In auto’s gemeten een plus van 1.034 voertuigen; 69.917 ten opzichte van 68.883. Toch maakt één zwaluw nog geen zomer. Het huidige januaricijfer is immers niet bepaald een vliegende start. In feite past deze startnotering in het patroon van de afgelopen tien jaren. Vanaf 1994 werden er in januari nooit veel meer of minder dan 70.000 auto’s op naam gezet. Alleen 1999 (92.000) en 2000 (89.000) waren uitzonderingen. Het kan dus nog alle kanten uit.

Aansluiting
Het altijd wat onzichtbare Ford neemt in januari de leiding. Met een marktaandeelcijfer van 11,36% en 7.946 registraties blijft Ford de ‘eeuwige tweede’ – Peugeot – bijna duizend auto’s voor. Opel, dat toch wel erg verknocht is aan zijn status van marktleider, moet nochtans in januari genoegen nemen met een zesde plek (marktaandeel 6,58%). Toyota verrast vriend en vijand met een uitstekende start (7,45%), goed voor de vijfde plaats en lijkt daarmee – eerder nog dan Citroën – de aansluiting met de top te hebben gevonden.

Premiumstrijd
Alhoewel het bouwjaardogma iets aan kracht lijkt in te boeten, blijven vooral de leasemaatschappijen januari als ideale aflevermaand beschouwen. Dit soms tot wanhoop van de dealerwereld, maar zo is het nu eenmaal. Vrijwel alle typische leasemerken – zoals Volvo, BMW en Audi – hebben hun drukste aflevermaand daarmee al weer achter de rug. Mercedes – in januari 2002 nog startend met een kloeke 4,16% marktaandeel – komt nu niet verder dan 3,39% en moet plots Volvo (3,48%) voor zich dulden. Beide merken hebben echter nog diverse nieuwe modellen op stapel staan, dus dat belooft op voorhand een boeiende strijd tussen deze premiummerken te gaan worden dit jaar.

Geduld
Dit jaar lijkt met name vooral voor Fiat en Mazda een renaissanceperiode in te luiden. Na jaren van veel te geringe toevoer van nieuwe modellen, worden er nu weer aansprekende producten verkocht die het marktaandeel structureel tot boven de 3%-grens lijken op te stuwen. Fiat opent in januari met 3,09%, Mazda met 3,40%. Bittere noodzaak, dat wel, maar het geduld wordt dan uiteindelijk toch beloond.

In auto’s gemeten een plus van 1.034 voertuigen; 69.917 ten opzichte van 68.883. Toch maakt één zwaluw nog geen zomer. Het huidige januaricijfer is immers niet bepaald een vliegende start. In feite past deze startnotering in het patroon van de afgelopen tien jaren. Vanaf 1994 werden er in januari nooit veel meer of minder dan 70.000 auto’s op naam gezet. Alleen 1999 (92.000) en 2000 (89.000) waren uitzonderingen. Het kan dus nog alle kanten uit.

Aansluiting
Het altijd wat onzichtbare Ford neemt in januari de leiding. Met een marktaandeelcijfer van 11,36% en 7.946 registraties blijft Ford de ‘eeuwige tweede’ – Peugeot – bijna duizend auto’s voor. Opel, dat toch wel erg verknocht is aan zijn status van marktleider, moet nochtans in januari genoegen nemen met een zesde plek (marktaandeel 6,58%). Toyota verrast vriend en vijand met een uitstekende start (7,45%), goed voor de vijfde plaats en lijkt daarmee – eerder nog dan Citroën – de aansluiting met de top te hebben gevonden.

Premiumstrijd
Alhoewel het bouwjaardogma iets aan kracht lijkt in te boeten, blijven vooral de leasemaatschappijen januari als ideale aflevermaand beschouwen. Dit soms tot wanhoop van de dealerwereld, maar zo is het nu eenmaal. Vrijwel alle typische leasemerken – zoals Volvo, BMW en Audi – hebben hun drukste aflevermaand daarmee al weer achter de rug. Mercedes – in januari 2002 nog startend met een kloeke 4,16% marktaandeel – komt nu niet verder dan 3,39% en moet plots Volvo (3,48%) voor zich dulden. Beide merken hebben echter nog diverse nieuwe modellen op stapel staan, dus dat belooft op voorhand een boeiende strijd tussen deze premiummerken te gaan worden dit jaar.

Geduld
Dit jaar lijkt met name vooral voor Fiat en Mazda een renaissanceperiode in te luiden. Na jaren van veel te geringe toevoer van nieuwe modellen, worden er nu weer aansprekende producten verkocht die het marktaandeel structureel tot boven de 3%-grens lijken op te stuwen. Fiat opent in januari met 3,09%, Mazda met 3,40%. Bittere noodzaak, dat wel, maar het geduld wordt dan uiteindelijk toch beloond.