff, Rabobank

Op verzoek van Automotive maakte dienstverlener VWE een inschatting van het totale bedrag aan rest-bpm dat er vorig jaar kon worden teruggevraagd. VWE stelt dat er bij twee derde van het aantal exports sprake was van rest-bpm. Van die groep is 82 procent geëxporteerd naar een EU-lidstaat (of IJsland, Liechtenstein of Noorwegen). Dat betekent volgens VWE dat er voor ongeveer 145 duizend personenauto’s bpm-teruggave mogelijk was. Het gemiddelde bedrag aan rest-bpm op deze voertuigen bedroeg 1.140 euro. In totaal kon er dus rond de 166 miljoen euro aan bpm worden teruggevraagd. VWE merkt op dat het een schatting betreft waarbij geen rekening gehouden is met schadevoertuigen en andere uitzonderingssituaties.

Duitse inschrijving

Duidelijk is dat het om veel geld gaat. De Belastingdienst meldde eind vorig jaar vanaf 1 maart strenger te controleren of aan de eisen voor bpm-teruggaaf is voldaan. De auto moet naar hetzelfde land zijn getransporteerd als waar het ingeschreven is. Wordt de rest-bpm teruggevraagd op basis van een Belgische inschrijving, dan moet het voertuig naar België. Dat levert veel zorg op: tot nu toe werd bij export naar andere landen veelal een Duitse inschrijving aangevraagd, omdat de teruggaaf daarmee vaak direct geregeld is. Een bewijs van inschrijving in andere landen, zeker in Centraal- en Zuid-Europese landen, duurt veel langer. Deze wijziging verhoogt de kosten van een exporttransactie al snel met 100 tot 150 euro, stellen dienstverleners (zie kader). De Belastingdienst stelt dat dit het enige controle-instrument is dat ze in handen heeft. “Een volgende transactie met het voertuig na de export vanuit Nederland valt dan buiten de scope van de Nederlandse heffingsbevoegdheid”, meldt de dienst aan Automotive. Een – wellicht onbedoeld – bijeffect is dat het direct contant betalen en meenemen van een auto ook niet meer gaat, omdat hij eerst naar het buitenland gebracht moet zijn om bpm terug te kunnen vragen.

Vereenvoudigen

De aanscherping van de exportregelgeving betreft volgens branchevereniging Bovag een puur administratieve maatregel die geen doel dient, omdat na het afronden van een transactie direct nieuwe transacties plaats kunnen vinden. “Deze eis zorgt ervoor dat voertuigen eerst in bijvoorbeeld Duitsland te naam worden gesteld, al dan niet via een eigen nieuw Duits bedrijf, en vervolgens dáár door de Europese koper worden opgehaald. Met als gevolg extra administratieve handelingen, meer vervoersbewegingen en alle winsten en werkgelegenheid die naar Duitsland vloeien.” Wat Bovag betreft wordt het systeem nog verder vereenvoudigd en wordt er in het systeem meer rekening gehouden met B2B-export, daar waar het systeem nu meer geënt is op B2C-export.

Rechtszaken

Een tweede reden waarom er terughoudendheid is om te exporteren, is de angst voor btw-fraude en witwassen. De invallen bij vier bedrijven anderhalf jaar geleden en de veroordeling van de directie van het Hoogeveense bedrijf Klok&Smit (deze zaak loopt nu in hoger beroep) vorig jaar, hebben hun sporen in de branche nagelaten. Hoewel de zaken slecht vergelijkbaar zijn – bij het Hoogeveense bedrijf oordeelde de rechtbank dat er willens en wetens was gefraudeerd – kan ook onbewuste onbekwaamheid tot strenge sancties leiden. Wat het vooral complex maakt is dat de Belastingdienst niet wil vertellen aan welke voorwaarden een transactie moet voldoen om een goedkeuringsstempel te krijgen. De gedachte is dat de dienst daarmee criminelen een soort ‘checklist’ in handen geven.

Noot van de redactie: Na publicatie van dit artikel deed de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak in een btw-fraudezaak. Daarbij oordeelde het dat de Belastingdienst te zware eisen stelt aan de onderzoeksplicht die geldt voor exporterende autobedrijven. 

Wel lijken bedrijven die aantoonbaar goed beleid voeren onder horizontaal toezicht geplaatst te kunnen worden bij de Belastingdienst. Daarvoor moet het bedrijf zijn ‘due dilligence’ goed op orde hebben. Is dat het geval dan heeft het bedrijf grote zekerheid gevrijwaard te blijven van fraudezaken. De Belastingdienst zal dan steekproefsgewijs controleren of het bedrijf zich houdt aan de afspraken.

Continuïteit

Voor Michel Schaay, eigenaar van export-dienstverlener VDC, komt de aanscherping van de exporteisen niet als verrassing. Hij verwachtte de maatregel al sinds de aankondiging in 2018. In 2014 kocht hij, inspelend op veranderende wetgeving in Duitsland, het voormalige Grensland-terrein in Weeze. Het bedrijf richtte zijn processen zo in dat het voldoet aan een strikte interpretatie van de regelgeving. “Dat de Belastingdienst nu dan eindelijk zijn welwillendheid heeft verloren, komt omdat structureel het grijze gebied dat er is werd opgezocht. Als wet- en regelgeving strikt worden nageleefd, worden er geen vraagtekens gezet bij export. In mijn ogen is het van groot belang dat de regels en voorschriften strikt worden nageleefd. Dat zorgt voor continuïteit voor de branche, ook met betrekking tot het kunnen leveren tegen het btw-nultarief. Export is een belangrijk afzetkanaal geworden, dat we moeten koesteren want uiteindelijk zal Europa ons verzorgingsgebied worden”, aldus Schaay.

Naar Duitsland

Ook andere exportdienstverleners en groothandelaren hebben inmiddels een fysieke vestiging in Duitsland. Zo zijn groothandelaar Bleeker & De Jong en dienstverlener VDS Auto Export Services bezig om extra dienstverlening en logistieke activiteiten in Duitsland op te starten. “Wij zijn het met Bovag eens dat dit een onwenselijke maatregel is”, zegt commercieel directeur Fred Hoogewoning van VDS. “Maar het is wel reden voor ons om een terrein in Duitsland te betrekken en onze dienstverlening aan te passen op de gestelde eisen, die overigens nog niet altijd even helder zijn. Maar onze klanten willen simpelweg ontzorgd worden, dus dan gaan we dat doen.” Hoogewoning schat dat de kosten van een exporttransactie met 150 euro toenemen, een bedrag dat door enkele klanten te hoog bevonden wordt. “De markt moet even wennen aan de nieuwe situatie, maar ik denk niet dat het exportvolume er structureel door zal afnemen”, zegt Hoogewoning. Hij wordt er wel eens moedeloos van dat de Belastingdienst nauwelijks met de branche wil meedenken. “In onze ogen zou het toestaan van horizontaal toezicht al een enorme stap voorwaarts zijn. Wij hebben een plan ingediend om export dienstverleners die hun zaken op orde hebben te certificeren en daar vervolgens steekproefsgewijs controles uit te voeren. Dan heeft de branche duidelijkheid en het bespaart de Belastingdienst veel werk.”

Banken

De banken zijn het derde grote probleem. Fraudebestrijding en het tegengaan van witwassen zijn absolute speerpunten van het huidige kabinet. En de banken zijn daarbij een belangrijk instrument. Volgens de Wet Financieel Toezicht moeten banken, maar ook accountants en advocaten, als poortwachter ongebruikelijke transacties melden. Die rol nemen ze zeer serieus. Ter illustratie: bij de Rabobank hielden in 2019 1.600 medewerkers zich bezig met het controleren van onder meer exportdossiers (voor alle branches). Dat aantal is inmiddels meer dan verdubbeld. “Vanuit onze poortwachtersfunctie zien we toe op het voorkomen van misbruik van onze producten en diensten voor het witwassen van geld en terrorismefinanciering”, zegt woordvoerder Joris Hoff. Klanten moeten tegenwoordig gedetailleerd onderzoek kunnen aantonen naar de herkomst van ontvangen gelden, zowel chartaal als giraal.

Dat cashtransacties boven de drieduizend euro inmiddels verboden zijn, is volgens zowel banken als Bovag een stap in de goede richting. Van Bovag zouden cashbetalingen helemaal uitgebannen mogen worden, waarbij de banken dan zelf de herkomstcontrole op zich moeten nemen. En dat zullen ze niet snel doen: ze kunnen (privacywetgeving) en willen (een bedrijf kent zijn klant beter) het niet. Hoff ziet wel dat het terugdringen van het aantal contante betalingen in de meeste gevallen niet leidt tot omzetverlies.

Controles

Banken trekken wekelijks een enorm aantal exporttransacties na, ook waar het gaat om relatief kleine bedragen. Heeft een autobedrijf een barrel voor 800 euro verkocht aan een Roemeen en daarbij de verslaglegging niet heel serieus genomen, dan gaat de bank vragen stellen. De spelregels lijken daarbij veel op die de Belastingdienst hanteert bij btw-fraude. Alles draait om het onderzoek naar de klant. Autobedrijven zonder gedegen exportbeleid én een – in de ogen van de bank – verkeerde grondhouding kunnen meer vragen verwachten. Een bank zal de klantrelatie niet snel beëindigen, maar als een bedrijf bewust onbekwaam is of hier veel aanwijzingen voor zijn, kan de bank dit wel doen. Tegen Automotive zeggen meerdere bedrijven dat ze van de bank waarschuwingen gekregen hebben, maar dat die niet hebben geleid tot het beëindigen van de relatie. Volgens de banken worden er wel degelijk bankrekeningen opgezegd, maar aantallen noemen ze niet.

grafiekexportpersonenautos bronrdc2021Trots op Export

De aangescherpte regelgeving bij de Belastingdienst en het verscherpte transactietoezicht bij banken zorgen ervoor dat exporttransacties meer capaciteit (geld en onderzoeksuren) kosten. Voor grote bedrijven zijn die kosten wel op te brengen, maar kleinere bedrijven kiezen liever voor een alternatief, zoals veilingen. Uiteindelijk is export essentieel om in eigen land een goede balans tussen vraag en aanbod te creëren; denk alleen al aan de ex-leaseauto’s waarvoor in Nederland geen kopersmarkt is. Er is de branche dus veel aan gelegen om de export uit het verdomhoekje te halen. Er lopen momenteel twee losse initiatieven. Bovag gaat dit kwartaal een onderzoek presenteren en daarbij aanbevelingen doen aan leden over hoe zij het best de export kunnen aanpakken, waar bij onder meer aandacht is voor de opbouw van het exportdossier. Tegelijkertijd presenteert Bovag het rapport aan het Ministerie van Financiën en Justitie & Veiligheid en zal daarbij aanbevelingen doen voor verbeteringen en verduidelijking van regelgeving rond export.

Tegelijkertijd denkt een aantal belanghebbenden erover om een ‘Trots op Export’-campagne te lanceren. In een markt die steeds sneller internationaliseert wordt export – ook als de bpm ooit verdwijnt – alleen maar belangrijker. Nederland is een handelsland en loopt voorop als het gaat om digitalisering en het gebruik van data. De bedoeling is dat de branche ook uitstraalt dat het trots is op zijn export. Maar om de potentie optimaal te kunnen benutten moet er een werkbare set met regels en afspraken gecreëerd worden, die past bij de hoge mate van professionaliteit bij de bedrijven in de exportketen.

Gewoon doorgaan

Één van de initiatiefnemers van de deze week gelanceerde ‘Trots op Export’-campagne is Eurostocks. Via dit platform kunnen retailers hun voorraad adverteren op Mobile.de. Directeur Rolf Westgeest merkt dat de animo bij een deel van zijn klanten om te exporteren lager is. Toch ziet hij dat het grootste deel wel blijft adverteren. “Het is goed te begrijpen dat er bedrijven zijn die even de ontwikkelingen aankijken. Maar export is en blijft voor veel voertuigen de meest ideale oplossing. En bedrijven die dit netjes en veilig willen doen, kunnen dat gewoon doen.” Hij adviseert bedrijven gebruik te maken van een SEPA bankoverschrijving en Europese iDEAL-betaalmodules te gebruiken. “Bij zowel internationaal inkopen als verkopen is er altijd wat breder online onderzoek nodig dan enkel, blindelings, een kopie van het identificatiebewijs als bijlage toevoegen. Zorg daarom voor het opbouwen van een dossier van de koper. Een quickscan ‘know your customer’ en een transportdossier volstaat.”

Geplaatst in rubriek:
Bart Kuijpers
Bart Kuijpers

Bart Kuijpers (’80) werkt sinds 2008 bij Automotive. Hij is als redacteur verantwoordelijk voor de portefeuilles Merkkanaal en Occasions. Bart houdt van voetbal en van Radiohead. Hij rijdt sinds februari '23 een Tesla en is daar erg tevreden (relatief betaalbaar en fantastische software) mee, maar hij is verder geen fan van het merk.

Thema Remarketing | Branche worstelt met export | Automotive Online
Aanscherping regelgeving en controles zetten markt onder druk

Thema Remarketing | Branche worstelt met export

Bart Kuijpers Bart Kuijpers
• Laatste update:
Beeld: Shutterstock

In het coronajaar 2020 werden er ruim 270 duizend auto’s geëxporteerd, ongeveer tien procent minder dan in 2019. Die achterstand werd opgelopen tijdens de eerste grote lockdown. Het stilvallen van de export raakte een groot deel van de Nederlandse autobranche in het hart. Als de export stopt, dan nemen de voorraden toe, dalen de prijzen en maken autobedrijven pas op de plaats. Gelukkig werd de export na anderhalve maand hervat en bleek ook de vraag naar occasions overweldigend, waardoor de rust snel terugkeerde.Schrijf u nu in voor het Online Remarketing Event, dat op 18 maart plaatsvindt.

Op dit moment zijn de grenzen weliswaar open, maar desondanks is de animo om te exporteren bij veel bedrijven laag. In januari lag het aantal geëxporteerde auto’s twintig procent onder het niveau van vorig jaar. Een rondvraag in de markt leert dat de terughoudendheid niet zozeer coronagerelateerd is, maar meer te maken heeft met onzekerheid rond de rest-bpm regelgeving, hogere kosten, de kans op btw-fraude en de toenemende druk vanuit de banken.

Het terugdringen van het aantal contante betalingen leidt in de meeste gevallen niet tot omzetverlies

Joris Hoff, Rabobank

Op verzoek van Automotive maakte dienstverlener VWE een inschatting van het totale bedrag aan rest-bpm dat er vorig jaar kon worden teruggevraagd. VWE stelt dat er bij twee derde van het aantal exports sprake was van rest-bpm. Van die groep is 82 procent geëxporteerd naar een EU-lidstaat (of IJsland, Liechtenstein of Noorwegen). Dat betekent volgens VWE dat er voor ongeveer 145 duizend personenauto’s bpm-teruggave mogelijk was. Het gemiddelde bedrag aan rest-bpm op deze voertuigen bedroeg 1.140 euro. In totaal kon er dus rond de 166 miljoen euro aan bpm worden teruggevraagd. VWE merkt op dat het een schatting betreft waarbij geen rekening gehouden is met schadevoertuigen en andere uitzonderingssituaties.

Duitse inschrijving

Duidelijk is dat het om veel geld gaat. De Belastingdienst meldde eind vorig jaar vanaf 1 maart strenger te controleren of aan de eisen voor bpm-teruggaaf is voldaan. De auto moet naar hetzelfde land zijn getransporteerd als waar het ingeschreven is. Wordt de rest-bpm teruggevraagd op basis van een Belgische inschrijving, dan moet het voertuig naar België. Dat levert veel zorg op: tot nu toe werd bij export naar andere landen veelal een Duitse inschrijving aangevraagd, omdat de teruggaaf daarmee vaak direct geregeld is. Een bewijs van inschrijving in andere landen, zeker in Centraal- en Zuid-Europese landen, duurt veel langer. Deze wijziging verhoogt de kosten van een exporttransactie al snel met 100 tot 150 euro, stellen dienstverleners (zie kader). De Belastingdienst stelt dat dit het enige controle-instrument is dat ze in handen heeft. “Een volgende transactie met het voertuig na de export vanuit Nederland valt dan buiten de scope van de Nederlandse heffingsbevoegdheid”, meldt de dienst aan Automotive. Een – wellicht onbedoeld – bijeffect is dat het direct contant betalen en meenemen van een auto ook niet meer gaat, omdat hij eerst naar het buitenland gebracht moet zijn om bpm terug te kunnen vragen.

Vereenvoudigen

De aanscherping van de exportregelgeving betreft volgens branchevereniging Bovag een puur administratieve maatregel die geen doel dient, omdat na het afronden van een transactie direct nieuwe transacties plaats kunnen vinden. “Deze eis zorgt ervoor dat voertuigen eerst in bijvoorbeeld Duitsland te naam worden gesteld, al dan niet via een eigen nieuw Duits bedrijf, en vervolgens dáár door de Europese koper worden opgehaald. Met als gevolg extra administratieve handelingen, meer vervoersbewegingen en alle winsten en werkgelegenheid die naar Duitsland vloeien.” Wat Bovag betreft wordt het systeem nog verder vereenvoudigd en wordt er in het systeem meer rekening gehouden met B2B-export, daar waar het systeem nu meer geënt is op B2C-export.

Rechtszaken

Een tweede reden waarom er terughoudendheid is om te exporteren, is de angst voor btw-fraude en witwassen. De invallen bij vier bedrijven anderhalf jaar geleden en de veroordeling van de directie van het Hoogeveense bedrijf Klok&Smit (deze zaak loopt nu in hoger beroep) vorig jaar, hebben hun sporen in de branche nagelaten. Hoewel de zaken slecht vergelijkbaar zijn – bij het Hoogeveense bedrijf oordeelde de rechtbank dat er willens en wetens was gefraudeerd – kan ook onbewuste onbekwaamheid tot strenge sancties leiden. Wat het vooral complex maakt is dat de Belastingdienst niet wil vertellen aan welke voorwaarden een transactie moet voldoen om een goedkeuringsstempel te krijgen. De gedachte is dat de dienst daarmee criminelen een soort ‘checklist’ in handen geven.

Noot van de redactie: Na publicatie van dit artikel deed de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak in een btw-fraudezaak. Daarbij oordeelde het dat de Belastingdienst te zware eisen stelt aan de onderzoeksplicht die geldt voor exporterende autobedrijven. 

Wel lijken bedrijven die aantoonbaar goed beleid voeren onder horizontaal toezicht geplaatst te kunnen worden bij de Belastingdienst. Daarvoor moet het bedrijf zijn ‘due dilligence’ goed op orde hebben. Is dat het geval dan heeft het bedrijf grote zekerheid gevrijwaard te blijven van fraudezaken. De Belastingdienst zal dan steekproefsgewijs controleren of het bedrijf zich houdt aan de afspraken.

Continuïteit

Voor Michel Schaay, eigenaar van export-dienstverlener VDC, komt de aanscherping van de exporteisen niet als verrassing. Hij verwachtte de maatregel al sinds de aankondiging in 2018. In 2014 kocht hij, inspelend op veranderende wetgeving in Duitsland, het voormalige Grensland-terrein in Weeze. Het bedrijf richtte zijn processen zo in dat het voldoet aan een strikte interpretatie van de regelgeving. “Dat de Belastingdienst nu dan eindelijk zijn welwillendheid heeft verloren, komt omdat structureel het grijze gebied dat er is werd opgezocht. Als wet- en regelgeving strikt worden nageleefd, worden er geen vraagtekens gezet bij export. In mijn ogen is het van groot belang dat de regels en voorschriften strikt worden nageleefd. Dat zorgt voor continuïteit voor de branche, ook met betrekking tot het kunnen leveren tegen het btw-nultarief. Export is een belangrijk afzetkanaal geworden, dat we moeten koesteren want uiteindelijk zal Europa ons verzorgingsgebied worden”, aldus Schaay.

Naar Duitsland

Ook andere exportdienstverleners en groothandelaren hebben inmiddels een fysieke vestiging in Duitsland. Zo zijn groothandelaar Bleeker & De Jong en dienstverlener VDS Auto Export Services bezig om extra dienstverlening en logistieke activiteiten in Duitsland op te starten. “Wij zijn het met Bovag eens dat dit een onwenselijke maatregel is”, zegt commercieel directeur Fred Hoogewoning van VDS. “Maar het is wel reden voor ons om een terrein in Duitsland te betrekken en onze dienstverlening aan te passen op de gestelde eisen, die overigens nog niet altijd even helder zijn. Maar onze klanten willen simpelweg ontzorgd worden, dus dan gaan we dat doen.” Hoogewoning schat dat de kosten van een exporttransactie met 150 euro toenemen, een bedrag dat door enkele klanten te hoog bevonden wordt. “De markt moet even wennen aan de nieuwe situatie, maar ik denk niet dat het exportvolume er structureel door zal afnemen”, zegt Hoogewoning. Hij wordt er wel eens moedeloos van dat de Belastingdienst nauwelijks met de branche wil meedenken. “In onze ogen zou het toestaan van horizontaal toezicht al een enorme stap voorwaarts zijn. Wij hebben een plan ingediend om export dienstverleners die hun zaken op orde hebben te certificeren en daar vervolgens steekproefsgewijs controles uit te voeren. Dan heeft de branche duidelijkheid en het bespaart de Belastingdienst veel werk.”

Banken

De banken zijn het derde grote probleem. Fraudebestrijding en het tegengaan van witwassen zijn absolute speerpunten van het huidige kabinet. En de banken zijn daarbij een belangrijk instrument. Volgens de Wet Financieel Toezicht moeten banken, maar ook accountants en advocaten, als poortwachter ongebruikelijke transacties melden. Die rol nemen ze zeer serieus. Ter illustratie: bij de Rabobank hielden in 2019 1.600 medewerkers zich bezig met het controleren van onder meer exportdossiers (voor alle branches). Dat aantal is inmiddels meer dan verdubbeld. “Vanuit onze poortwachtersfunctie zien we toe op het voorkomen van misbruik van onze producten en diensten voor het witwassen van geld en terrorismefinanciering”, zegt woordvoerder Joris Hoff. Klanten moeten tegenwoordig gedetailleerd onderzoek kunnen aantonen naar de herkomst van ontvangen gelden, zowel chartaal als giraal.

Dat cashtransacties boven de drieduizend euro inmiddels verboden zijn, is volgens zowel banken als Bovag een stap in de goede richting. Van Bovag zouden cashbetalingen helemaal uitgebannen mogen worden, waarbij de banken dan zelf de herkomstcontrole op zich moeten nemen. En dat zullen ze niet snel doen: ze kunnen (privacywetgeving) en willen (een bedrijf kent zijn klant beter) het niet. Hoff ziet wel dat het terugdringen van het aantal contante betalingen in de meeste gevallen niet leidt tot omzetverlies.

Controles

Banken trekken wekelijks een enorm aantal exporttransacties na, ook waar het gaat om relatief kleine bedragen. Heeft een autobedrijf een barrel voor 800 euro verkocht aan een Roemeen en daarbij de verslaglegging niet heel serieus genomen, dan gaat de bank vragen stellen. De spelregels lijken daarbij veel op die de Belastingdienst hanteert bij btw-fraude. Alles draait om het onderzoek naar de klant. Autobedrijven zonder gedegen exportbeleid én een – in de ogen van de bank – verkeerde grondhouding kunnen meer vragen verwachten. Een bank zal de klantrelatie niet snel beëindigen, maar als een bedrijf bewust onbekwaam is of hier veel aanwijzingen voor zijn, kan de bank dit wel doen. Tegen Automotive zeggen meerdere bedrijven dat ze van de bank waarschuwingen gekregen hebben, maar dat die niet hebben geleid tot het beëindigen van de relatie. Volgens de banken worden er wel degelijk bankrekeningen opgezegd, maar aantallen noemen ze niet.

grafiekexportpersonenautos bronrdc2021Trots op Export

De aangescherpte regelgeving bij de Belastingdienst en het verscherpte transactietoezicht bij banken zorgen ervoor dat exporttransacties meer capaciteit (geld en onderzoeksuren) kosten. Voor grote bedrijven zijn die kosten wel op te brengen, maar kleinere bedrijven kiezen liever voor een alternatief, zoals veilingen. Uiteindelijk is export essentieel om in eigen land een goede balans tussen vraag en aanbod te creëren; denk alleen al aan de ex-leaseauto’s waarvoor in Nederland geen kopersmarkt is. Er is de branche dus veel aan gelegen om de export uit het verdomhoekje te halen. Er lopen momenteel twee losse initiatieven. Bovag gaat dit kwartaal een onderzoek presenteren en daarbij aanbevelingen doen aan leden over hoe zij het best de export kunnen aanpakken, waar bij onder meer aandacht is voor de opbouw van het exportdossier. Tegelijkertijd presenteert Bovag het rapport aan het Ministerie van Financiën en Justitie & Veiligheid en zal daarbij aanbevelingen doen voor verbeteringen en verduidelijking van regelgeving rond export.

Tegelijkertijd denkt een aantal belanghebbenden erover om een ‘Trots op Export’-campagne te lanceren. In een markt die steeds sneller internationaliseert wordt export – ook als de bpm ooit verdwijnt – alleen maar belangrijker. Nederland is een handelsland en loopt voorop als het gaat om digitalisering en het gebruik van data. De bedoeling is dat de branche ook uitstraalt dat het trots is op zijn export. Maar om de potentie optimaal te kunnen benutten moet er een werkbare set met regels en afspraken gecreëerd worden, die past bij de hoge mate van professionaliteit bij de bedrijven in de exportketen.

Gewoon doorgaan

Één van de initiatiefnemers van de deze week gelanceerde ‘Trots op Export’-campagne is Eurostocks. Via dit platform kunnen retailers hun voorraad adverteren op Mobile.de. Directeur Rolf Westgeest merkt dat de animo bij een deel van zijn klanten om te exporteren lager is. Toch ziet hij dat het grootste deel wel blijft adverteren. “Het is goed te begrijpen dat er bedrijven zijn die even de ontwikkelingen aankijken. Maar export is en blijft voor veel voertuigen de meest ideale oplossing. En bedrijven die dit netjes en veilig willen doen, kunnen dat gewoon doen.” Hij adviseert bedrijven gebruik te maken van een SEPA bankoverschrijving en Europese iDEAL-betaalmodules te gebruiken. “Bij zowel internationaal inkopen als verkopen is er altijd wat breder online onderzoek nodig dan enkel, blindelings, een kopie van het identificatiebewijs als bijlage toevoegen. Zorg daarom voor het opbouwen van een dossier van de koper. Een quickscan ‘know your customer’ en een transportdossier volstaat.”

Geplaatst in rubriek:
Bart Kuijpers
Bart Kuijpers

Bart Kuijpers (’80) werkt sinds 2008 bij Automotive. Hij is als redacteur verantwoordelijk voor de portefeuilles Merkkanaal en Occasions. Bart houdt van voetbal en van Radiohead. Hij rijdt sinds februari '23 een Tesla en is daar erg tevreden (relatief betaalbaar en fantastische software) mee, maar hij is verder geen fan van het merk.