Van het optimisme dat de branche eind 2013 kenmerkte, is nu weinig meer over. In plaats van te herstellen, daalde de nieuwverkoop alleen maar verder. Toch valt het mee met het pessimisme. De meeste importeurs en dealers baseren hun businessmodel al lang op 400 duizend verkopen in plaats van het langjarige gemiddelde van 500 duizend. En dan valt de schade gemiddeld genomen wel mee. Voor de Forden Fiat-dealers was (en wordt) het uitzitten. Volvo-, Mitsubishi- en Peugeot- dealers hadden veel minder reden tot klagen. Komend jaar wordt het allemaal iets beter. De algemene verkoopprognoses gaan allemaal uit van groei, mede door het goede verkoopjaar 2011. De vervangingsvraag ligt komend jaar dus iets hoger. En door de forse aanscherping van de bijtelling vindt er in het vierde kwartaal een uitverkoop plaats van alles wat vanaf 2016 fors omhoog gaat in de bijtelling. De 2015-piek zorgt daarmee direct voor een zwakke start van 2016. Het businessmodel kent veel meer onzekerheid dan enkele jaren geleden. Volgens Leen de Koning, dga van Amega, gold tot een paar jaar gelden de 80-20 regel: 80 procent van de omzet kwam uit vaste klanten. Het marktaandeel schommelde nauwelijks. Die overige 20 procent bepaalden het resultaat. Scoorde een bedrijf daar 25 procent beter op, dan was het totale resultaat 105 procent (80+(20+5)). Nu is de regel omgekeerd. Nog maar 20 procent staat vast. Dat betekent dat 80 procent variabel is. Scoor je dan 25 procent beter, dan is het totale resultaat 120 procent (20+(80+20)). Maar is het variabele deel 25 procent lager, dan ga je wel gelijk fors de min in en kom je op 80 procent uit (20+(80-20)). Kortom, er zijn veel meer grote uitschieters, naar boven en naar beneden. Het maakt het ‘spelletje’ nog interessanter, aldus De Koning. Mocht de markt ver boven de 400 duizend uitkomen, dan is dat alleen maar meegenomen. En blijven we in 2015 wellicht verschoond van grote faillissementen. Vooralsnog durft daar echter nog niemand op te gokken.

Van het optimisme dat de branche eind 2013 kenmerkte, is nu weinig meer over. In plaats van te herstellen, daalde de nieuwverkoop alleen maar verder. Toch valt het mee met het pessimisme. De meeste importeurs en dealers baseren hun businessmodel al lang op 400 duizend verkopen in plaats van het langjarige gemiddelde van 500 duizend. En dan valt de schade gemiddeld genomen wel mee. Voor de Forden Fiat-dealers was (en wordt) het uitzitten. Volvo-, Mitsubishi- en Peugeot- dealers hadden veel minder reden tot klagen. Komend jaar wordt het allemaal iets beter. De algemene verkoopprognoses gaan allemaal uit van groei, mede door het goede verkoopjaar 2011. De vervangingsvraag ligt komend jaar dus iets hoger. En door de forse aanscherping van de bijtelling vindt er in het vierde kwartaal een uitverkoop plaats van alles wat vanaf 2016 fors omhoog gaat in de bijtelling. De 2015-piek zorgt daarmee direct voor een zwakke start van 2016. Het businessmodel kent veel meer onzekerheid dan enkele jaren geleden. Volgens Leen de Koning, dga van Amega, gold tot een paar jaar gelden de 80-20 regel: 80 procent van de omzet kwam uit vaste klanten. Het marktaandeel schommelde nauwelijks. Die overige 20 procent bepaalden het resultaat. Scoorde een bedrijf daar 25 procent beter op, dan was het totale resultaat 105 procent (80+(20+5)). Nu is de regel omgekeerd. Nog maar 20 procent staat vast. Dat betekent dat 80 procent variabel is. Scoor je dan 25 procent beter, dan is het totale resultaat 120 procent (20+(80+20)). Maar is het variabele deel 25 procent lager, dan ga je wel gelijk fors de min in en kom je op 80 procent uit (20+(80-20)). Kortom, er zijn veel meer grote uitschieters, naar boven en naar beneden. Het maakt het ‘spelletje’ nog interessanter, aldus De Koning. Mocht de markt ver boven de 400 duizend uitkomen, dan is dat alleen maar meegenomen. En blijven we in 2015 wellicht verschoond van grote faillissementen. Vooralsnog durft daar echter nog niemand op te gokken.