Alleen grote spelers hebben toekomst op private lease-markt

Dossier Finance & Insurance | Het broze succes van privélease

Redactie Redactie
• Laatste update:

Tekst: Jasper van de Kerkhof

Jarenlang kwam private lease maar niet van de grond, maar nu is de groei nauwelijks bij te benen. Vooral door spraakmakende promotieacties van leasebedrijven met branchevreemde retailers als Media Markt en Albert Heijn hebben de bekendheid van private lease en de acceptatie door de consument een impuls gekregen. De cijfers liegen er niet om; sinds 2014 is de markt voor private lease elk jaar ­vrijwel verdubbeld, stelt brancheorganisatie VNA. In 2016 groeide het aantal contracten al met bijna 80 procent tot naar schatting 64 duizend contracten, meldt brancheorganisatie VNA. Vooral kleine, goedkoper auto’s met lage maandbedragen zijn populair. Daarnaast is de prijs van nieuwe auto’s harder gestegen dan de leaseprijzen, mede dankzij de felle concurrentie op private lease. Maar blijft die prijs wel zo laag?

Lage rente

Een belangrijke variabele bij de prijsstelling is de rente. Die is al lange tijd ongekend laag en dat drukt de tarieven voor private lease. Daarmee dringt de vraag op of een stijging van de rente tot een implosie van de markt kan leiden. Nu het economische tij is gekeerd, is de verwachting dat de rente geleidelijk weer wat kan ­stijgen. Twee factoren remmen het effect van een ­stijgende rente op de vraag naar private lease. In de eerste plaats bestaat de markt voor het overgrote deel uit A-klasse auto’s, waarvan het tarief vanwege de lage aanschafprijs slechts beperkt wordt bepaald door de financieringskosten. Daar komt bij dat een hogere rente ook de aanschaf van een auto op krediet duurder maakt. Bij stijgende rentes ligt het voor de hand dat de stijgende financieringskosten in nieuwe leasecontracten ­volledig worden doorberekend aan de consument, stelt Marco Vlaar, directeur Stern Mobility Solutions. “Maar dat betekent nog niet dat een hogere rente de propositie voor private lease onderuit haalt.” Vlaar rekent voor dat een geleidelijke rentestijging slechts tot een beperkte verhoging van de private lease tarieven leidt. Een instapmodel VW Polo Easyline met een aanschafprijs van circa 15 duizend euro en een leasetarief van 389 euro per maand zou 8 euro per maand duurder ­worden als de rente met een procentpunt stijgt.

Hoge kortingen

Ook de hoge kortingen die leasemaatschappijen kunnen bedingen en die die kunnen oplopen tot circa veertig procent van de nieuwprijs, dragen bij aan de lage kostprijs. “Maar alleen als het om specifieke auto’s gaat die de consument niet volledig naar eigen wensen kan samenstellen”, verduidelijkt Niels Demesmaeker, manager Marketing & Business Development bij Alphabet Nederland. Zolang er sprake is van structurele overproductie zal er voor de grotere leasemaatschappijen ruimte zijn om stevig te onderhandelen. Wel ligt het voor de hand dat de extreme kortingen zoals die nu worden bedongen op termijn afvlakken, denkt Marco Vlaar van Stern Mobility Solutions. “De keten kampt met enorme margeverschraling en kan daar niet eindeloos mee doorgaan.” Overigens zal dat voor leaseauto’s met een lange contractduur niet direct tot een tariefsprong leiden; Vlaar rekent voor dat het leasetarief voor een A-klasse auto met 15 euro per maand stijgt bij halvering van de korting van bijvoorbeeld 16 naar 8 procent.

Optimale restwaarde

De verwachte afschrijving bepaalt voor circa de helft het leasetarief dat de consument betaalt. De afgelopen jaren zijn de restwaarden structureel hoger dan verwacht. Wel is de eenzijdige samenstelling van de private leasevloot een potentiële achilleshiel. Volgens brancheorganisatie VNA zijn de drie populairste modellen – Fiat 500, Peugeot 108 en Volkswagen Up! – goed voor bijna een kwart van alle private leasecontracten. De top-10 bestaat – op de VW Golf na – volledig uit auto’s uit de mini- en compacte-klasse. De geringe ­variatie van de auto’s die uit de lease gaan, kan een dempend effect hebben op de verkoop­prijzen. Daar staat tegenover dat het om goedkope, kleine auto’s gaat waarvoor altijd wel kopers te vinden zijn. Ook toen de modellen met 14 procent bijtelling uit de zakelijke lease kwamen werd gevreesd voor fors lagere prijzen, maar dat viel mee. Veel van die auto’s vonden hun weg in de export. Een andere strategie is om leaseauto’s gefaseerd te laten uitstromen om te voorkomen dat de markt overspoeld raakt.

Automatiseren

Private lease richt zich primair op het goedkope ­marktsegment, al constateert de VNA een geleidelijke ­verschuiving naar iets duurdere auto’s met een wat hoger kilometrage. En door de elektrificering en opkomst van autonoom rijden worden auto’s duurder, misschien wel te duur voor ­consumenten. Private lease is dan ook here to stay denken de betrokkenen, ook als de rente zou stijgen of de remarketingopbrengsten afnemen. De grote leasemaatschappijen zijn goed gepositioneerd om te profiteren van de opkomst van private lease. Zij hebben de financiële armslag om te investeren in online dienstverlening, marketing en processen en daarnaast de inkoopmacht om hoge kortingen te bedingen. Kostenreductie is de crux voor het opzetten van een rendabele private leasepropositie. Vooralsnog richten de leasebedrijven zich daarbij nog vooral op het bedingen van hoge kortingen bij aankoop en het optimaliseren van de remarketingop­brengsten. Maar er is ook ruimte om de overhead verder terug te dringen, zegt Niels Demesmaeker van Alphabet Nederland. “Veel is nog niet volledig geautomatiseerd, zoals de credit check. We kunnen nog veel verder automatiseren en daarmee de marges verhogen.” Voor leasebedrijven die onderdeel zijn van een grote dealerholding geldt dat zij dankzij onderhoud, reparatie, en occasionverkoop marge binnen de groep kunnen houden [zie kader Verdienmodel dealer]. Maar vooral voor de kleinere dealerholdings met private leaseactiviteiten ziet de toekomst er minder hoopvol uit. Dealers zullen minder auto’s verkopen doordat steeds meer consumenten kiezen voor ­private lease. Tegelijkertijd hebben zij niet de financiële slagkracht en buying power om op lange termijn succesvol in deze vechtmarkt te kunnen opereren.

Verdienmodel dealer

In de huidige competitieve private leasemarkt staat eigenlijk alles op het minimum, zegt Marco Vlaar, directeur van Stern Mobility Services. “Voor de meeste consumenten mag het niet te veel kosten, dus gaat het in de regel om goedkope modellen, eenvoudige uitvoeringen en weinig accessoires. Dan zijn de marges laag. Op termijn is dat wellicht niet voor elke aanbieder vol te houden.” Dat roept de vraag op wat dan de aantrekkingskracht van de propositie is voor leasebedrijven, vooral diegene die onderdeel uitmaken van een dealerholding. Gaat het succes van het ‘goedkope’ private lease niet ten koste van dealeractiviteiten? Belangrijk is dat dealerholdings met private lease greep houden op onderhoud en schade en de verkoop van occasions die uit de lease komen. “Private lease is een geïntegreerd product”, zegt Marco Vlaar. “Wil je private lease concurrerend aanbieden, dan moet je margestapeling – het verschijnsel dat op elk onderdeel van het product de gebruikelijke winstmarge wordt toegepast – voorkomen. De spin-off bij de dealergroep compenseert voor de lagere marges op private lease en maken het verdienmodel voor Stern toch solide.”

Geplaatst in rubriek:
Redactie
Redactie

De redactie van Automotive is dagelijks op zoek naar het laatste nieuws uit de autobranche. Heeft u een tip voor ons? Stuur dan een mail naar redactie@automotive-online.nl, of bel 010 - 280 1000.

Dossier Finance & Insurance | Het broze succes van privélease | Automotive Online
Alleen grote spelers hebben toekomst op private lease-markt

Dossier Finance & Insurance | Het broze succes van privélease

Redactie Redactie
• Laatste update:

Tekst: Jasper van de Kerkhof

Jarenlang kwam private lease maar niet van de grond, maar nu is de groei nauwelijks bij te benen. Vooral door spraakmakende promotieacties van leasebedrijven met branchevreemde retailers als Media Markt en Albert Heijn hebben de bekendheid van private lease en de acceptatie door de consument een impuls gekregen. De cijfers liegen er niet om; sinds 2014 is de markt voor private lease elk jaar ­vrijwel verdubbeld, stelt brancheorganisatie VNA. In 2016 groeide het aantal contracten al met bijna 80 procent tot naar schatting 64 duizend contracten, meldt brancheorganisatie VNA. Vooral kleine, goedkoper auto’s met lage maandbedragen zijn populair. Daarnaast is de prijs van nieuwe auto’s harder gestegen dan de leaseprijzen, mede dankzij de felle concurrentie op private lease. Maar blijft die prijs wel zo laag?

Lage rente

Een belangrijke variabele bij de prijsstelling is de rente. Die is al lange tijd ongekend laag en dat drukt de tarieven voor private lease. Daarmee dringt de vraag op of een stijging van de rente tot een implosie van de markt kan leiden. Nu het economische tij is gekeerd, is de verwachting dat de rente geleidelijk weer wat kan ­stijgen. Twee factoren remmen het effect van een ­stijgende rente op de vraag naar private lease. In de eerste plaats bestaat de markt voor het overgrote deel uit A-klasse auto’s, waarvan het tarief vanwege de lage aanschafprijs slechts beperkt wordt bepaald door de financieringskosten. Daar komt bij dat een hogere rente ook de aanschaf van een auto op krediet duurder maakt. Bij stijgende rentes ligt het voor de hand dat de stijgende financieringskosten in nieuwe leasecontracten ­volledig worden doorberekend aan de consument, stelt Marco Vlaar, directeur Stern Mobility Solutions. “Maar dat betekent nog niet dat een hogere rente de propositie voor private lease onderuit haalt.” Vlaar rekent voor dat een geleidelijke rentestijging slechts tot een beperkte verhoging van de private lease tarieven leidt. Een instapmodel VW Polo Easyline met een aanschafprijs van circa 15 duizend euro en een leasetarief van 389 euro per maand zou 8 euro per maand duurder ­worden als de rente met een procentpunt stijgt.

Hoge kortingen

Ook de hoge kortingen die leasemaatschappijen kunnen bedingen en die die kunnen oplopen tot circa veertig procent van de nieuwprijs, dragen bij aan de lage kostprijs. “Maar alleen als het om specifieke auto’s gaat die de consument niet volledig naar eigen wensen kan samenstellen”, verduidelijkt Niels Demesmaeker, manager Marketing & Business Development bij Alphabet Nederland. Zolang er sprake is van structurele overproductie zal er voor de grotere leasemaatschappijen ruimte zijn om stevig te onderhandelen. Wel ligt het voor de hand dat de extreme kortingen zoals die nu worden bedongen op termijn afvlakken, denkt Marco Vlaar van Stern Mobility Solutions. “De keten kampt met enorme margeverschraling en kan daar niet eindeloos mee doorgaan.” Overigens zal dat voor leaseauto’s met een lange contractduur niet direct tot een tariefsprong leiden; Vlaar rekent voor dat het leasetarief voor een A-klasse auto met 15 euro per maand stijgt bij halvering van de korting van bijvoorbeeld 16 naar 8 procent.

Optimale restwaarde

De verwachte afschrijving bepaalt voor circa de helft het leasetarief dat de consument betaalt. De afgelopen jaren zijn de restwaarden structureel hoger dan verwacht. Wel is de eenzijdige samenstelling van de private leasevloot een potentiële achilleshiel. Volgens brancheorganisatie VNA zijn de drie populairste modellen – Fiat 500, Peugeot 108 en Volkswagen Up! – goed voor bijna een kwart van alle private leasecontracten. De top-10 bestaat – op de VW Golf na – volledig uit auto’s uit de mini- en compacte-klasse. De geringe ­variatie van de auto’s die uit de lease gaan, kan een dempend effect hebben op de verkoop­prijzen. Daar staat tegenover dat het om goedkope, kleine auto’s gaat waarvoor altijd wel kopers te vinden zijn. Ook toen de modellen met 14 procent bijtelling uit de zakelijke lease kwamen werd gevreesd voor fors lagere prijzen, maar dat viel mee. Veel van die auto’s vonden hun weg in de export. Een andere strategie is om leaseauto’s gefaseerd te laten uitstromen om te voorkomen dat de markt overspoeld raakt.

Automatiseren

Private lease richt zich primair op het goedkope ­marktsegment, al constateert de VNA een geleidelijke ­verschuiving naar iets duurdere auto’s met een wat hoger kilometrage. En door de elektrificering en opkomst van autonoom rijden worden auto’s duurder, misschien wel te duur voor ­consumenten. Private lease is dan ook here to stay denken de betrokkenen, ook als de rente zou stijgen of de remarketingopbrengsten afnemen. De grote leasemaatschappijen zijn goed gepositioneerd om te profiteren van de opkomst van private lease. Zij hebben de financiële armslag om te investeren in online dienstverlening, marketing en processen en daarnaast de inkoopmacht om hoge kortingen te bedingen. Kostenreductie is de crux voor het opzetten van een rendabele private leasepropositie. Vooralsnog richten de leasebedrijven zich daarbij nog vooral op het bedingen van hoge kortingen bij aankoop en het optimaliseren van de remarketingop­brengsten. Maar er is ook ruimte om de overhead verder terug te dringen, zegt Niels Demesmaeker van Alphabet Nederland. “Veel is nog niet volledig geautomatiseerd, zoals de credit check. We kunnen nog veel verder automatiseren en daarmee de marges verhogen.” Voor leasebedrijven die onderdeel zijn van een grote dealerholding geldt dat zij dankzij onderhoud, reparatie, en occasionverkoop marge binnen de groep kunnen houden [zie kader Verdienmodel dealer]. Maar vooral voor de kleinere dealerholdings met private leaseactiviteiten ziet de toekomst er minder hoopvol uit. Dealers zullen minder auto’s verkopen doordat steeds meer consumenten kiezen voor ­private lease. Tegelijkertijd hebben zij niet de financiële slagkracht en buying power om op lange termijn succesvol in deze vechtmarkt te kunnen opereren.

Verdienmodel dealer

In de huidige competitieve private leasemarkt staat eigenlijk alles op het minimum, zegt Marco Vlaar, directeur van Stern Mobility Services. “Voor de meeste consumenten mag het niet te veel kosten, dus gaat het in de regel om goedkope modellen, eenvoudige uitvoeringen en weinig accessoires. Dan zijn de marges laag. Op termijn is dat wellicht niet voor elke aanbieder vol te houden.” Dat roept de vraag op wat dan de aantrekkingskracht van de propositie is voor leasebedrijven, vooral diegene die onderdeel uitmaken van een dealerholding. Gaat het succes van het ‘goedkope’ private lease niet ten koste van dealeractiviteiten? Belangrijk is dat dealerholdings met private lease greep houden op onderhoud en schade en de verkoop van occasions die uit de lease komen. “Private lease is een geïntegreerd product”, zegt Marco Vlaar. “Wil je private lease concurrerend aanbieden, dan moet je margestapeling – het verschijnsel dat op elk onderdeel van het product de gebruikelijke winstmarge wordt toegepast – voorkomen. De spin-off bij de dealergroep compenseert voor de lagere marges op private lease en maken het verdienmodel voor Stern toch solide.”

Geplaatst in rubriek:
Redactie
Redactie

De redactie van Automotive is dagelijks op zoek naar het laatste nieuws uit de autobranche. Heeft u een tip voor ons? Stuur dan een mail naar redactie@automotive-online.nl, of bel 010 - 280 1000.