Van 50 dagen naar 24 uur

De naam Johan Hakkenberg is wellicht minder bekend in de autobranche dan op grond van zijn positie verwacht mag worden. Negentien jaar stond hij aan het roer van de Rijksdienst Wegverkeer (RDW) en bepaalde hij mede het reilen en zeilen in de branche. De apk, de kentekencard, het terugroepregister en andere zaken werden gemoderniseerd, terwijl in overleg met de branche ook de regie over kilometerstanden bij de RDW kwam te liggen. “Ik ben niet iemand die op de winkel past, ik probeer zo veel mogelijk te innoveren. Bij mijn aantreden in 1995 stond de klant nog niet bepaald centraal, nu is hij leidend. En dat moet ook. Als je nagaat dat de overschrijving bij parallelimport in 1995 nog 50 dagen duurde en nu 24 uur, dan zie je dat er veel te winnen was.”
Hoe kijkt u terug op de afgelopen 19 jaar?
“Het waren mooie jaren waarin we veel hebben bereikt. En zonder dat dit tot een kostenstijging heeft geleid. Onze tarieven zijn zo'n 25 procent achtergebleven bij de inflatie. Dat was mede mogelijk omdat we veel slagen konden maken met ict en automatisering. Veel van onze diensten zijn nu online te regelen.”
Bent u tevreden over de samenwerking met de branche?
“Bij mijn aantreden waren er veel klachten over onze dienstverlening en werkwijze. Ik heb veel lange vergaderingen gehad in het zogeheten gebruikersoverleg, waar de branche in vertegenwoordigd is. Nu is er eigenlijk nog maar minimaal overleg, een teken dat de verstandhouding en samenwerking in orde is. Daarnaast hebben we gezamenlijk een aantal mooie projecten gedraaid.”
Problemen met de providers
Hakkenberg had zelf voornamelijk contact met de brancheorganisaties. Hij heeft derhalve weinig autobedrijven van binnen gezien; de belangrijkste reden van zijn relatieve onbekendheid. Toch is er één categorie waar ze hem liever zien gaan dan komen. De afgelopen jaren hebben de dataproviders veelvuldig geklaagd over oneerlijke concurrentie van de RDW, dat onder meer het kentekenregister gratis toegankelijk maakte en daarmee op de stoel van de providers ging zitten.
Een aantal dataproviders zal geen traan laten om uw vertrek. Zij verwijten u onder meer dat het RDW nieuwkomers een oneerlijke concurrentievoorsprong heeft gegeven.
“Voor mijn gevoel is de relatie de laatste tijd toch verbeterd. Ik blijf erbij dat ze ons niet kwalijk kunnen nemen dat we onze data zo goed mogelijk proberen te ontsluiten. Dat is bovendien onze opdracht vanuit het ministerie, wij voeren puur politieke besluiten uit. Dit jaar heeft de ACM (voorheen NMA, red) ons in het gelijk gesteld inzake het vrijgeven van het OVI-bestand (waarbij zowel particulieren als autobedrijven toegang hebben tot delen van het kentekenregister, red).”
Dat nieuwkomers een voordeel hebben klopt. Dat is een gevolg van marktwerking, je ziet dat op allerlei markten. Kijk maar naar webwinkels, die kunnen ook alles goedkoper aanbieden dan de detailhandel. Wij zien dat er heel nuttige apps zijn ontwikkeld door deze nieuwkomers, waarmee onder meer pomphouders direct kunnen checken of een auto gestolen is.”
APK
Over de samenwerking met NAP, dat de kilometerstandendatabase overdroeg aan de RDW, maar ook met de exportproviders was de samenwerking over het algemeen goed. Al klagen de exportproviders wel over steeds hogere exportleges. “Die tarieven worden niet door ons vastgesteld. Overigens is er Europese druk om de handel tussen landen verder te versoepelen. Daarvoor moeten alle nationale RDW's beter gaan samenwerken. Een richtlijn daarover is in de maak. Als die er komt, wordt exporteren een stuk gemakkelijker en worden ook bij export papieren wellicht overbodig.”
‘Niet altijd op één lijn’
Bertho Eckhardt, bondsvoorzitter van Bovag, noemt Hakkenberg een prettige vent. “Johan is een constructieve man die met visie leiding geeft. Hoewel er best wel eens meningsverschillen waren, is de samenwerking met de branche altijd goed geweest.” Eckhardt vindt wel dat de data-discussie aandacht verdient. “Als autobedrijf lever je veel aan bij RDW, maar vervolgens moet je die data terugkopen. En welke data zijn publiek en welke privaat? Daar denken wij soms anders over.” Het was dataprovider A2SP die de datazaak aanhangig maakte bij de ACM. En verloor. Hoe kijkt A2SP-directeur Erik Jacobs terug op de samenwerking? “Als het gaat om strategie en uitvoering van verschillende taken door RDW en providers zaten wij niet altijd op één lijn. We hebben best wel strijd geleverd om onze belangen en die van onze klanten zo goed mogelijk te behartigen. In de discussies en gesprekken heb ik Johan Hakkenberg leren kennen als een oprechte man met een brede visie. ”
De apk is een belangrijke activiteit voor de RDW. Maar vindt u zelf de apk nuttig?
“Zeker. Het terugbrengen van de frequentie begreep ik, maar als wij zien hoeveel afkeurpunten wij nog tegenkomen bij de steekproef, dan maak ik me daar wel zorgen over. Er is al 7 a 8 procent afkeur. Ik schat in dat zeker zo'n 20 tot 25 procent van de voertuigen bij de apk noodzakelijke reparaties moet ondergaan. Ik vind ook als burger de apk dus zeker geen onzin of geldklopperij door de autobranche.”
Het RDW weigert om data vrij te geven met betrekking tot de steekproeven. Wij hebben een WOB-verzoek in moeten dienen om te weten te komen welke bedrijven hun keurlicentie verloren. Vanwaar die geheimzinnigheid?
“In overleg met de branche hebben we al lang geleden besloten dat niet te doen. Maar ik vind jullie verzoek niet onterecht. Tegenwoordig wordt er van alles lijstjes bijgehouden.”
Tot slot. Wij hebben als journalisten vaak mensen uit de branche gesproken die dreigden de RDW voor de rechter te slepen omdat ze het met iets oneens waren. Dat gebeurde vervolgens zelden. Was er angst voor de RDW?
“Ik denk niet dat er angst was. Maar ik merk wel dat er ontzag is voor de RDW. We zijn een autoriteit en dat stralen we ook uit. Maar uiteindelijk vind ik dat wij binnen een redelijke organisatie zijn. Ik ben volgens mij heel gewoon gebleven in mijn RDW-jaren.”
En nu Innovam?
“Ja ik word daar voorzitter van Raad van Commissarissen (hij volgt later dit jaar Michaël Kortbeek op, wiens termijn afloopt, red). Ik heb meerdere aanbiedingen gehad en dat is vooralsnog de eerste waar ik op in ben gegaan. Het lijkt mij een mooie uitdaging. En wie een beetje actief blijft, blijft ook een beetje jong.”
CV
Johan Hakkenberg studeerde van ’72 tot ’78 economie aan de VU in Amsterdam. Daarna werkte hij negen jaar bij het ministerie van Economische Zaken, waarna hij overstapte naar V&W. Tussen ’89 en ’95 was hij financieel directeur bij dit ministerie. In 1995 stapte hij over naar de RDW. Ab van Ravestein volgt Hakkenberg op.